De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 25

Total number of words is 4543
Total number of unique words is 1618
37.8 of words are in the 2000 most common words
52.6 of words are in the 5000 most common words
60.7 of words are in the 8000 most common words
Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
...dat zoo'n jongetje maar... 'n burgerjongetjen is! Dàt wou ik maar
zeggen aan mama.
En dit alles moest Wouter aanhooren! Z'n woede was gebroken. Hy voelde
zich verlamd, onmachtig, wezenloos, en alweer overmeesterde hem zeker
heimwee naar de vroeger zoo geminachte levensopvatting ten-zynent.
Was dàt nu de wereld die hy zou leeren kennen als-i "groot"
was? Wanneer hy op dit oogenblik z'n ouden vyand Slachterskeesjen
ontmoet had, hy zou hem aan 't hart hebben gesloten als 'n bode uit
hooger sfeer. Men ziet het, te laag gezonken om behagen te scheppen
in de voorstellingen uit den mythentyd zyner jeugd, begon hy reeds
te verlangen naar 't weerzien van de grove gestalten die hem in die
dagen omgaven. Zoo ook verwarren onnadenkende geschiedschryvers den
onbehagelyken toestand van den wilde met de gouden eeuw van Saturnus.
Wouter was wanhopig. En z'n stemming werd er niet beter op, toen-i
bemerkte dat ook Julie tot z'n vyanden behoorde, want "vyandschap"
meende hy te moeten veronderstellen in al de menschen die, na hem zóó
te hebben gegriefd en vernederd, niet eens schenen te begrypen dat-i
voor grief en vernedering vatbaar was. Pompile gaf zich de moeite
hem op 'n parapluie te wyzen hoe men 'n parasol opent, en ten-laatste
was Wouter na veel vruchtelooze pogingen om de ware oorzaak van z'n
zonderlingen handgreep onder woorden te brengen, wel genoodzaakt
zich aantestellen alsof hy werkelyk voor 't eerst te weten kwam dat
men by zoo'n gelegenheid op 'n veertje moet drukken. Pompile scheen
zeer voldaan over de les die hy gegeven had, en roemde er op dat
"de jonge Pieterse" de zaak nu volkomen verstond, en zeker by 'n
volgende gelegenheid...
--Zeven gulden, dertien, jammerde Hersilia.
De maat liep over. Wouter stond haastig op, vloog de deur uit,
het erf af en den weg op, om zich te verdrinken of... zeven gulden
dertien te zoeken.
A la bonne heure!



Wouter spekuleert allervoordeeligst in ouwe-kleeren. Snelle
wisseling in amerikaansche handelsbeweging, waarschynlyk niet
zonder invloed op wisselkoers. Nachtgedachten. De terugkomst van
den verloren broeder.

Weldra had hy na eenig dwalen en vragen een der poorten van
Haarlem bereikt. Wat hy daar eigenlyk doen wilde, was hemzelf niet
duidelyk. By 't verlaten van Groenenhuize blies de wanhoop hem in,
met den meesten spoed 'n eind aan z'n leven te maken, en nog altyd kwam
hem dit voornemen als 'n wenschelyke uitweg voor. Doch eerst wilde hy
beproeven zich op andere wys te ontdoen van den ondragelyken last die
hem drukte. 't Was zondag-avend, en er vertoonden zich weinig menschen
op de straten. Ook waren de meeste winkels gesloten. Hier-en-daar
slechts durfde men den dag des Heeren ontheiligen door 't uitstallen
van halletjes en rooletters, of tabak en snuif. De verkoopers van deze
artikelen verheugen zich voornamelyk in zondags-debiet, en de Heer moet
zich hierin schikken. Wouter vermande zich, liep 'n koekbakkerswinkel
in, en vroeg of men hem den weg naar den Jodenhoek wilde wyzen.
--Jodenhoek, jongeheer? Dat hebben we hier, om zoo te zeggen
niet. Uwe-n-is zeker van Amsterdam?
--Geen Jodenhoek? Maar... by wien verkoopt men dan hier z'n ouwe
kleeren? Dàt wil ik weten!
De vrouw uit den winkel keek hem vreemd aan. Eenmaal z'n aangeboren
beschroomdheid overwonnen hebbende, was Wouter's toon zoo kortaf en
gebiedend dat het mensch er van ontstelde. Angstig riep zy als 't
ware om hulp, en er verscheen dan ook 'n manspersoon, die haar vroeg
wat er gaande was, en vry onvriendelyk aan Wouter wat-i "hebbe" wou?
--Hebben? Niets m'nheer! Ik wou maar weten waar men hier ouwe kleeren
koopt?
De koekbakkers-familie joeg hem den winkel uit. Tandenknersend stond
hy weer op de straat, en wist niet wat hy doen zou. Na lang zoeken
en veel mislukte pogingen trof hy eindelyk 'n klein meisje dat hem
bracht waar-i wezen wilde. Een oude jood antwoorde toestemmend op
de vraag of hy koopman in kleeren was? Wouter trok z'n jasjen uit,
wierp het op de tafel, en vroeg wat de man daarvoor geven wilde. Het
kleedingstuk werd bevoeld, gewreven, gerekt, tegen 't licht gehouden,
en 't eerste bod luidde: vier gulden!
