De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 13

Total number of words is 4648
Total number of unique words is 1559
38.9 of words are in the 2000 most common words
54.6 of words are in the 5000 most common words
61.6 of words are in the 8000 most common words
Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
de heeren Ouwetyd & Kopperlith. Straks ga ik naar hun kantoor,
en zal daar mooi schryven, en goed rekenen, want... ik ken den
heelen "Strabbe" en moeielyker dan van Strabbe, zullen de sommen
op zoo'n kantoor toch wel niet wezen, denk ik. En al was dit zoo,
dan zal ik... neen, neen, moeielyker dan van Strabbe zyn de sommen
op zoo'n kantoor zeker niet! Zouden nu zulke heeren-zelf ook den
heelen Strabbe doorgewerkt hebben? Wie heeft hen daartoe aangespoord
toen ze jong waren. Dat ik de eerste ben geworden by Pennewip, heb ik
aan Femke te danken. Waarom toch vertelde zy aan haar moeder, dat ik
't knapste jongetje van de school was? Want dat was niet waar... o,
in lang niet! Later... ja, toen ik 't geworden was om haar pleizier
te doen. En nu zegt dokter Holsma dat ik veel te weinig weet, en pas
beginnen moet iets te leeren. En dat ik nog wel tien jaar lang, of
veel langer nog, aan niets mag denken dan aan m'n werk! Alle Grieken
zullen vermoord zyn, voor ik 'n wezenlyke man ben. En... Femke zal
trouwen met 'n matroos, of 'n timmerman, of... met 'n schipper die
'n bonte muts draagt, of... met 'n prins, als ze wil!
Die man scheen veel ontzag voor haar te hebben, en de ander ook. Och,
hoe prachtig stond zy op die tafel! Wie zou gedacht hebben, dat
ze zoo... grootsch was! Maar... wat kwam zy eigenlyk uitvoeren in
zoo'n drukte! Dat ze dapper was, wist ik wel, maar... zóó! En in
de komedie! Ik begryp heel goed, waarom de keizer haar groette. Hy
vond het zeker aardig, dat ze zoo durfde. In die heele Scylla was
niets dat uit de verte halen kon by háár. Dit zal de keizer ook wel
begrepen hebben, en dáárom heeft hy haar gegroet.
Zoodra ik heelemaal groot ben--ik meen: als ik den handel versta,
want daarop zal ik nu wezenlyk me allereerst toeleggen... dat zàl
ik!--nu, later dan, wil ik ook eens 'n treurspel maken, en zóó dat
ook de keizer er naar luistert, hy, de prinsessen, en 't Volk,
en allemaal! Ik zal er iets inbrengen van 'n geroofd schild, en
... Femke zal het terugbrengen ... zy, of ik, of ... wy samen. Ja,
zóó zal 't wezen, juist andersom dan in Scylla. En ik wou m'n stuk wat
minder laten rymen, want het klinkt alsof de menschen elkaar voor gek
houden. En ik heb duidelyk gemerkt dat ze soms heel wat anders zeggen
dan ze eigenlyk meenen, alleen om dat rym. En telkens wist ik wat er
volgen zou, want als de een wat zei van z'n hart, vertelde terstond
'n ander iets over z'n smart. 'n Enkele keer hindert het niet, maar
op-den-duur is 't heel vervelend. Dat zei dan ook die Focus: weerhou
die redenen, prinses, die my vervelen. Ik geloof niet dat 'n grieksche
held ooit zoo iets kan gezegd hebben, want al nam hy er geen genoegen
mee dat z'n beminde voor hem stierf--ik zou 't ook niet toestaan--dat
was geen reden om haar zoo onvriendelyk toetespreken. Misschien was
't weer om 't rym. Daarom zal ik niet rymen in m'n treurspel. Niet
altyd, tenminste. Als ik nu maar lang genoeg leef om zoo-iets te
mogen beproeven, en als zy maar niet vóór dien tyd ...

Sla neer dat oog dat my mezelf ontrooft,
My weglokt van de taak die op me rust.
Gy zweeft, en wenkt, en wyst op hooger doel,
En tracht me wegtestelen van m'n plicht ...
Ik mag niet, Femke! Ik smeek je, vlucht niet heen
Omdat ik altyd nog mezelf niet ben,
En niet mag luistren naar uw stem. Ik moet,
U ziende, blind zyn ... doof als gy me roept.
En stom, als 't hart me berst van drang tot uiting.
Want, Femke, ik ben een kleine jongen nog,
Die leeren moet, en leeren, altyd leeren,
En leeren, leeren, leeren, leeren, leeren ...

--Wat mankeert je, Wouter? vroeg Laurens. Zeg je versjes op?
--Hm ... ja ... zoo! Ik praatte met mezelf, antwoordde hy verlegen. Ik
was opgestaan omdat het zoo warm was in 't bed, en ... en ... dáár
sprak ik over!
