Lidewyde - 17

Total number of words is 4659
Total number of unique words is 1475
45.5 of words are in the 2000 most common words
60.7 of words are in the 5000 most common words
68.8 of words are in the 8000 most common words
Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
dat hij naar diens toespraak met onverdeelde aandacht geluisterd
heeft. Mijnheer Lefebvre, beweert hij, is een man vol nieuwe
denkbeelden."
--"Dat zegt mijn vader ook," hernam het meisje, "maar ik voor mij kan
de gedachte niet van mij afzetten dat hij eene rol speelt. Indien ik
kiezen moest tusschen dokter Ruardi en hem, zou ik geen oogenblik
aarzelen."
--"Neen, dat ben ik niet met u eens. Gij schijnt mijnheer Lefebvre van
nabij te kennen, en ik zie hem van daag voor het eerst; doch met al
zijne ruwheid en zonderlingheid boezemt hij mij meer vertrouwen in dan
mijnheer Ruardi."
--"Vertrouwen? nu ja," zeide het meisje, minder ernstig dan Emma.
"Doch ik ben niet van meening dat men de heeren daarnaar beoordeelen
moet. Mijnheer Kortenaer boezemt mij in het geheel geen vertrouwen in;
doch dat neemt niet weg dat ik hem zeer beminnelijk vind. Te
beminnelijker misschien naarmate ik hem voor gevaarlijker houd."
--"Laat ons niet met woorden spelen, bid ik u. Waarom geeft gij aan
mijnheer Ruardi de voorkeur boven mijnheer Lefebvre? Dat intrigeert
mij. Ik gevoel mij niet aangetrokken tot mijnheer Ruardi, en reeds
hebben wij een paar malen over hem gekrieuwd, Kortenaer en ik."
--"Dus heb ik een bondgenoot in mijnheer Kortenaer gevonden? Des te
beter. Doch maak mij, wat ik u verzoeken mag, in mijne eigen oogen
niet dwazer dan ik reeds ben. Dokter Ruardi bezit voor mij geen ander
charme als dat hij beleefd en gezellig is. Hij praat niet altijd
alleen en weet zich te voegen naar den smaak en de bevattelijkheid van
vrouwen. Komt daarentegen mijnheer Lefebvre in de stad en brengt hij
ons een bezoek, dan maakt hij zich meester van mijn vader en van de
konversatie, en gunt ons dames den tijd niet er eene speld tusschen te
steken."
--"En noemt gij dat eene rol spelen?"
--"Ja en neen; ofschoon ik u toegeef, dat men op die wijze ook van
dokter Ruardi zou kunnen beweren dat hij onder een anderen vorm aan
het zelfde euvel mank gaat. Mijne voorkeur, naar gij ziet, is niet van
eene geprononceerde soort. Zelfs vond ik Ruardi vandaag minder beleefd
dan gewoonlijk. En hoe bevalt het u hier? Betreurt gij Duinendaal
niet? Vindt gij freule Steinmetz niet eene allerliefste vrouw? Het
spijt mij dat zij de invitatie van mevrouw Dijk voor dezen middag
niet aangenomen heeft."
--"Zij zou wel lust gehad hebben om te komen, maar zulke talrijke
gezelschappen, zegt zij, vermoeijen haar te zeer. En op haar leeftijd
is dat niet meer dan natuurlijk. Het doet mij genoegen, u met liefde
over haar te hooren spreken. Toen mevrouw Dijk mij voorstelde, eenigen
tijd bij freule Steinmetz te komen doorbrengen, zijn de Duinendaalsche
bosschen, ik beken het, mij nog liever geworden dan te voren. Ik zag
op tegen de kennismaking met die twee vreemde dames, en vreesde dat
Kortenaer het te druk zou hebben om zich veel met mij bezig te houden.
Doch alles heeft zich naar wensch geschikt, en ik heb in freule Bertha
eene vrouw gevonden zooals ik niet geloof dat er vele zijn. Men is met
haar volkomen op zijn gemak, en aan allerlei kleinigheden bemerkt men,
dat haar hart van goedheid overvloeit."
--"En hoe," vroeg het meisje, fluisterend en omziend, als vreesde zij
dat eene of meer der andere dames hare vraag verstaan zouden, "hoe
denkt gij over Lidewyde?"