--Zeven gulden, dertien! riep Wouter.
--Nah, w'rom nie liefer dertien gilde sefe, as je 't m'r foor 't
seche heb? Fyf gilde, en cheen dyt meer! Ghedrache kleeren binne
niks waart, want se worre teugeswoordig techeef inchefoert fan
Emerika... te-cheef! Dat sel je-n-ook wel wete. Fyf gilde tien, dan!
--Ik moet zeven gulden dertien hebben!
--Wat je hebbe mot, sel je wel 'reis kryche, as je m'r iemant fint die
't je chefe mot. M'r ik mot je niks chefe, en ik cheef je niks. Nou,
ses gilde! Trek jespille m'r weer an, anders, en cha mê chot!
Toen Wouter hierop inderdaad vertrekken wilde, steeg het bod tot
zeven gulden. Helaas, die vreeselyke dertien stuivers! Er was niet
aan te doen: de koopman bleef onverbiddelyk. Mocht men 't hem kwalyk
nemen, by zoo'n overvoer van ouwe-kleeren uit Amerika? 't Was al zeer
edelmoedig dat-i by zoo'n stand van zaken zeven gulden geven wilde voor
Wouter's jasje dat--dit is waar!--zonder die ongelukkige mededinging
der Vereenigde Staten, zeker wel twintig gulden zou waard geweest
zyn. Het was 't eerste kleedingstuk dat voor hem gemaakt was, en dat
tot hem kwam zonder eerst, als ter oefening, 'n glansryke loopbaan
om de lenden van broêr Stoffel te hebben afgelegd. Het was de toga
virilis die--en wel zondags alleen--hem plechtig om de schouders
werd geworpen ter viering van z'n promotie tot jongste-bediende by
de heeren Ouwetyd & Kopperlith.
Maar aan dit alles dacht hy niet. De verfoeielyke Hersilia, en die
sarrende Pompile, en ook Julie, de ontrouwe Dame... hy zou hun toonen
dat-i... dat-i...
Hy smeet nu ook z'n hoed op de tafel, en bood die te-koop aan. Na
eenig dingen en bieden was 't kapitaal kompleet, waarmee hy de edele
vrouwe mevrouwe Calbb-Kopperlith en haar aanhangers 'n kool vuurs
wilde te slikken geven. Ja-zelfs, er was geld over, want voor den hoed
had-i drie schellingen bedongen. De jood vroeg hem of-i ook van z'n
schoenen wou ontlast worden, maar Wouter liep zonder te antwoorden,
in hemdsmouwen en blootshoofds de straat op.
Hoe nu? Zèlf naar Groenenhuize terugkeeren? Dat nooit! Het
schoonste blad van den lauwerkrans dien hy door z'n kordaatheid
meende verdiend te hebben, zou verdorren wanneer men daar te weten
kwam door welke middelen hy geslaagd was in 't afbetalen van z'n
drukkende schuld. Langen tyd liep hy peinzend op-en-neder, de minst
bezochte straten kiezend omdat hy zich begon te schamen over z'n
ongekleedheid. Hy wilde de schadeloosstelling waarmee z'n vyandin
moest verpletterd worden, doen vergezeld gaan van 'n brief die op
pooten staan zou! Niets beter dan dit, maar... waar dat stuk te
schryven? Als-i eens in zoo'n halletjeswinkel naar pen, papier en
inkt vroeg? Hm, gemakkelyk ging dit niet. Hoe zou men hem te-woord
staan, hem die zich nu zoo afgetakeld voordeed? Van de humaniteit der
haarlemmer burgerlui had-i reeds proef gehad, toen hy er nog uitzag
als 'n ander. Zoud-i op vriendelyker bejegening kunnen rekenen, nu
hy zich vertoonde in 'n kostuum, dat... sakkerloot, de zaak begon
hem moeielyk voortekomen.
Z'n opwinding was afgeloopen, en indrukken van meer gewonen aard namen
daarvan allengs de plaats in. Z'n wrok over de ondergane miskenning,
jazelfs het verdriet over Julie's trouweloosheid, moest telkens wyken
voor de ergernis dat-i geen jas aan had. Waar-i by 't schemerlicht
van den zomeravend 'n voorbyganger zag naderen dien hy niet ontwyken
kon, trachtte hy den eigenaardigen tred aantenemen van iemand die
even overwipt om 'n buurman goeden-avend te zeggen. Maar 't baatte
niet. Daar kwamen 'n paar straatjongens hem sarren met den roep:
"heb je 't zoo warm, jongeheer?" 't Was om razend te worden!
Toch drong hy zich op dat-i nog altyd naar 'n gelegenheid zocht om
't staatsstuk te schryven dat het geld vergezellen zou, maar 't was
uit geestelyke traagheid alleen, en uit onwil om te erkennen dat
z'n verdriet veranderd was van richting. Ieder manspersoon dien hy
ontmoette en die gewoon gekleed was, vervulde hem met afgunst.