Laurens sliep alweer, en Wouter voelde zich nog juist bytyds
gewaarschuwd dat-i weer bezig geweest was met het verbodene, met iets
anders dan de naastbyliggende werkelykheid. Zóó had de dokter gezegd!
En nogeens dwaalden z'n gedachten af. Die vreeselyke juffrouw
Laps! Nu, geen afwyking makkelyker te herstellen dan deze: hy waschte
zich. En daarna, om goed te doen blyken zeker van de oprechtheid zyner
schuldbelydenis, ging-i zitten bladeren in z'n Strabbe. Met dat boek
bracht-i de paar uren door, die hem nog scheidden van 't ontbyt.

Juffrouw Pieterse had het zeer druk met de wichtigheid van den dag,
en was mild in 't uitdeelen van lessen omtrent de manier waarop Wouter
zich in z'n nieuwe betrekking zou te gedragen hebben. Hy moest vooral
heel fatsoenlyk wezen, en door z'n gedrag de heeren opwekken tot
het besef der goede hoedanigheden van z'n moeder. Ook was 't niet
kwaad hun meetedeelen dat-i by de Holsma's op den Kolveniersburgwal
gelogeerd had, en dat de schoenen van z'n vader ...
--Ja, moeder, zei Stoffel. En hy moet vooral precies op z'n tyd op
't kantoor wezen. Daar houden zulke menschen van.
--Juist! Altyd precies op je tyd, want daar houden ze van. En als
ze je-n-iets vragen, dan moet je maar risseluut antwoorden, heel
risseluut. En kyk niet telkens zoo scheef-uit, dat verfrommelt je
boordje, en dat stáát niet voor 'n jongen die al op 'n kantoor is.
Dat boordje--amsterdamismus voor: halskraag--had 'n groote rol
gespeeld in de voorbereidingen tot de geschiedenis van dezen dag. De
belangstellende lezer herinnert zich zeker 't jukkraagje, waaronder
Wouter gebukt ging toen we 't eerst kennis met hem maakten in de
Hartenstraat. Door 'n verdrietige gaping in m'n archief--daarvan
zullen zich méér sporen vertoonen, helaas!--ben ik niet in-staat
met juistheid al de overgangen te schetsen, die in dit opzicht de
toenmalige periode scheidden van de tegenwoordige, doch wel weet ik
dat de opstaande boordjes die Wouter vandaag zouden begeleiden naar
"den handel" 'n zeer voornaam bestanddeel uitmaakten der fondamenten
van juffrouw Pietersen's hoop. En ook Wouter-zelf dacht niet gering
over deze verandering. De twee plankstyve linnen lappen die z'n wangen
bedykten, maakten op hem 'n dubbelen indruk. Eerst en voornamelyk
dien van 'n toga virilis. Vervolgens 'n paar roode streepen, die den
weg wezen van z'n mondhoeken naar z'n ooren. Hy was er grootsch op,
en reeds hierom alleen zoud-i zoo graag Femke ontmoet hebben. Wie
styf-overeindstaande halsboorden draagt, is geen kind, en niemand
zou dit beter inzien dan iemand die voor bleekmeisje fungeerde,
en dus beroepshalve gewoon was met zulke onderscheidingsteekenen
omtegaan. Maar dat deze roemryke blyken van volwassenheid 'n lastige
keerzy hadden, is ook waar. Wouter moest voortdurend recht voor zich
uit zien om z'n pronk niet te bederven. Hy voelde dat dit hem 'n zot
voorkomen gaf, en de neiging meedeelde om te spreken als Stoffel, maar
't was juist dit gemaakte, dit onnatuurlyke, waarmee hy, volgens de
niet geheel onjuiste menschkundige berekening zyner moeder, de gunst
moest winnen van z'n nieuwe chefs. Dus:
--Draai toch in-godsnaam je hoofd niet zoo telkens rechts en links,
'n Mensen moet vóór zich kyken. Je kunt er vast op aan, dat zulke
heeren van deftigheid houden. Je moet je nu met je nieuwe boordjes--'t
zyn ouwe van Stoffel, maar dat doet er nu niet toe, wat zeg jy,
Trui?--je moet je niet aanstellen als 'n wilde.