Emma vond het niet aangenaam, aldus geïnterpelleerd te worden, en aan
het uitblijven van haar antwoord kon het vriendinnetje bespeuren, dat
zij de maat te buiten was gegaan. Daar het haar evenwel meer te doen
was geweest om hare eigen meening over Lidewyde te kunnen zeggen dan
het oordeel van Emma te winnen, vervolgde zij op denzelfden toon, de
onbescheidenheid van hare vraag met meer takt naar den achtergrond
schuivend dan men van haren leeftijd verwacht zou hebben:
--"Sommige familien hier zijn met mevrouw Dijk ontzaggelijk ingenomen,
en ik weet dat ook freule Steinmetz zeer gunstig over haar denkt. Doch
bij ons aan huis staat zij niet hoog aangeschreven. Mijn vader zou
niet willen hebben dat ik vertrouwelijk met haar omging, en ik mag
alleen op Soekabrenti komen om staatsie-visites te maken, of bij
niet-intieme gelegenheden, zoo als deze."
--"Hoe groot is toch het verschil tusschen de stad en buiten!" kon
Emma zich niet weerhouden uit te roepen. "Te Duinendaal gaat men
alleen om met de menschen die men waarlijk liefheeft of hoogacht; hier
daarentegen"...
--"Zoo is het," vulde het meisje den volzin aan, "men verkeert hier
somwijlen met lieden die men niet verder vertrouwt dan men ze ziet. En
dan nog!"
Op een zeer kleinen ijzeren stoel naast eene zeer kleine ijzeren tafel
had zich eene vervaarlijk groote en lijvige dame van leeftijd
nedergezet. Het wandelen scheen haar moeijelijk te vallen, en zij
maakte ijverig gebruik van een flakon, die met eene gouden ketting aan
haar broche bevestigd was en in welker gouden stop zich een
miniatuur-cylinderhorloge bevond, met paarlen omzet. Haar toilet was
evenredig aan deze tentoonstelling van bijouterien, en al hetgeen, de
voornaamste modewinkels eener welvarende stad kunnen bijdragen om eene
vrouw van dien tonnenlast te doen schitteren en kraken, kraakte en
schitterde aan haar breede persoon. Nadar zou een tweede ballon-géant
hebben kunnen vervaardigen met de ellen zijde die langs hare heupen
afhingen en haren boezem omspanden. Gelukkig huisde in die
ontzagwekkende borst de inborst van een lam: deze kolossale apparitie
was eene weldoende toovergodin voor al de armen van haar kerspel. Dit,
en een zwak voor den jongen ongehuwden predikant der plaats waartoe
haar buitengoed behoorde (haar man lag sedert vele jaren in het graf
en zij had geene kinderen), waren hare eenige hartstogten.
--"Laat ons hier een oogenblik uitrusten," zeide zij tot twee andere
vrouwen van jaren, doch van gewoner dimensien dan zij, die met haar
aan deze zijde van het terras de schaduw gezocht hadden. "Misschien
zullen meer dames ons voorbeeld volgen en zich bij ons komen voegen.
De heeren kunnen nog niet scheiden, lijkt het wel, en de politiek doet
hen de galanterie vergeten. Heb ik u verteld, mevrouw Spaan, wat mij
in het midden der week naar de stad heeft doen komen?"
De dame, tot wie deze vraag gerigt werd, meende wel is waar reeds
vernomen te hebben, welk belang tot die ongewone overkomst genoopt
had, doch de beleefdheid deed haar eene onkunde voorwenden, welke,
opgenomen voor goede munt, bevorderlijk kon zijn voor de levendigheid
van het gesprek.
--"En gij weet," vervolgde de vonkelende weduwe, "dat ik er prijs op
stel, met freule Steinmetz op een goeden voet te blijven. Zij is een
waardige vrouw, en ik zal altijd beweren, dat dames van elke rigting
een voorbeeld aan haar nemen mogten. Doch wie onzer heeft zijne
zwakheden niet? Enfin, indien ik niet overgekomen was en een oog in
het zeil gehouden had, zou mijn lieve mijnheer Steenstra misschien
niet eenmaal op het twaalftal geparaisseerd hebben. En ik, die zoo
gaarne zien zou, dat hij te M. in aanmerking kwam! Ik spreek niet
voor mijzelve, dat begrijpt gij; want indien hij hier beroepen wordt,
ben ik hem op Linschoten den geheelen zomer kwijt."
--"En heeft freule Steinmetz waarlijk moeite gedaan om mijnheer
Steenstra te weren?" vroeg de dame, die daareven als mevrouw Spaan
toegesproken was. "Ik zou haar tot zoo iets niet in staat geacht
hebben."
--"Moeite gedaan om hem te weren, zal ik niet zeggen, want zij heeft
Steenstra's naam in het geheel niet genoemd; maar door andere namen te
noemen en den zijnen te verzwijgen, werd langs een zijweg hetzelfde
doel bereikt."