Ziehier hoe hy schryven wilde... àls hy tot schryven kwam:

Weledelgeboren Mevrouw ...

Zeker! Zoo adresseerde de jongeheer Leon de brieven aan z'n mama. Dit
zou dus ook wel zoo ongeveer de rechte betiteling wezen voor
mevrouw Calbb-Kopperlith. Hy wilde haar en de heele familie toonen
dat-i wist hoe 't behoort, en dat de manieren der "groote wereld"
niet onbereikbaar waren voor 'n burgerjongetje. "Weledelgeboren
Mevrouw!" alzoo, en verder:
"Ik heb de eer Uweledelgeboren hiernevens aantebieden de som van
zeven guldens en achttien stuivers voor 'n nieuwen parasol. Myn eer,
Weledelgeboren Mevrouw, gedoogt niet Uweledelgeboren ongelukkig te
maken, en daarom...
"Heb jy je jas in den lommert gebracht?" vroegen hier op de welbekende
zangwys van 't vroolyke patertje 'n paar belangstellende dienstmeiden,
die van haar zondagmiddags-uitgang zooveel pleizier wilden trekken
als er maar eenigszins van te trekken was.
Wouter week schichtig uit, en vermeed zooveel mogelyk de minst donkere
plekken. Z'n gedachten keerden terug naar 't punt van uitgang: dien
fameuzen brief!
"Uweledelgeboren zal ontwaren dat er vyf stuivers over zyn. Die schenk
ik Uweledelgeboren als 'n blyk van... van...
Hy weifelde tusschen "goedertierenheid" en "genade." Een troepje
Amsterdammers die Kraantje-Lek bezocht hadden, en in de stemming
verkeerden welke van-oudsher by dezen uitgang past, kreeg onzen tobber
in 't oog en nam hem in 't ootje. Wouter sloeg zich dapper genoeg
door den kring heen, maar hy voelde zich zeer verdrietig. Men zal
erkennen dat de voorgenomen heldendaad met die zeven gulden zóóveel,
hem byzonder moeielyk werd gemaakt. Gedurig mompelde hy zich voor:
ik wil 'n brief schryven, ik wil! Als ik maar wist, wáár? En hy
monsterde huis voor huis, of daaronder misschien een mocht zyn dat
hem genoegelyk zou kunnen dienen tot kantoor? Zelfs liep hy nu-en-dan
'n winkel in, maar hy bereikte z'n doel niet. Z'n vreemd voorkomen
en de schichtigheid waarmed-i z'n ongewoon verzoek uitte, schrikten
de menschen af. "Als ik in-godsnaam maar 'n jas aan had!" zuchtte hy.
Eindelyk--welke booze geest speelde hem dezen trek?--eindelyk stond hy
op-eenmaal weer voor 't huis waar de jood woonde, die zoo goedig hem
van jas en hoed verlost had. Wouter trad instinctmatig binnen. "In 's
hemelsnaam, dacht hy, als ik maar eerst weer behoorlyk gekleed ben, dat
ik me vertoonen kan! O God, wat is 'n mensch die geen jas aan heeft!"
De jood zag vreemd op toen z'n klantje van zoo-even hem de verkwanselde
kleedingstukken kwam terugvragen. Hy had ze juist naar New-York
verzonden, zeid-i, waar ouwe-kleeren tegen goud werden opgewogen.
--Maar zoo-even zei je...
--So-efe-n-is f'rby, en wat cheweest is, is niet. Ik sech je
dat ouwe-kleeren d'r gelt waart binne! Feel uitfoer na Emerika
teugeswoordig! Daar sit 't 'm! Maar ik wil je wel 'n jas ferkoope-n-en
'n hoet ook. Mooie waar, kyk hier!
Na eenig verdrietig gesukkel verliet Wouter den winkel van
den schacheraar, met 'n jas aan, en 'n hoed op... modellen! De
kleedingstukken die hy 'n uur te-voren in z'n opgewondenheid had
afgestaan waren er vorstelyk by. Toch moest hy voor de nieuwe plunjen
al 't geld neerleggen dat-i bezat, de vier stuivers inkluis die
m'nheer Wilkens hem den vorigen dag op last van den grootmoedigen
Pompile had uitbetaald voor z'n terugreis naar Amsterdam, en die
geaffekteerd zouden worden op "huishouding." De huishoudelykheid nu
van Wouter's transaktie...
--As je wéér wat te handele heb, zei de edelmoedige jood, kom cherust
by me.
En hy gaf Wouter 'n adreskaartje dat deze werktuigelyk
in den zak stak. Op-straat gekomen--nu was-i gekleed, o
goden!--betrapte hy zich op 'n volkomen overbodige repetitie van z'n
redaktie-plannen. "Weledelgeboren Mevrouw! Hiernevens heb ik de eer
Uweledelgeboren aantebieden...
Aantebieden! Wàt?