Van wildheid was geen spraak, toen Wouter 'n kwartiertje na deze
laatste vermaning, allerbeschaafdst aanbelde aan zeker huis op
de Keizersgracht, dat met den naam Kopperlith gemerkt was. Doch,
helaas, 't scheen wel of reeds z'n eerste aanraking met die firma 'n
misgreep wezen moest. Twee toegangen boden zich--niet zeer oprecht
uitlokkend, maar bruikbaar toch--den bezoeker aan. Een dubbele
glasdeur vertoonde zich op de laagte, of zelfs ten-halve beneden
de laagte, van de straat, doch daar-naast gaf 'n "opgaande stoep"
gelegenheid om doortedringen tot 'n soort van bel-étage. Wouter,
vol fatsoensbejag, vond den laatsten weg 't geschiktste, en met niet
zeer flink gestrekte knieën besteeg hy de acht of tien trappen. Op
't bordes aangeland, trok hy zoo zacht mogelyk aan de bel: men
mocht het eens hooren! Onwillekeurig, en byna met schrik, ontwaarde
hy door 't venster van de "zykamer" het gelaat eener bejaarde
dame, dat zonder de geringste uitdrukking van welwillendheid z'n
figuurtje scheen te monsteren. 't Scheen wel dat ze hem de stoep
wou afkyken. Wouter had er 'n pynlyk gevoel van, en maakte zich zoo
klein mogelyk. 't Is niet ieder gegeven, en vooral niet iemand die
z'n eerste opstaande halsboorden torscht, zonder angst, op de stoep
te staan van 'n huis op de Keizersgracht! Met genoegen ware onze held
hard weggeloopen, maar... wat dàn? Bovendien, hy had geen militairen
rang, en moest dus stáán blyven onder bereik van 't geschut uit die
zykamer. Het... vrouwspersoon bleef hem aanzien met een vinnigen blik,
en scheen maar niet te kunnen verdragen dat er iemand aanklopte aan
háár paleis. De martelende inspektie duurde lang, zóó lang dat Wouter
ernstig begon te denken, óf aan den aftocht, óf aan 't herhalen van z'n
klinkende aanmelding. Maar ook tot deze beide uitersten was 'n moed
noodig van heel andere soort dan-i... misschien eenmaal hebben zou,
doch gewis op dit oogenblik evenmin bezat als de vereischte. Wat baatte
hem nu Holsma's heerlyk voorschrift om altyd flink z'n naastbyliggenden
plicht te doen? Wat viel er nu te leeren? Wat kon-i arbeiden op die
stoep? In 's hemelsnaam: hy wachtte!
Lezers, die omgegaan hebben met goden, keizers, prinsen en mannen en
place, weten waarschynlyk dat iemand die zich respekteert, moeielyk te
genaken is. De bewoners van de amsterdamsche Keizersgracht respekteeren
zich zeer, waarin ik dan ook 't heel eenig kenmerk vind, dat hen
uit de verte op goden doet gelyken, zonder nu juist te beweren dat
ze zich aan den anderen kant te-buiten gaan aan humaniteit. Wat
overigens dat respekt aangaat, ze hebben eigenaardige manieren
om ook anderen daarmee aantesteken, en wie niet op z'n hoede is,
wordt er ziek van. Achtenswaardige oude schryvers, die de Natuurlyke
Historie der Kleinstädterei tot onderwerp van hun studien kozen,
verzekeren dat de dienstboden in bedoelden kring worden afgericht op
't inboezemen van ontzag aan bezoekers: ze laten de ongelukkigen die
door 'n gram noodlot veroordeeld werden zich daaraan bloottestellen,
zeer lang wachten op 't openen van de huisdeur. Het schynt dat de
ad hoc dienstdoende keukenmeid, door een tot de uiterste grenzen der
mogelykheid gerekt dralen, den bezoeker in den waan moet brengen, òf
dat het huis zoo byzonder groot is, of dat haar bezigheden onafbrekelyk
zyn omdat ze zoo byzonder veel te koken heeft. Bedoelde auteurs
schryven dezen diepzinnigen gedragsregel op rekening van zekere jacht
naar aanzienlykheid. God-bewaarme dat ik die jacht loochenen zou,
maar de aanzienlykheid draagt in myn mond 'n heel anderen naam. Ze
komt my--met het oog op de van dit woord in m'n vorigen bundel gegeven
definitie--ploertig voor. En aan zulke ploertery is nu ons Woutertje
voorloopig overgeleverd. Hy wachtte met heldhaftig geduld. Heel
eindelyk werd de deur door 'n vry onoogelyk vrouwspersoon geopend,
doch maar heel even, en niet verder dan volstrekt noodig was om
Wouter toetesnauwen:
--Wat mòtje? Mot je by mefrôô weesse? Wa's je booschap? Je skelt
huis, jonge! Ik ken niet f'r jou plessier den heelen dag de skel
naloope. Waarom skel je huis?
By mevrouw? O neen, gewis niet! Wouter dacht niet aan mevrouwen. Maar:
"je skelt huis"... wat is dàt?
--Of skel je keuke?
Deze tweede vraag gaf licht. Wouter bemerkte nu dat er twee
belknoppen uit de deurpost staken, en dat ze onderscheiden waren
door de benamingen "keuken" en "huis." Wie groente, vleesch,
boter, of melk kwamen brengen, moest zich melden door middel van de
keukenbel. En alleen bezoekers die aanspraak konden maken op toegang
tot het salon--'n ding dat er in zekeren zin niet was, gelyk we zien
zullen--mochten zich aanmatigen de zeer pretentieuze huisschel in
beweging te brengen. Wouter die noch viktualie kwam brengen, noch
z'n opwachting maken wilde aan "mevrouw"--zou zy 't wezen, die zoo
onlieftallig door 't venster van de zykamer gegluurd had?--Wouter
erkende stamelend dat-i zich vergist had, en niet wist waar-i wezen
moest. Juist wilde hy zeggen dat-i... de jongeheer Pieterse was,
toen de meid, die zich volstrekt niet nieuwsgierig toonde naar z'n
identiteit, hem de deur voor den neus dichtsmeet.