--"Men weet toch nooit wat men aan die fijnen heeft," zeide de dame,
die tot hiertoe gezwegen had. "Al gaan zij een eind weegs met u mede
en al spelen zij voor eene wijl open kaart, altijd eindigen zij met de
kat in donker te knijpen."
--"Dat moet gij niet zeggen, lieve mevrouw," antwoordde de goedhartige
weduwe, wier kerkelijke ijver, al viel hare dogmatiek iets minder
Bismarcksombre, vooral niet flaauwer was dan die van freule Bertha;
"wij moeten alleen maar zorgen, dat aan alle partijen regt wedervaart.
Ik gun freule Steinmetz een predikant naar haar hart, en zelfs zou ik
niet willen dat hier iemand beroepen werd die alles wegredeneerde.
Doch daarvoor behoeft zij, wat Steenstra betreft, niet bevreesd te
zijn. Steenstra heeft den naam van liberaal te zijn, dat weet ik wel;
maar ik weet ook dat hij mij niet zou kunnen stichten, indien hij de
groote waarheden van onze gezegende godsdienst niet verkondigde."
Het geloof der korpulente weduwe was als haar schoot: het vormde een
hellend vlak waarlangs de kritiek naar beneden gleed, en de twee
andere matronen gevoelden blijkbaar weinig lust, haar te volgen op den
weg eener zoo subtiele onderscheiding als die van daareven. Men moest
een halve theologant zijn, meenden zij, om het verschil te vatten
tusschen een predikant die regtzinnig was, en een die voor liberaal
doorging, maar niettemin voor de groote waarheden der christelijke
godsdienst opkwam. Gelukkig evenwel behoefden zij niet lang naar een
nieuw onderwerp van gesprek te zoeken: het kwam haar te gemoet in de
gedaante van Lidewyde; die, insgelijks van twee dames vergezeld, de
tijding kwam brengen, dat men de heeren zoo aanstonds in den tuin zou
zien verschijnen.
--"Wij mogen het wel zeer op prijs stellen, lieve mevrouw Dutry,"
zeide Lidewyde, het woord tot de weduwe rigtend, "dat een gelukkig
zamentreffen u heden onze gast heeft doen zijn. Het behoort tot de
zeldzaamheden in dit saizoen, dat de stad u meer aantrekt dan buiten."
--"Dat is zoo, Lidewyde, ofschoon het zonderling klinkt u in deze
omgeving van de stad te hooren spreken. Soekabrenti is een paradijs,
en gij moet het u kwalijk kunnen voorstellen, dunkt mij, dat ik de
moeite neem, mij iederen zomer op Linschoten te gaan begraven. Hebt
gij goede tijding van de oude mevrouw Dijk?"
--"Uitmuntende tijding. Zij is in het geheel niet zeeziek geweest, en
Londen, schrijven mijne zusters mij, is nog niet half groot genoeg
naar haar zin. Iederen ochtend laat zij zich met rijtuig naar de
tentoonstelling brengen, en iederen avond wil zij een koncert of eene
opera hooren."
--"Denkt zij lang afwezig te blijven?"
--"Daaromtrent is nog niets bepaald. De afspraak was, eene maand uit
en thuis; doch de maand is bijna om, en ik hoor nog van geen
weeromkomen reppen. Het zou mij niet verwonderen, indien aan den togt
naar Engeland een togtje naar Schotland werd vastgeknoopt."
--"Uw schoonmoeder heeft altijd gezegd, dat wanneer zij eenmaal aan
het reizen ging, men den lust daartoe haar niet gemakkelijk weder
afleeren zou. Nu, in Engeland is men voor eene excentriciteit meer of
minder niet zoo vervaard als hier, en indien zij behagen vindt in heen
en weder te trekken, heeft zij gelijk dat zij ons laat praten."
--"Om één ding spijt het mij toch dat zij juist nu afwezig is," zeide
Lidewyde.
--"En dat is?"
--"Dat zij de gelegenheid mist kennis te maken met ons aanstaand
nichtje. Ik ben zeker dat jufvrouw Visscher in haar smaak zou gevallen
zijn. Vindt gij niet dat mijn neef Kortenaer goed uit zijne oogen
gezien heeft?"
--"Jufvrouw Visscher logeert bij freule Steinmetz, niet waar, en
mijnheer Kortenaer bij u?"
--"Dat is zeer toevallig zoo gekomen ja, of liever, de eer dier
schikking behoort geheel en al aan mijn man. Dijk heeft rust noch duur
gehad voor hij André had bewogen, Emma over dat plan te schrijven.
Voor ons is hun bezoek eene aangename afleiding, en ik hoop maar dat
het voor henzelven geene teleurstelling zijn zal. Zie, daar komen zij
aan."