Hy sloeg zich voor 't hoofd, en erkende voor de honderdste maal... hoe
zei ook altyd z'n moeder? "Heere jesis-kristis, die jongen! Van hèm
komt nooit wat te-recht?"
Waar zou-i heen! Al peinzend over den zonderlingen toestand waarin hy
gebracht was door... eilieve, lezer, door wàt eigenlyk? Hyzelf kon er
zich geen reden van geven, maar aan U vraag ik, wat toch de oorzaak
was van de onaangename verwikkelingen waarin hy telkens verstrikt
raakte? En ditmaal nogal erg. De geringschatting van de menschen aan
wie hy verantwoording schuldig was, had reden van bestaan in ieder
ander, maar niet in hèm. Z'n moeder was z'n moeder, de heeren Ouwetyd &
Kopperlith waren zyn patroons. Hy was niet grof genoeg van inborst om
de draden waarmed-i zich aan de maatschappy verbonden voelde, eenvoudig
te verbreken en zich vry te maken: om "de wereld integaan" zooals dit
heet. Hieraan dacht hy wel, doch maar 'n oogenblik want hy was te week
om het besef te verdragen van de smart zyner betrekkingen... die wel
luidruchtig, maar niet zoo byzonder diep zou geweest zyn. Doch dit wist
hy niet. Op-eenmaal kwam hem nu in den zin dat-i in z'n lessenaar op
't kantoor allerlei rympjes had verborgen, waarin veel schoons werd
gezegd... van háár. Wie deze "haar" was, doet er niet toe. Het is te
betwyfelen, of hyzelf hiervan een heldere voorstelling had. Want al
droegen z'n ontboezemingen gewoonlyk de kleur der indrukken die Femke
hem had meegedeeld, toch dwaalde hy telkens te veel af van dat ééne
model, om te kunnen beweren dat hy in die rympjes z'n liefde voor
háár schetste. Niemand zou 'n waschmeisje zoeken in 't origineel van
de wolkerige portretten die hy leverde. 't Wemelde in z'n poëzie van
prinselyke diademen, van goddelyke straalkransen, van wereld-overzien,
en van de bekende algemeene gelukkigmakery. Ook God was niet vergeten,
dit spreekt vanzelf. Het is ieder verzenmaker bekend, hoe makkelyk dit
eensylbig woordje zich schikt in elke maat. Kompromitteerend in gewonen
zin waren alzoo Wouter's dichtproeven niet. Noch Pompile, noch Wilkens
zouden by 't vinden der achtergelaten rymelary, op 't denkbeeld gekomen
zyn dat hun weggeloopen jongste bediende in betrekking stond tot
'n dame die men noemen kon. Hoogstens zou 'n beetje scherpzinnigheid
hun de middelen aan-de-hand doen om van Wouter's ongedisciplineerde
hartstochtelykheid geen jota te begrypen. Hyzelf echter meende dat-i
maar al te duidelyk had lucht gegeven aan z'n gevoel, en in verbeelding
zag hy reeds z'n onbescheiden talent misbruikt om al de jonkvrouwen
van zyn hart tentoontestellen in de courant. Prinsessen zouden er 't
meest onder lyden, want aan hoven is de eer 'n teedere zaak. En ook
Julie liep gevaar. In dat ééne gedicht namelyk--koupletten van acht
regels met slechts twee rymklanken, denk eens!--had-i zich niet kunnen
onthouden, 'n zwevenden engel uittedosschen in 'n zwierig rykleed van
bruine taf, en van zoo'n stof was juist het japonnetje dat zy aanhad
op den dag toen hy zoo ridderlyk vier stuivers had afgedongen op haar
liggenden jachthond! Duidelyker zinspeling op z'n verrukking over haar
neerbuigen tot hem, kon wel niet gevat worden in koupletten van acht
regels met slechts twee rymen! Ja toch, hy had melding kunnen maken van
't wollen fichuutje dat ze by die gelegenheid om den hals droeg--want
ze was op dien merkwaardigen stond 'n beetje verkouden--maar de eischen
van rym en maat bewaarden hem genadiglyk voor indiskrete vereeuwiging
van deze byzonderheid. Die zwabberende bruin-zyden amazone was
waarlyk al verraderlyk genoeg! Zou de oude Dieper by 't ontdekken en
beoordeelen zyner rymschatten, de goedheid hebben Pompile aftebrengen
van de gevaarlyke gissing dat er verwantschap bestond tusschen die
zwevende engel en z'n wederhelft? Och, op zoo'n boekhouder valt niet
te rekenen. Gaf-i niet altyd iedereen gelyk? Wouter zag hem z'n pen
neerleggen, z'n snuifdoos opnemen, den bekenden stap achterwaarts doen,
en dit alles om met vereischten nadruk te verzekeren:
--Juist, jongeheer! Ik heb de intieme fictie dat de jongen met dat
schimpdicht bedoeld heeft...
--Schimpdicht, Dieper? 't Is geen schimpdicht? Wàs 't dat maar! De
kwajongen is verliefd, en wel op...