Door m'n al te vurig dichterlyk genie heb ik me daar laten verlokken
tot 'n overdryving die zeer te betreuren is. Herhaaldelyk sprak
ik van 'n deur, en... die geopend. Een klein beetje maar, heel
eventjes, zoo ongastvry mogelyk, maar geopend toch! dit nu was
de waarheid, maar... een deur? Vervloekte hyperbolen: 't was 'n
halve! De huisdeur waarachter 'n rechtgeaard Amsterdammer z'n vrouw,
z'n effekten en z'n schimmelig patriciaat verbergt, is halverhoogte
in tweeën geknipt. De bezoeker moet eerst deugdelyk gerekognosceerd
zyn, voor men hem door 't openen van de onderste helft, den toegang
vry laat. De zeer letterlyk-exklusieve strekking dezer byzonderheid
ligt alzoo voor-de-hand, en wordt duidelyker nog, wanneer men ze
in-verband brengt met de tallooze hekjes en afsluitingen die elken
voorbyganger schynen toeteroepen: "myn huis, je komt er niet in!" En
nog zyn er gevoellooze bedillers, die 't den Amsterdammer van zulk
gehalte kwalyk nemen dat-i, by zoo'n benauwde levensopvatting in den
regel 'n dom schepsel blyft! Die onbillykheid is niet uittestaan.
En nog altyd spionneerde die leelyke dikke dame door 't venster
van de zykamer. 't Kwam Wouter voor, dat zy iets hem betreffende
meedeelde aan iemand die in haar gezelschap was. Een heer van minder
dan middelbaren leeftyd, boog over haar heen naar 't venster, en wenkte
Wouter met niet zeer vriendelyk gebaar, dat-i de stoep verlaten, en
beneden aanschellen zou. Goddank, nu wist onze kandidaat-handelsman
ten-minste iets. Allerbeleefdst nam-i z'n hoed af, en schoof
blootshoofds eenigszins bukkend dat dreigende venster voorby, en de
stoep af. Inderdaad, beneden by de dubbele glasdeur was ook 'n bel,
en daarnaast las hy 't woord: magazyn.
Hier zal ik moeten wezen, dacht hy. Kantoor en magazyn zal wel zoo
omstreeks 'tzelfde zyn. En hy belde.
De persoon die belast was met het "naloopen" van deze schel, zou alweer
zeer gevoegelyk kunnen doorgaan voor 'n kurator of superintendent
van 't respekt. Hy gaf Wouter veel tyd tot meditatie, vooral over
den tekst hoe moeielyk het is integaan tot den huize Kopperlith. Of
onze expektant-handelsridder behoorlyk gebruik maakte van de zoo
gul aangeboden gelegenheid tot ontwikkeling van z'n denkvermogen,
is te betwyfelen. Bovendien, hy werd gestoord. Men tikte--en op den
klank af geoordeeld, eenigszins toornig--tegen 'n glasruit van de
zykamer. Wouter stapte een tred achteruit, en zag naar boven. De
m'nheer van zoo-even beduidde hem met driftige bewegingen, dat-i
nogeens moest aanbellen, en wat harder. Wouter bedankte door
het afnemen van z'n hoed--had niet z'n moeder hem vóór alles,
fatsoenlykheid aangeprezen?--en hy waagde nu 'n harder trekje, dat
nog al tyd niet terstond door 't openen van de deur gevolgd werd. Het
scheen wel dat de Cerberus van 't "magazyn" 'n zeer hoog denkbeeld
koesterde van 't respekt dat de heeren Ouwetyd & Kopperlith noodig
hadden. De man overdreef z'n yver. Dit begon zelfs de heer in de
zykamer intezien, die alweer tikte, en wenkte: "schel nògeens voor den
drommel!" met 'n uitdrukking alsof Wouter 't helpen kon dat er niemand
kwam. Hy voelde heel duidelyk hoe de ware fatsoenlykheid voorschreef,
vergeving te vragen dat men hem zoolang wachten liet.