Zoodra de gastheer het sein tot opstaan had gegeven, was André naar
buiten gesneld om Emma te zoeken. Zoo vele personen hadden hem dezen
middag geluk gewenscht met zijne verloving; men beschouwde zijn
aanstaand huwelijk zoo zeer als eene uitgemaakte zaak; Emma's lof had
uit zoo vele monden om hem henen geruischt, dat hij behoefte gevoelde
haar zijnen arm en zijne hulde te gaan aanbieden. Zij nam beiden aan
met die ingetogen gretigheid, welke in het oog der mannen, omdat zij
hunne ijdelheid streelt en hen in den fieren waan van hunne
onmisbaarheid versterkt, eene der bekoorlijkste bewegingen is van het
vrouwelijk gemoed. Een ligte blos van aandoening kleurde haar gelaat,
en hare oogen stroomden van blijdschap over. Zij scheen dezelfde
persoon niet, die daareven met het andere jonge meisje had loopen
keuvelen.
--"Men behoeft niet te vragen of die jongelieden gelukkig zijn," zeide
mevrouw Dutry, met de onbaatzuchtigheid der jaren en der lijvigheid de
oogen op André en Emma gevestigd houdend.
Lidewyde hield hare meening voor zichzelve.

Het was avond geworden, en het uit de eetzaal naar buiten stroomend
licht zou de duisternis in den tuin ondoordringbaar hebben doen
schijnen, indien niet van punt tot punt, tusschen de heesters van het
groote grasperk en aan de boomen op de hoeken der wandelpaden, de hand
van gedienstige geesten papieren lantarens ontstoken had. Bij dat
zachtgekleurd schijnsel zag men kleine groepen van heeren en dames, of
van heeren alleen, fantastisch heen en weder dwalen. Voor het huis, op
het hoogste punt van het terras, was eene tafel aangerigt, die voor de
mannelijke helft der gasten al de aantrekkingskracht bleek te
bezitten, welke door vazen van zeegroen kristal, tot aan den rand met
wijn en kruiden gevuld en door een drom van goudgele roemers
gelijfstaffierd, van oudsher in deze gewesten uitgeoefend is. Allen
spraken door elkander, en nu en dan hoorde men den advokaat Lefebvre
in een homerisch lagchen uitbarsten.
Doktor Ruardi handelde in den regel niet consequent genoeg om dit
tooneel alleen hierom te ontwijken, dewijl vaatjes kruidenwijn en
glazen met holle voeten de hem antipathetische zeden van een vervlogen
tijdvak der nederlandsche volkshistorie met al te groote levendigheid
voor zijne herinnering deden oprijzen. Andere redenen hadden hem dien
middag aan tafel iets van zijne gewone spraakzaamheid doen verzaken;
andere redenen ook deden hem thans het luidruchtig gezelschap mijden
van Lefebvre en de zijnen. Hij wilde Lidewyde spreken. Geduldiger nog
dan het huisdier, welks moordziek instinkt den goedaardigen Van Alphen
tot eene lofspraak verlokte, had hij het oogenblik verbeid om met haar
alleen te zijn; en slechts hij, die zijne betrekking tot haar volkomen
kende, zou in het talent, waarmede, na twintig mislukte pogingen, de
dokter haar eindelijk naar een der afgelegen wandelpaden wist te
troonen, de vrucht van studie gewaardeerd hebben.
--"Gij zult moeten kiezen of deelen, Lidewyde," zeide hij snel, toen
hij zich zeker durfde achten dat niemand hen beluisteren kon. "Ik wil
niet dat gij zult voortgaan u aldus te emanciperen."
--"Goede Frederik," antwoordde zij op minachtenden toon, "maak u toch
geen hersenschimmen omtrent uw overwigt op mij. Waarom wilt gij niet
gelooven dat hetgeen Sarah u herhaaldelijk gezegd heeft waarheid is?
Kunt gij u de mogelijkheid niet voorstellen dat men van uwe
gemeenzaamheid voortaan verschoont wenscht te blijven? Is de ijdelheid
bij u tot monomanie geworden?"
--"Die bitterheden deren mij niet, en ik ben niet dwaas genoeg om te
vergen dat gij mij zult liefhebben in weerwil van uzelve. Doch wat ik
eischen mag, is dat gij een weinig eerbied toonen zult voor
herinneringen die u dierbaar behooren te zijn."
--"Dit stemt niet overeen met uwe wijsbegeerte, vriend; of zoo ja, het
is u niet onbekend wie in de eerste plaats aanspraak heeft op hetgeen
gij mijnen eerbied noemt. Mag ik weten hoe gij eensklaps aan dat
deftige woord gekomen zijt? Het is de eerste maal dat ik het u hoor
bezigen."