--Precies, jongeheer! Ik wil maar zeggen, net als u, dat-i zeker
met dien golvenden luchtgeest mevrouw Kopperlith-Huddewitz bedoeld
heeft. 'n Mensch moet toch iets bedoelen, niet waar? Zeker, zeker, die
engel in 't bruin is de jonge mevrouw! Vindt u 't niet erg... brutaal,
jongeheer?
Wouter's verbeelding tooverde hem 't kantoor voor, en dwalend
door den Hout was-i getuige van de woede, van de minachting, van de
vernederingen die 't burgerzielig konklave over hem uitstortte. Wilkens
blaette afkeuring, Eugène bromde z'n: hm! Daar kwam ook de oudeheer
aansloffen:
--Zieje, Pompile, 't is de schuld van Dieper. Waarom zoo'n deugniet
te rekommandeeren?
En Dieper beloofde deemoedig dat-i 't nooit weer zou doen.
De oude Gerrit? Nu, zyn tusschenspraak schikte nogal. Gelukkig voor
Wouter, dat-i eindelyk 'n figuur ontdekte van iets minder afschuwelyken
aard, iemand waarmed-i het tooneel dat z'n angst hem voormaalde,
wat minder krimineel stoffeeren kon. Gerrit mompelde: "wat 'n geseur
over die liedjes! Allemaal wind en 'n engelsche notting!" Lieve Gerrit!
Opmerkelyk, niet waar, dat Wouter wel de gaaf had zich zoo nauwkeurig
voortespiegelen wat er gebeuren zou, wanneer men na z'n wegblyven z'n
archief doorsnuffelde, hy die zich niet in-tyds rekenschap had weten te
geven van den zotten toestand waarin iemand geraken moet, die z'n zeer
behoorlyk jasje verruilt voor 'n schanslooper van de vreemdste soort,
en z'n fonkelnieuw hoedje voor 'n rooden kalen gedeukten tromblon die
hem bovendien eenige nummers te groot was? Weinig jongelieden zouden
zich in Wouter's geval hebben schuldig gemaakt aan de zotterny die hy
begaan had, en toch zou 't onrecht wezen hen daarom voor verstandiger
te houden. Voor 't meerendeel hadden ze slechts door onthouding van
't excentrieke, blyk gegeven beneden Wouter's fouten te staan. Kon
hy 't helpen dat-i z'n ongewoonheid niet wist te regeeren? Dat er
'n aanhoudende stryd was tusschen de wereld die hy in zich omdroeg
en de wereld waarin hy leefde?
De manier waarop hy zich gedurende den afgeloopen dag gedragen had,
kon zonder verkrachting van den zin der uitdrukking, gerangschikt
worden onder de rubriek: krankzinnigheid. Wel zeker! De arme dwaas
die in den waan verkeert dat z'n beenen van glas zyn, is niet verder
van de waarheid dan de dweeper die zonder de wereld te kennen zooals
zy inderdaad is, z'n aanraking met haar meent te kunnen regelen naar
't schema dat hy in omgang met zichzelf alleen, samenknutselde. Wouter
droomde van engelen... die er niet zyn, en van zielenadel... die
niet bestaat. Hy onderging allerlei aandoeningen die aan anderen
niet bekend zyn. Het is er ver af dat deze aandoeningen onverdeeld
schoon waren, en dat alzoo in alle opzichten de werkelykheid beneden
z'n droomeryen zou staan. Integendeel. Onder alle personen, zonder
onderscheid, die hy tot-nog-toe had leeren kennen, was niemand die
niet in 't een-of-ander opzicht hem in zedelyke waarde te-boven ging,
't geen reeds hieruit blykt dat geen hunner ooit zich vervoeren liet
tot dwaasheden als die welke hem daar zoo wanhopig deden rondzwerven in
den Haarlemmer-Hout. Inderdaad, lezer, 't is onzedelyk 'n nieuwe jas
te verruilen voor 'n oude! Ik laat nu de kazuistische finesse waarmee
sommigen zotterny willen onderscheiden van slechtheid, stilzwygend
in haar onwaarde, zéker is 't dat onze held even beschaamd was over
't verkwanselen van z'n kleeren, als-i over diefstal zou geweest
zyn. En, wanneer hy de wereld goed gekend had, zoud-i gróóter
schaamte nog gevoeld hebben over z'n dwaasheid dan over eigenlyke
misdaad. Deze immers wordt begrepen, omdat ieder deelt in de aandrift
die daartoe leiden kan. Met 'n vroom: "God zy by ons... wie staat, zie
toe!" bekruist men zich--en hangt den dief op, nu ja--maar men deelt
volkomen in de gevoeligheid voor verlokking die den zondaar máákte tot
'n zondaar. Vraag eens aan juffrouw Pieterse en haar vry groot aantal
verwanten in geestesarmoed, of ze 't voor mogelyk houden dat zy een
der tien geboden zullen overtreden, of zelfs maar 'n artikel uit het
Wetboek van Strafrecht? Zy en allen zullen antwoorden: "de mensch is
zwak! Heer, wees my armen zondaar genadig!" Heel goed, ik mag lyden
dat de Heer het doet. Maar, eilieve, stel haar de mogelykheid voor
oogen dat zy 'n splinternieuwen merinossen rok zou weggeven, en in
'n onderrokje ronddolen op den publieken weg... zonder de minste
aanroeping van den Heer, zal ze verontwaardigd uitroepen: nooit! En dit
is de waarheid. Zóó ver kan de slimste Duivel 't mensch niet brengen,
al liet God haar in den steek. Wel schynt alzoo zyn hulp onontbeerlyk
om bewaard te blyven voor galg en rad, maar domheden als die van
onzen Wouter weet men te vermyden zonder de minste tusschenkomst van
den Hemel.