Intusschen gluurde hy door de glasdeur, en wierp nieuwsgierige blikken
in 't "magazyn." Het was een van die lokalen welker afmetingen
men gewoon is uittedrukken door de dichterlyke vergelyking met
'n pypelâ. Eenigszins in afwyking van de bekende omschryving in de
meetkunst, verheugde zich de hier bedoelde ruimte in de eigenschappen
van lengte, breedte en... laagte. De breedte was met die van 't
huis gelyk. De lengte werd aan de voorzy begrensd door de reeds
bekende glasdeuren, die in haar poging om wat licht doortelaten,
werden bygestaan door 't schuins hoekje venster dat z'n hypothenuze
gemeen had met de stoep, en bovendien door 'n ander raampje dat aan
de vóórzy van die stoep aan de straat uitkwam. Het hokje dat door dit
venstertje z'n licht ontving, heette "het kantoortje" in tegenstelling
van 't "kantoor" dat we straks zullen te zien krygen. Wat overigens
de "laagte" van 't magazyn aangaat, deze benaming is zoowel gegrond
op de zeer geringe afmeting van den opstand, als op 't peil van den
vloer. Een volwassen man kon met z'n opgeheven hand de zoldering
bereiken, en de bodem lag 'n voet of drie beneden den beganen
grond. Hy verhief zich niet verder boven de riolen die in de gracht
uitliepen, dan juist voor de bewoners noodig was om niet te worden
meeweggespoeld met de vuiligheid. Wat de verlichting aangaat, men
begrypt dat het weinige glaswerk aan de voorzy, niet àl 't werk alleen
kon doen. Ongeveer op één derde van de lengte, hield het binnenkruipend
licht op. Wie evenwel scherp van gezicht en rechtvaardig was, moest
erkennen dat-i, heenborende door de duisternis van 't midden, vry
duidelyk kon bemerken dat de bouwmeester gepoogd had ook aan den
achterkant iets te laten binnendringen dat naar vermindering van
duisternis geleek. Daar namelyk was door vriendelyke bemiddeling
van 'n boven de zoldering van 't magazyn gelegen binnenplaatsje,
iets te zien dat niet volstrekt zwart kon genoemd worden. Hoe de
venstersoort heette, die dit wonder te-weeg bracht, weet ik niet
recht. Een lantaarn, of 'n koek-koek, of zoo-iets. Er is altyd wat
armoedigs in zulke bouwkunstige meesterstukken. Ze geven getuigenis
van bekrompenheid--in alle beteekenissen!
Voor-zoover Wouter's blikken in 't magazyn konden doordringen, bemerkte
hy dat de langsche, middelruimte was ingenomen door 'n breede tafel,
waarop stapels lynwaad gerangschikt lagen. Ook rechts en links langs
de muren waren zulke koopmanschappen opgestapeld, zoodat slechts 'n
nauwe doorgang aan weerszyden van die lange tafel overbleef. Alleen
aan 't vooreind, tusschen 't "kantoortjen" en de glasdeur, was eenige
ruimte overgelaten, waar 'n meubel op schragen stond, dat hy later
leerde kennen en waardeeren als "de paktafel."
Waarlyk, er begon kans te komen, dat de deur tenlaatste zou geopend
worden. Dat Wouter eindelyk in een der gangetjes iemand naderen
zag, zou wat veel beweerd zyn, en alweer aan sommige kunstrechters
die in polemiek op hun gemak gesteld zyn, gelegenheid geven tot de
bakerlyke aanklacht van overdryving. Neen, Wouter zag niets in die
duisternis, maar wel kwam 't hem voor, dat de duisternis zelf zich
begon te bewegen. Er schoof iets zwarts over den zwarten grond. En
dat zwarte werd--zonder overyling altyd--wat bruiner en gryzer
en lichter ... waarachtig, er naderde een menschelyk wezen. Heel
natuurlyk. Gerrit Sloos kwam de deur openen, en beslofte reeds de
ruimte naast de paktafel. Nog één sekonde, en de slotbrug van het
tooverkasteel zou worden opgehaald. Wat vreemds lag daarin? Voor u en
my niets, lezer, maar Wouter was aan 't versteenen geraakt, en stond
op het punt vasttegroeien in z'n wachtstemming. Alle verwondering over
de moeielykheid om in dat heiligdom doortedringen, was zoo volslagen
geweken, dat hy, nu de deur eindelyk geopend werd, zich niet kon
onthouden van eenige verbazing over het tegendeel. 't Scheelde weinig
of hy had aan Gerrit Sloos gevraagd, of-i zich ook vergiste? In-plaats
daarvan echter, nam hy--voor de hoeveelste maal nu reeds!--z'n hoedjen
af, en Gerrit keek vragend tot hem op. Wouter stotterde iets.
--Ben jy Pieterse, de jongeheer die hier op 't kantoor komen zou?
--J...a...a, m'nheer!
--Zoo? Je hoeft geen m'nheer tegen me te zeggen. Ik hiet Gerrit
... Gerrit Sloos, weetje. Eigenlyk is m'n naam Schlossmann, maar och
... wat heeft 'n mensch aan die moffekuren, niet waar? Daarom zeg ik
maar Sloos, en zoo teeken ik ook, want ... ik ben de knecht, weetje,
de kantoorknecht. Kom maar in!
Wouter daalde de drie trappen af, die toegang verleenden naar
het hol. Z'n eerste beweging, toen-i naast de paktafel stond,
was 'n onwillekeurige greep naar z'n neus. Want ... de stank was
onverdragelyk.
--O né, zei Gerrit, als antwoordende op dit welsprekend gebaar. Dat
reukjen is niet van 't magazyn--ik zeg maar kelder, weetje, want zoo
zeien we vroeger toen de ouweheer-zelf nog meedeed--die lucht is van
den kelder niet, maar van de riolen, weetje!