--"Nuttelooze uitvlugten! Indien gij u met geen ander oogmerk van mij
afwendet als om u te verzoenen met uw man, zou ik de eerste zijn om
mij daarover te verheugen. Honderd malen heb ik u gezegd, dat die
transaktie u mijnentwege vrijstond. Doch sedert gij in uw huis eene
kamer hebt ingeruimd voor dien knaap"...
--"Uwe belangstelling in mijne toekomst is inderdaad
bewonderenswaardig. Eerst hebt gij mij het voorregt gegund, kennis te
maken met uwe... beteekenis; en nu ik daarvan doordrongen ben,
noodigt gij mij uit een goed heenkomen te zoeken in het paradijs van
den pligt. Gaarne geloof ik dat het u rust zou geven, mij dien weg te
zien inslaan; doch houd mij ten goede dat ik geene roeping gevoel u
die voldoening te verschaffen."
--"Val mij niet in de rede, bid ik u, en poog mij niet om den tuin te
leiden."
--"Ik leid u niet om den tuin, maar gij mij. Nog eene schrede en wij
staan op den straatweg. Indien wij terugkeerden, wat dunkt u?"
--"Gij zoudt tot zulke laffe woordspelingen uwe toevlugt niet nemen,
indien gij niet bekennen moest dat mijne vermoedens gegrond zijn. En
wat wilt gij dat ik van u denken zal? Een ernstigen hartstogt kunt gij
voor dien jongen niet gevoelen; daar is hij te onbeduidend voor. Kondt
gij tegenwoordig zijn bij zijne gesprekken met mij, gij zoudt
medelijden met hem krijgen. Hij is eene volslagen nulliteit, en die
hem liefhebben moeten wenschen dat hij hoe eer hoe beter in het
huwelijk trede met zijne Duinendaalsche schoone. Misschien komt er dan
nog iets van hem teregt."
--"Indien het over André Kortenaer is dat gij op die wijze spreekt,
moet ik u zeggen dat gij hem kwalijk beloont. Hij is een bewonderaar
van u en houdt u voor een genie. Lefebvre is de eenige persoon, dien
hij somtijds boven u stelt, en dan nog met onderscheid."
--"Ik dank hem voor zijne goede meening, doch geloof mij, Lidewyde,
hij verdient niet dat gij u met hem bezig houdt. Wilt gij een goeden
raad van mij aannemen, laat hem loopen en zoek een waardiger
tijdverdrijf. Het is beneden u, te triomferen over jufvrouw Visscher."
--"En wie zegt u, dat ik mij die zegepraal ten doel heb gesteld? Oneer
zou ik er in geen geval mede inleggen. Ook vind ik u potsierlijk. Zijn
dan uwe eigen overwinningen altijd evenredig geweest aan de goede
meening die gij van uzelven koestert? Om dat te kunnen gelooven, zou
ik minder goed op de hoogte moeten zijn van uwe geschiedenis."
--"Gij zijt onhandelbaar heden avond, Lidewyde, en ik zal niet langer
beproeven, u van uw ongelijk te overtuigen. Ook wordt het tijd dat gij
uwe gasten weder gaat opzoeken. Beloof mij slechts, dat gij uzelve
niet te roekeloos zult exponeren."
--"Dank u voor deze nieuwe impertinentie. Doch ik geloof met u, dat
het tot niets zou dienen, ons onderhoud te verlengen. Adieu, don Juan!
Elk zijns weegs."
Zij sloeg een zijpad in, dat haar in een oogwenk naar het terras en
naar hare gasten terugvoerde, en liet hem met zijnen toorn alleen.

Adriaan Dijk had post gevat hij den zilveren hevel, en men moest de
wellevendheid prijzen waarmede hij voor oud en jong het kraantje
roerde. Zijne kandidatuur was hem, overdragtelijk gesproken, naar het
hoofd gestegen, en hij verkeerde in die gelukzalige stemming, waar
vrouwen zich geene voorstelling van kunnen vormen, maar die in de
mannenwereld, sedert de demokratische instellingen van den nieuwen
tijd het publiek-persoon-zijn tot eene algemeen bereikbare
hoedanigheid verheven hebben, onder den naam van populariteitsgevoel
bekend is.
--"Kortenaer!" riep hij, toen André en Emma voor de derde of vierde
maal op eenigen afstand hem voorbijgingen. "Kortenaer! Waarom
versmaadt gij mijne goede gaven? Het is avond, mijn vriend, en
jufvrouw Visscher moet het goedkeuren dat gij u naar den inwendigen
mensch behoorlijk verwarmt."