En nog 'n opmerking, ditmaal van eenigszins aangenamer aard. Dat
Wouter's manier van spekuleeren niet tot welvaart leidt, zal ieder
erkennen en goedkeuren. Maar men is te zeer gewoon zich goede
uitkomsten voortestellen van het tegendeel. Dit is onjuist. Ik kan
den lezer verzekeren dat de kleerenjood die zich zoo handig toonde in
zaken, niet eens millionair was toen-i stierf, en dit is 't geval met
velen die zich vermeten minachtend neertezien op 't eigenaardig gebrek
aan praktyk, dat 'n uitvloeisel is van nog onvolkomen dichterlykheid.
Wouter verweet zich dat niemand in gelyke maat als hy, de begaafdheid
had zich vasttewarren in 'n net van verdrietelykheden. Gelyk de
meeste jongelieden die in nood zitten, dacht-i aan zelfmoord. De
lezer herinnert zich dat dit meer geschied was. Het leven kwam hem
ondragelyk voor, en hy drong zich op, dat-i ditmaal wel degelyk van
plan... wezen zou daaraan 'n kordaat einde te maken, als-i maar niet
zoo terugschrikte voor 't denkbeeld dat die vervloekte Kopperliths
in z'n minneklachten zouden snuffelen. Eerst die verzen vernietigd,
dacht hy, en dan sterven! God zou wel begrypen dat-i 't niet kon
uithouden in zóó'n wereld! In den hemel was zeker wel deze of
gene werkkring die hem paste. Daar zoud-i zich stipt toeleggen op
z'n... naastbyliggenden plicht! O, waarom had-i dien goeden dokter
Holsma veronachtzaamd? En... hoe zou 't zyn als-i zich in z'n
tegenwoordigen nood--ei, zonder sterven, alzoo?--tot hèm wendde?
Al wat hy zich van die familie herinnerde, kwam hem nu liefelyker voor
dan ooit. Die vlugge Sietske! Die waardige moeder! Die ernstige oom
Sybrand! En Willem... nu ja, z'n wyzigheid was drukkend, maar kon hy
't helpen dat Wouter geen latyn verstond? Had z'n moeder hem dàt
maar laten leeren, meende hy, dan zou alles anders wezen! Hy zou
dan nu op weg zyn om dominee te worden, of advokaat, of rechter,
of minister... allemaal menschen die 'n behoorlyke jas aanhebben,
en precies weten waar ze belanden moeten als 't nacht wordt! Dit
namelyk wist Wouter nog altyd niet, en 't bezwaarde hem zeer. Maar
al was 't dag geweest, waarheen, waarheen? Op die gansche aarde geen
plek waar-i zich vertoonen kon! Zeker, zeker, God zou er genoegen
mee nemen, als-i onaangediend en ongeroepen in den hemel kwam.
Sterven dus! Heel goed, als-i maar geweten had, hoe? Inweerwil
van deze onzekerheid stond z'n voornemen byna vast. Byna! Want het
afscheidnemen van z'n plannen, van z'n droombeelden, van z'n toekomst,
viel hem zeer moeielyk. En zelfs het verledene, hoe dor en schraal ook,
bood hem gezichtspunten aan waarvan hy de oogen niet kon afwenden. Die
verschyning in den Schouwburg... die dubbelgangster van Femke... hemel,
de rozeknopjes! Ook die immers lagen in z'n lessenaar op 't kantoor,
geborgen in z'n zakboek, in 't zakboek dat-i anders altyd op 't hart
droeg--schoon 't hem zéér deed, als-i vuile praatjes aanhoorde by 't
postkantoor!--maar dat-i nu voor 't eerst had weggesloten om er niet
mee bezwaard te zyn op z'n voorgenomen tocht naar "buiten." Mocht-i
aan sterven denken zoolang hy dat pand niet had teruggehaald om het
te vrywaren tegen hoon? En nog iets! Was 't niet al te jammer, van
deze wereld te scheiden voor-i zeker wist hoeveel prinselyks er stak
in Femke, hoeveel van 'n bleekmeisjen in die prinses? Hy begreep niet
hoe hy zoolang zich had kunnen bezighouden met allerlei onderwerpen,
en vond het onverantwoordelyk zoo'n raadsel onopgelost achtertelaten.