Zoo troost een edle ziel haar deelgenoot in 't lyden!

--O zoo, zei Wouter, alsof deze opmerking de pestlucht veranderde in
'n geur. O ... zoo!
--Ja, van de riolen. Daarom ook staat al dat goed daar tegen den muur
op planken, zieje. Als 't den grond raakte, zou 't verrotten. Kom
mee naar 't kantoor. Maar je komt veel te vroeg, want we benne-n-in
den komkommertyd. Dan is er niet veel te doen, dat begryp je-n-ook
wel. Maar hoor eens, je mot niet vóór schellen, aan den kelder--de
jongeheeren zeggen tegenwoordig: magazyn... fransche wind allemaal
... 'n engelsche notting, weetje! Nou, ze hebben 't van dien mallen
Wullekes!--je mot het kantoor ingaan in de Vellestraat. Ik zal 't je
wyzen. Voor vandaag komt het er nou niet op aan, omdat het de eerste
keer is, en omdat je 't niet weet. Je ziet, ik heb je opengedaan ...
Gelukkig!
... maar anders, weetje, wie op 't kantoor wezen mot, komt in door
de Vellestraat. 't Is heel makkelyk te vinden ... als je-n-'t maar
eens weet. En daarom zal ik 't je wyzen. Kom maar mee. Maar zet
je hoedjen op. Je hoeft tegen my zoo beleefd niet te wezen, want
ik ben de knecht maar, weetje. De heeren komen straks, zoo tegen
negenen. 't Is komkommertyd, moet je denken. En daarom heb je zoo
lang gewacht voor ik je opendeed. Want ik zat in de keuken, en ik
zei tegen de meid dat zy zou opendoen--in de bovengang, weetje--want
dat het zeker 'n nieuwe aschkarreman was, die nog niet wist waar-i
schellen moest. Maar ze wou niet--'n lui beest is ze!--en ik zei:
't gaat my niet aan, want we benne-n-in den komkommertyd, en dan
wordt er zoo vroeg niet aan den kelder gescheld door iemand die de
zaken kent. Dat zal jyzelf ook wel te zien krygen, als je hier 'n
tydje geweest bent. Weetje hoe lang ik hier al dien?
Wouter klaagde zich aan van verzuim. Hoe drommel kon-i zich veroorloven
niet te weten hoe lang Gerrit Sloos reeds in dienst was van Ouwetyd &
Kopperlith? De booswicht stamelde vol schuldbesef dat-i 't niet wist.
--Nou, raad eens!
Elk ander zou 'n cyfer genoemd hebben. Wouter was te stipt, te vol
geweten, om aan zeker getal jaren de voorkeur te geven boven 'n ander
getal. Waarom twintig? Waarom dertig? Waarom meer of minder? Hy bleef
er by dat-i 't "heusch" niet wist, en ook geen kans zag het te raden.
--Zoo? Nou, dan zal ik 't je zeggen. Verléje Pinkster was 't
drie-en-veertig jaar. Wat zeg je dáárvan?
--Hè!
--Ja, 't is 'n lange tyd, niet waar? Als je 'r vóór staat, denk je dat
het wat is. En als 't voorby is ... weet je wat het dan is? Niemendal
... 'n engelsche notting! Dat zal je zien, als je-n-'n ouwe kerel
wordt, want nu ben je maar 'n jong borssie. 't Zal me benieuwen of
je-u-'t zult kunnen vinden met Wullekes, met m'nheer Wullekes. Want
tegen hem moet je "m'nheer" zeggen, schoon ik 'm gekend heb zoo kaal
als 'n luis. Toen had-i geen nagels om met permissie ... z'n neus
te snuiten, en hy liep me na als 't horloge van 'n trekschipper die
'n ouwe juffrouw ziet aankomen. Maar nou ... wind, wind, allemaal
wind! En wat is 't? 'n engelsche notting! En z'n vrouw--ook 'n gekkin
van de bovenste plank!--praat altyd over prinsessen die ze-n-eens
gezien heeft. Né, die Wullekes ... wie 'm kent, koopt 'm niet! Nou,
je zal 't zelf zien en ondervinden, als ie tyd van leven hebt. Ieder
moet maar altyd z'n eigen weg gaan, en dat doe-n-ik dan ook. Maar
die Wullekes ...
Kyk, hier is 't. Tusschen de olievaten moet je door--'t is hier altyd
even smerig, dat komt van 't lekken, want die vaten lekken altyd--maar
eerst moet je door de stokvischbeukery, en als je dat doet. kom je
vanzelf op 't kantoor.
Wanneer Gerrit Sloos met dit "vanzelf" bedoelde: gemakkelyk,
geleidelyk, zonder omslag, en wat men zou kunnen noemen: op 'n
niet onprettige manier ... 't zy zoo! Over den smaak valt niet te
twisten. Gerrit zal 't maar zoo by-wyze van spreken gezegd hebben.