--"Zeker keur ik dat goed," zeide Emma, André aanmoedigend om nader te
treden. "Kortenaer beweert dat uw mengsel voor heeren al de goede
eigenschappen bezit, die de dames aan hare sortie's toeschrijven."
--"Met uw verlof, Emma," schertste André, "ik heb alleen gezegd dat de
zorg voor uwe gezondheid mij weinig voordeel aanbrengen zou, indien ik
niet te gelijker tijd voor de mijne waakte."
--"Goed geantwoord!" riep Adriaan. "Laten leven is niet genoeg; men
behoort ook zelf te leven. Doch waar blijft Lidewyde? Het is een uur
geleden, dat ik haar voor het laatst gezien heb."
--"Hier is zij," antwoordde eene welbekende stem; en met rustigen pas,
alsof er niets was voorgevallen, trad eene schoone gedaante uit de
duisternis naar het licht.
--"Foei, Lidewyde," zeide Emma verwijtend, "waarom hebt gij niet iets
omgeslagen? Gij zult ziek worden, zeg ik u. Wij leven waarlijk niet in
een land, waar de avondlucht met zich spotten laat."
--"Is dat ook uwe meening, André?" vroeg Lidewyde, zich tot Emma's
bruidegom keerend.
--"Zeker is zij dat," antwoordde Dijk in zijne plaats. "Kortenaer is
het oud-vaderlandsch gevoelen toegedaan, dat de heeren zich tegen de
avondlucht moeten wapenen door kruidenwijn te drinken en de dames door
mantels om te slaan."
--"Adriaan belastert mij," zeide André, "doch hierin heeft hij gelijk,
dat ik het zeer onvoorzigtig van u vind, op dit uur blootshoofds en
zonder mantel in den tuin te wandelen. Mag ik het genoegen hebben uw
grooten doek te gaan halen? Emma, heb ik uwe permissie?"
--"Hoe kunt gij zoo iets vragen, André?"
Hij snelde het huis in en vroeg een bediende, dien hij in den gang
ontmoette, waar hij mevrouws doek vinden kon. De bediende wist het
niet, maar liep naar boven, waar hij zeker was Sarah te zullen
aantreffen; en geene minuut later keerde hij terug met het verlangde
voorwerp over den arm.
--"André geeft zich waarlijk te veel moeite," zeide Lidewyde. "Waarom
ook maak ik misbruik van zijne goedheid? Doch daar komt hij reeds aan,
belast en beladen."
Zij wendde zich om en ging hem te gemoet. Op hetzelfde oogenblik kwam
Ruardi Emma aanspreken.
--"Gij maakt mij verlegen, André," zeide zij halfluid, zoodat de
anderen haar niet verstaan konden. "Doch ik wil niet ondankbaar zijn.
Al hetgeen ik laatst gezegd heb van uwe koelheid jegens Emma neem ik
terug. Gij zijt heden avond de teederheid-zelve geweest, en ik mag van
geluk spreken dat gij tijd gevonden hebt om aan mijn sjaal te denken.
Anders om, als ik u verzoeken mag."
Zij keerde hem op de plaats-zelve den rug toe en boog zich neigend een
weinig achterover, ten einde den doek, dien hij met beide handen
omhoog hield, op hare schouders te ontvangen.
--"Nu dan?" vroeg zij, toen hij scheen te aarzelen.
--"Daar is de doek," fluisterde hij op zijne beurt, zich over haar
heenbuigend. En onder het omslaan roerde hij met zijne lippen de
blonde aan, die haren hals bedekte.
--"Dank u," zeide zij; en de toon waarop zij die woorden uitsprak,
was, hoewel onderdrukt, tegelijk zoo natuurlijk en zoo ongewoon, dat
hij onmogelijk bepalen kon of hare betuiging van erkentelijkheid de
eene daad of de andere gold.


DERDE BOEK.
NEMESIS.


EERSTE HOOFDSTUK.

Een apostolische vermaning wil, dat elk mensch volkomen verzekerd zal
zijn in zijn gemoed; en indien de menschelijke lotbestemming aan het
opvolgen van vermaningen hing, zou den uitvinder dier les de kroon der
wijsheid toekomen. Doch ziehier een jong meisje van twintig jaren,
beminnelijker en schranderder dan de meeste, bezield met de beste
bedoelingen, en, naar de wereld gesproken, zoowel geneigd tot alle
goed als onbekwaam tot eenig kwaad. Had zij over een koningrijk te
beschikken, zij zou het u schenken, indien zij tot dien prijs vrede
bekomen kon; doch haar gemoed is verdeeld, zij wordt her- en derwaarts
geslingerd, en geene magt op aarde schijnt in staat, haar te verlossen
van hetgeen haar de borst beklemt.