Leven dus, leven! Makkelyk gezegd, als-i maar geweten had waar-i slapen
zou? En... eten! Z'n sarrende fantazie hield hem 'n monster-boterham
van Vrouw Claus voor, en hy begon nu werkelyk zich te verbeelden
dat z'n honger onuitstaanbaar was. Stoffelyke behoefte nam de
overhand op smart van anderen aard--daar is ze voor!--en hy begon
afgunstig te worden op 't lot van Jakob Claesz. Want, meende hy,
in zoo'n onbeschaafd Vuurland waren zeker allerlei vruchtboomen,
en er groeide niets eetbaars in den Haarlemmer-Hout. Die Laurens
Coster had ook beter gedaan, vygen en ananassen te planten--of al
waren 't dan maar burgerlyke appels en peren geweest!--dan zich
bezigtehouden met de uitvinding van die vervelende drukkunst! Wat
heeft 'n dolend wildemannetje daaraan? En wat baatte hem nu z'n braaf
oppassen by Pennewip? O, die vervloekte beschaving! Hy verlangde
naar 'n voorwerp waarop-i z'n woede kon koelen, al ware het, byv. 'n
bende Vuurlanders geweest. Dan had-i geweten wat het Noodlot van hem
verlangde: stryden en... overwonnen worden, nu ja, en men zou hem
opeten, ook. In-godsnaam! Daartegenover immers stond altyd de kans dat
hy--onder aanroeping van deze of gene dame: 't was meer gebeurd!--de
overwinning behaalde, z'n vyanden tot Christenen maakte, en zichzelf
tot koning, juist wat-i wezen wilde. Wie weet of niet Jakob Claesz
ook zoo-iets gedaan had, en Wouter besloot dat Vuurland eens. te
bezoeken zoodra hy te beschikken had over 'n vlootje. Dan zoud-i...
Helaas, heiaas, wat gekke overleggingen in zyn toestand! Beurtelings
woedend en verdrietig, slenterde hy laan-in laan-uit, en wist geen
raad. Eindelyk zette hy zich moedeloos onder 'n boom, en viel in
slaap. Hy droomde dat-i in nood was en dat Femke hem redde. Toen-i
wakker werd, was 't volkomen nacht. Het kostte hem veel moeite zich
te bezinnen wat er gebeurd en hoe hy daar gekomen was. Maar helaas,
hy voelde zich wel genoodzaakt het gebeurde voor inderdaad geschied te
houden, en z'n verdriet weer aanteknoopen waar 't eenige uren geleden
was afgebroken door den slaap. Toch was de daartusschen liggende droom
te levendig geweest om daarop geen acht te slaan, en by gebrek aan
beter dwong hy zich dien optevatten als 'n wenk. Hy besloot dus naar
Amsterdam te gaan en zich onder Femke's hoede te stellen. Al zag hy
niet in hoe zy hem van dienst wezen kon, 't zou hem reeds verluchten
indien hy iemand kon deelgenoot maken van z'n verdriet. En de schaamte
die hem pynigde omdat-i haar zoo lang had verwaarloosd... zeker,
dit maakte den stap niet gemakkelyk. Want hy voelde zeer goed dat-i
zich haar onwaardig had gemaakt, en kon het denkbeeld niet van zich
stooten dat zy dit wist. Ach, mocht hy den dag van vandaag, en dien van
gisteren... neen, de vier, vyf laatste maanden kunnen overleven! Zyn
nu verwaarloosd gemoed zou daarby wèlvaren, en Hersilia's parasol ook.
Na lang zoeken en dwalen bevond hy zich op den weg dien hy den
namiddag van den vorigen dag was langsgekomen in 't achterbakje van
de britschka. Reeds toen was-i niet tevreden. En nu! Naar Femke,
naar Femke! riep hy, alsof 't meisjen 'n toovergodin was die maar te
bevelen had om verandering te brengen in z'n verdrietigen toestand. En
ongegrond was Wouter's vertrouwen eigenlyk niet, schoon hyzelf daarvan
zeker geen reden geven kon. Femke's eenvoudige kalmte--uitvloeisel der
harmonie van haar gaven, inborst, ontwikkeling en begeerten--maakten
haar inderdaad tot 'n goede raadsvrouw. Zeer vermoeid kwam Wouter tegen
den morgenstond by haar huisjen aan. Hier wachtte hem 'n zonderlinge
verrassing... o, die ondeugende Fancy!

De buitenblinden waren gesloten, wat Wouter niet verwonderde daar het
nog zeer vroeg was. Maar wel was z'n verbazing groot, toen hy bemerkte
You have read 1 text from Dutch literature.