Onder 't luisteren naar al deze mededeelingen, had Wouter den
half-onderaardschen weg afgelegd, die van de Keizersgracht naar de
dwarsstraat leidde, waar inen den ingang tot het kantoor van de heeren
Ouwetyd & Kopperlith te zoeken had. Hy prentte die stokvischbeukery en
de gang naast het oliepakhuis diep in z'n geheugen, om zeker te zyn
dat-i nooit weer zou worden overgeleverd aan de spitsroeden die hem
zoo hadden gepynigd aan den voorkant van 't huis. Dat die verheven
stokvisch-industrie en dat oliepakhuis, niets te maken hadden met de
"zaak" waarin Wouter leerling werd, zal de lezer wel begrypen. Er
lag op dat terrein 'n servituut van doorgang, en de stokvischbeuker
moest gedoogen dat er op de deurpost van z'n lokaal 'n ovaal bordje
pronkte met het opschrift: "Ingang naar 't kantoor van Ouwetyd &
Kopperlith." Ook de olieman mocht den doortocht niet versperren,
doch hy nam z'n verplichting zoo nauw op, dat men er gewoonlyk
niet dóór kon zonder 'n paar smeervlekken meetenemen. Juffrouw
Pieterse heeft daarover vaak gekeven, ook Wouter-zelf vond het heel
onaangenaam. Maar... had-i zich dan voorgesteld, met de wereld in
aanraking te kunnen komen zònder bezoedeling? Beste jongen, dat
gaat niet!



Wacht-oefeningen, als geschikte objektieven voor 'n
fotografie-kastje. Nieuwe portretten. Hoestende intree in de
handelswereld. Multa tulit!

By 't nalezen der laatste helft van 't vorig hoofdstuk, bemerk ik,
'n gedeelte van den weg die van de Vellestraat naar 't "kantoor"
leidde, te hebben overgeslagen. Na 't voorbyworstelen van de
glimmende olievaten, moest men de gang door, langs een achterhuis
van 'n paar verdiepingen hoog, en eindelyk de binnenplaats over,
waarop 't kantoor "uitzag." De lezer die op nauwkeurigheid gesteld
is--anderen zyn me onverschillig--wordt gewaarschuwd deze binnenplaats
niet te verwarren met het plaatsje dat zoo edelmoedig wat licht
meedeelde aan 't magazyn. Tusschen die beide "open-luchtjes" in,
lag 'n groot gedeelte van 't huis, dat lang, smal en hoog was. Na
de ontdekkingsreis geleidde Gerrit onzen Wouter naar 't kantoor,
wees hem daar 'n tabouret aan, en gaf hem den raad te wachten tot
"de heeren" zouden komen. En, zei de man:
--Dat zal nog wel 'n uurtje duren, want we zyn in den komkommertyd. En
ik ga m'n kommetje koffi drinken in de keuken. 't Ga je goed, zoolang.
Wouter dreef inderdaad de onbescheidenheid zoo ver, dat-i den tabouret
opklauterde, die hem aangewezen was. En hy peinsde.
De voorwerpen die z'n aandacht tot zich trokken, waren niet zeer
geschikt om z'n stemming byzonder vroolyk te maken. Het uizicht door de
twee verweerde vensters op de binnenplaats en 't achterhuis, was--op
't verschil in warmtegraad na--nova-zemblisch:

Een eeuwig grauwe lucht hangt loodzwaar op de ... wanden.
Hier houdt geen sterfling 't uit. Hier komt geen Noorman landen.
Geen andre plek op aard, hoe karig ook bedeeld,
Is zoo ellendig naakt, zoo arm aan groei en teelt!

Meent men dat Tollens ooit die schoone regels had kunnen schryven,
als-i niet door z'n vader was "gedaan" op 'n kantoor in verfwaren? Waar
anders ving z'n oog zulke tinten op van iets droevigs, van 't enge,
benepene, barre, kille? Meent men misschien dat er in 't hooge
Noorden-zelf iets te aanschouwen valt, dat in zielstremmenden invloed
halen kan by zoo'n verblyf? De oude heer Tollens heeft wel geweten
wat-i deed, en 't is waarlyk te verwonderen, dat zyn zoo wèl op z'n
plaats gezette zoon het aanzyn heeft gegeven aan prullen ook. Misschien
werd-i bedorven door 'n bloempotjen op z'n binnenplaats.
Zoo verraderlyk handelde het lot omtrent Wouter niet. Geen enkel
You have read 1 text from Dutch literature.