Daareven, na het ontbijt, had Emma de ronde gedaan van freule Bertha's
tuin; zonder schroom gebruik makend van de vergunning der gastvrouw om
zoo vele bloemen te snijden als zij voor hare aquarel noodig meende te
hebben. Thans zat zij op hare kamer, boven aan de straat, en de
vruchten van haren strooptocht stonden in een kristallen beker,
halverwege met water gevuld, voor haar op de tafel. Zij kon getuigen
dat freule Bertha's hof medeviel, wanneer men er eenmaal den weg in
wist. De bloemen der oude dame mogten geene geleerde namen dragen of
niet modieus gerangschikt zijn, zij waren goed gekweekt en krachtig.
Gewapend met eene monsterschaar, wier oogen hare kleine vuist
omspanden evenals het gevest van een degen dit zou gedaan hebben (van
vader op zoon had het huis Steinmetz zich van die schaar bediend om
bladen papier mede door midden te snijden, en freule Bertha meende het
aan haar voorgeslacht verpligt te zijn, dat erfstuk door het gebruik
in eere te houden), was Emma langs de bedden gewandeld en had zij hare
keus gedaan. Doch het genoegen, waarmede zij den tuin doorkruist en
haren ruiker geschikt had, was van korten duur geweest. Op hare
kamer gekomen, had zij de bloemen in het water gezet en haar
teekengereedschap voor den dag gehaald; naauwelijks evenwel was zij
gereed met eene schets, of zij legde hare potlooden en hare penseelen
naast zich neder, schoof hare kleurendoos op zijde, stond op en ging
aan hare schrijftafel zitten. Doch ook de brief naar huis, waarmede
zij een begin gemaakt had en dien zij meende slechts voor het
opschrijven te zullen hebben, vlotte niet. Na eene poos, met de pen in
de hand, op het halfgevulde blad papier te hebben gestaard stond zij
nogmaals op en beproefde haar teekenwerk te hervatten.
Hetgeen haar verdrietig, neen rampzalig maakte, was dat zij niet tot
een besluit kon komen omtrent haar verblijf te M. en, in verband
daarmede, omtrent André. Al de twijfelingen, die zij eerst zoo moedig
ter zijde had gesteld, waren met vernieuwde kracht teruggekomen. Zij
wist niet langer wat zij aan hem had. Het was of hij eensklaps te M.
aan allerlei invloeden blootgesteld was geworden, welke vroeger òf
niet op hem gewerkt hadden, òf krachteloos gebleven waren. Daar was
vooreerst Lidewyde met haar schitterend toilet, hare wereldsche
schoonheid en hare pikante konversatie. Dan Sarah met hare
geheimzinnige levensgeschiedenis en haar noodlottig ongeloof; Adriaan
Dijk met zijne onbeduidendheid en zijne rijkdommen; Lefebvre, die zich
wel slechts van tijd tot tijd vertoonde, maar zoo vaak hij kwam een
nieuwen voorraad verblindende gezegden medebragt; Ruardi wiens
denkbeelden bij André voor orakelspreuken golden, en die ja vaak met
ingenomenheid verhaalde van zijn vromen vriend Eduard Stephenson, den
kapelaan, doch wiens eigen leven blijkbaar geheel en al omging buiten
iederen God en elk gebod. Freule Bertha-zelve was van lieverlede in
Emma's oogen medepligtig geworden aan de algemeene zamenspanning, en
dagelijks werd het haar onverklaarbaarder, hoe zoo veel deugd en
godsdienstigheid gepaard konden gaan met eene zoo sterke mate van
verblinding. Zij zou hebben durven zweren dat op Soekabrenti eene
intrige gesponnen werd, waarin André meer en meer verward geraakte.
Liet zij aan hare opgewekte verbeelding den vrijen loop, dan zag zij
de woning van Adriaan Dijk doorzigtig worden en de gedaante aannemen
van een reusachtig web. In het middenpunt van dat weefsel huisde eene
monsterspin, niet een dier afzigtelijke dieren, wier lijken in muzeums
van natuurlijke historie tentoongesteld worden, maar een fraaigevormd
levend insekt, al de kleuren van den regenboog vertoonend en gekroond
met een vonkelenden diamant. Het deed denken aan de fantastische
dieren uit het boek der Openbaring in freule Bertha's bijbel, op wier
voorhoofden onheilspellende namen geschreven staan. De spin heette
=Lidewyde=, en wanneer men haar riep, kwam zij naar u toe, even als een
mak vogeltje uit vreemde luchtstreek, dat in ons noordelijk klimaat is
uitgebroeid en zijne schuwheid heeft afgelegd. Niettemin was zij eene
arachnide, gelijk men bemerken kon aan de kleinere insekten, die, als
in een lijkkleed van natuurlijke draden gewikkeld, levenloos in haar
web hingen. Het was Emma, alsof zij in een dier slagtoffers haar eigen
beeld herkende. Of neen, zijzelve kon zich nog roeren, en ofschoon
gevangen in het verraderlijk weefsel, was de kracht om adem te halen
en zich te weer te stellen nog niet geheel en al van haar geweken.