Next - De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 26
  • Parts
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 01
    Total number of words is 4413
    Total number of unique words is 1525
    38.6 of words are in the 2000 most common words
    54.5 of words are in the 5000 most common words
    60.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 02
    Total number of words is 4605
    Total number of unique words is 1441
    40.2 of words are in the 2000 most common words
    54.1 of words are in the 5000 most common words
    59.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 03
    Total number of words is 4411
    Total number of unique words is 1603
    37.1 of words are in the 2000 most common words
    50.9 of words are in the 5000 most common words
    57.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 04
    Total number of words is 4612
    Total number of unique words is 1737
    33.1 of words are in the 2000 most common words
    45.3 of words are in the 5000 most common words
    52.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 05
    Total number of words is 4460
    Total number of unique words is 1639
    35.7 of words are in the 2000 most common words
    48.9 of words are in the 5000 most common words
    55.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 06
    Total number of words is 4487
    Total number of unique words is 1557
    38.6 of words are in the 2000 most common words
    53.9 of words are in the 5000 most common words
    60.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 07
    Total number of words is 4614
    Total number of unique words is 1546
    39.7 of words are in the 2000 most common words
    54.6 of words are in the 5000 most common words
    60.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 08
    Total number of words is 4588
    Total number of unique words is 1523
    38.3 of words are in the 2000 most common words
    53.4 of words are in the 5000 most common words
    60.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 09
    Total number of words is 4476
    Total number of unique words is 1489
    41.0 of words are in the 2000 most common words
    56.7 of words are in the 5000 most common words
    62.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 10
    Total number of words is 4481
    Total number of unique words is 1676
    36.6 of words are in the 2000 most common words
    51.1 of words are in the 5000 most common words
    57.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 11
    Total number of words is 4555
    Total number of unique words is 1599
    39.8 of words are in the 2000 most common words
    55.8 of words are in the 5000 most common words
    63.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 12
    Total number of words is 4647
    Total number of unique words is 1435
    42.1 of words are in the 2000 most common words
    57.7 of words are in the 5000 most common words
    65.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 13
    Total number of words is 4648
    Total number of unique words is 1559
    38.9 of words are in the 2000 most common words
    54.6 of words are in the 5000 most common words
    61.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 14
    Total number of words is 4536
    Total number of unique words is 1566
    39.5 of words are in the 2000 most common words
    54.2 of words are in the 5000 most common words
    62.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 15
    Total number of words is 4508
    Total number of unique words is 1485
    36.6 of words are in the 2000 most common words
    50.1 of words are in the 5000 most common words
    56.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 16
    Total number of words is 4483
    Total number of unique words is 1622
    38.2 of words are in the 2000 most common words
    53.3 of words are in the 5000 most common words
    60.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 17
    Total number of words is 4522
    Total number of unique words is 1406
    38.5 of words are in the 2000 most common words
    52.3 of words are in the 5000 most common words
    58.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 18
    Total number of words is 4566
    Total number of unique words is 1509
    37.7 of words are in the 2000 most common words
    51.8 of words are in the 5000 most common words
    59.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 19
    Total number of words is 4532
    Total number of unique words is 1593
    36.3 of words are in the 2000 most common words
    51.7 of words are in the 5000 most common words
    58.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 20
    Total number of words is 4425
    Total number of unique words is 1739
    31.8 of words are in the 2000 most common words
    46.3 of words are in the 5000 most common words
    53.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 21
    Total number of words is 4594
    Total number of unique words is 1711
    36.8 of words are in the 2000 most common words
    50.2 of words are in the 5000 most common words
    57.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 22
    Total number of words is 4494
    Total number of unique words is 1562
    37.5 of words are in the 2000 most common words
    51.3 of words are in the 5000 most common words
    59.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 23
    Total number of words is 4465
    Total number of unique words is 1510
    37.9 of words are in the 2000 most common words
    52.3 of words are in the 5000 most common words
    59.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 24
    Total number of words is 4503
    Total number of unique words is 1591
    38.2 of words are in the 2000 most common words
    53.3 of words are in the 5000 most common words
    60.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 25
    Total number of words is 4543
    Total number of unique words is 1618
    37.8 of words are in the 2000 most common words
    52.6 of words are in the 5000 most common words
    60.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 26
    Total number of words is 4910
    Total number of unique words is 1392
    44.4 of words are in the 2000 most common words
    59.6 of words are in the 5000 most common words
    67.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 27
    Total number of words is 4854
    Total number of unique words is 1475
    41.7 of words are in the 2000 most common words
    56.3 of words are in the 5000 most common words
    62.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 28
    Total number of words is 4992
    Total number of unique words is 1332
    44.0 of words are in the 2000 most common words
    60.7 of words are in the 5000 most common words
    66.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 29
    Total number of words is 4830
    Total number of unique words is 1522
    39.7 of words are in the 2000 most common words
    54.8 of words are in the 5000 most common words
    61.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 30
    Total number of words is 4655
    Total number of unique words is 1584
    37.1 of words are in the 2000 most common words
    52.9 of words are in the 5000 most common words
    60.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 31
    Total number of words is 4594
    Total number of unique words is 1608
    38.6 of words are in the 2000 most common words
    52.7 of words are in the 5000 most common words
    60.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Geschiedenis van Woutertje Pieterse, Deel 2 - 32
    Total number of words is 16
    Total number of unique words is 15
    59.9 of words are in the 2000 most common words
    73.1 of words are in the 5000 most common words
    73.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.