Next - De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 14
  • Parts
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 01
    Total number of words is 4413
    Total number of unique words is 1525
    38.6 of words are in the 2000 most common words
    54.5 of words are in the 5000 most common words
    60.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 02
    Total number of words is 4605
    Total number of unique words is 1441
    40.2 of words are in the 2000 most common words
    54.1 of words are in the 5000 most common words
    59.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 03
    Total number of words is 4411
    Total number of unique words is 1603
    37.1 of words are in the 2000 most common words
    50.9 of words are in the 5000 most common words
    57.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 04
    Total number of words is 4612
    Total number of unique words is 1737
    33.1 of words are in the 2000 most common words
    45.3 of words are in the 5000 most common words
    52.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 05
    Total number of words is 4460
    Total number of unique words is 1639
    35.7 of words are in the 2000 most common words
    48.9 of words are in the 5000 most common words
    55.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 06
    Total number of words is 4487
    Total number of unique words is 1557
    38.6 of words are in the 2000 most common words
    53.9 of words are in the 5000 most common words
    60.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 07
    Total number of words is 4614
    Total number of unique words is 1546
    39.7 of words are in the 2000 most common words
    54.6 of words are in the 5000 most common words
    60.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 08
    Total number of words is 4588
    Total number of unique words is 1523
    38.3 of words are in the 2000 most common words
    53.4 of words are in the 5000 most common words
    60.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 09
    Total number of words is 4476
    Total number of unique words is 1489
    41.0 of words are in the 2000 most common words
    56.7 of words are in the 5000 most common words
    62.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 10
    Total number of words is 4481
    Total number of unique words is 1676
    36.6 of words are in the 2000 most common words
    51.1 of words are in the 5000 most common words
    57.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 11
    Total number of words is 4555
    Total number of unique words is 1599
    39.8 of words are in the 2000 most common words
    55.8 of words are in the 5000 most common words
    63.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 12
    Total number of words is 4647
    Total number of unique words is 1435
    42.1 of words are in the 2000 most common words
    57.7 of words are in the 5000 most common words
    65.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 13
    Total number of words is 4648
    Total number of unique words is 1559
    38.9 of words are in the 2000 most common words
    54.6 of words are in the 5000 most common words
    61.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 14
    Total number of words is 4536
    Total number of unique words is 1566
    39.5 of words are in the 2000 most common words
    54.2 of words are in the 5000 most common words
    62.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 15
    Total number of words is 4508
    Total number of unique words is 1485
    36.6 of words are in the 2000 most common words
    50.1 of words are in the 5000 most common words
    56.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 16
    Total number of words is 4483
    Total number of unique words is 1622
    38.2 of words are in the 2000 most common words
    53.3 of words are in the 5000 most common words
    60.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 17
    Total number of words is 4522
    Total number of unique words is 1406
    38.5 of words are in the 2000 most common words
    52.3 of words are in the 5000 most common words
    58.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 18
    Total number of words is 4566
    Total number of unique words is 1509
    37.7 of words are in the 2000 most common words
    51.8 of words are in the 5000 most common words
    59.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 19
    Total number of words is 4532
    Total number of unique words is 1593
    36.3 of words are in the 2000 most common words
    51.7 of words are in the 5000 most common words
    58.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 20
    Total number of words is 4425
    Total number of unique words is 1739
    31.8 of words are in the 2000 most common words
    46.3 of words are in the 5000 most common words
    53.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 21
    Total number of words is 4594
    Total number of unique words is 1711
    36.8 of words are in the 2000 most common words
    50.2 of words are in the 5000 most common words
    57.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 22
    Total number of words is 4494
    Total number of unique words is 1562
    37.5 of words are in the 2000 most common words
    51.3 of words are in the 5000 most common words
    59.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 23
    Total number of words is 4465
    Total number of unique words is 1510
    37.9 of words are in the 2000 most common words
    52.3 of words are in the 5000 most common words
    59.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 24
    Total number of words is 4503
    Total number of unique words is 1591
    38.2 of words are in the 2000 most common words
    53.3 of words are in the 5000 most common words
    60.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 25
    Total number of words is 4543
    Total number of unique words is 1618
    37.8 of words are in the 2000 most common words
    52.6 of words are in the 5000 most common words
    60.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 26
    Total number of words is 4910
    Total number of unique words is 1392
    44.4 of words are in the 2000 most common words
    59.6 of words are in the 5000 most common words
    67.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 27
    Total number of words is 4854
    Total number of unique words is 1475
    41.7 of words are in the 2000 most common words
    56.3 of words are in the 5000 most common words
    62.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 28
    Total number of words is 4992
    Total number of unique words is 1332
    44.0 of words are in the 2000 most common words
    60.7 of words are in the 5000 most common words
    66.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 29
    Total number of words is 4830
    Total number of unique words is 1522
    39.7 of words are in the 2000 most common words
    54.8 of words are in the 5000 most common words
    61.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 30
    Total number of words is 4655
    Total number of unique words is 1584
    37.1 of words are in the 2000 most common words
    52.9 of words are in the 5000 most common words
    60.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 31
    Total number of words is 4594
    Total number of unique words is 1608
    38.6 of words are in the 2000 most common words
    52.7 of words are in the 5000 most common words
    60.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 32
    Total number of words is 16
    Total number of unique words is 15
    59.9 of words are in the 2000 most common words
    73.1 of words are in the 5000 most common words
    73.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.