Doch hoe zij zich ook inspande om een van hare medegevangenen te hulp
te komen, uit wiens brekend oog de ziel van André tot haar sprak, zij
kon hem niet bereiken; en wat smartelijker was dan al het overige, hij
You have read 1 text from Dutch literature.
Next - Lidewyde - 18
  • Parts
  • Lidewyde - 01
    Total number of words is 4360
    Total number of unique words is 1704
    37.6 of words are in the 2000 most common words
    52.8 of words are in the 5000 most common words
    60.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 02
    Total number of words is 4549
    Total number of unique words is 1596
    39.6 of words are in the 2000 most common words
    55.1 of words are in the 5000 most common words
    63.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 03
    Total number of words is 4536
    Total number of unique words is 1628
    39.7 of words are in the 2000 most common words
    56.0 of words are in the 5000 most common words
    63.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 04
    Total number of words is 4606
    Total number of unique words is 1642
    41.1 of words are in the 2000 most common words
    58.6 of words are in the 5000 most common words
    66.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 05
    Total number of words is 4688
    Total number of unique words is 1549
    46.3 of words are in the 2000 most common words
    62.0 of words are in the 5000 most common words
    69.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 06
    Total number of words is 4454
    Total number of unique words is 1654
    38.0 of words are in the 2000 most common words
    53.2 of words are in the 5000 most common words
    61.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 07
    Total number of words is 4626
    Total number of unique words is 1527
    42.5 of words are in the 2000 most common words
    60.1 of words are in the 5000 most common words
    67.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 08
    Total number of words is 4595
    Total number of unique words is 1576
    44.0 of words are in the 2000 most common words
    59.5 of words are in the 5000 most common words
    67.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 09
    Total number of words is 4630
    Total number of unique words is 1448
    47.7 of words are in the 2000 most common words
    63.3 of words are in the 5000 most common words
    71.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 10
    Total number of words is 4654
    Total number of unique words is 1387
    47.3 of words are in the 2000 most common words
    63.0 of words are in the 5000 most common words
    70.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 11
    Total number of words is 4597
    Total number of unique words is 1589
    43.1 of words are in the 2000 most common words
    59.7 of words are in the 5000 most common words
    67.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 12
    Total number of words is 4545
    Total number of unique words is 1572
    40.9 of words are in the 2000 most common words
    55.4 of words are in the 5000 most common words
    62.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 13
    Total number of words is 4698
    Total number of unique words is 1493
    44.4 of words are in the 2000 most common words
    59.6 of words are in the 5000 most common words
    67.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 14
    Total number of words is 4622
    Total number of unique words is 1477
    42.7 of words are in the 2000 most common words
    58.7 of words are in the 5000 most common words
    67.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 15
    Total number of words is 4605
    Total number of unique words is 1483
    42.3 of words are in the 2000 most common words
    60.6 of words are in the 5000 most common words
    69.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 16
    Total number of words is 4543
    Total number of unique words is 1507
    40.9 of words are in the 2000 most common words
    56.3 of words are in the 5000 most common words
    65.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 17
    Total number of words is 4659
    Total number of unique words is 1475
    45.5 of words are in the 2000 most common words
    60.7 of words are in the 5000 most common words
    68.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 18
    Total number of words is 4673
    Total number of unique words is 1448
    46.0 of words are in the 2000 most common words
    61.8 of words are in the 5000 most common words
    70.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 19
    Total number of words is 4582
    Total number of unique words is 1547
    40.6 of words are in the 2000 most common words
    57.5 of words are in the 5000 most common words
    66.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 20
    Total number of words is 4654
    Total number of unique words is 1466
    46.3 of words are in the 2000 most common words
    61.5 of words are in the 5000 most common words
    69.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 21
    Total number of words is 4603
    Total number of unique words is 1497
    45.6 of words are in the 2000 most common words
    60.1 of words are in the 5000 most common words
    68.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 22
    Total number of words is 4643
    Total number of unique words is 1522
    46.0 of words are in the 2000 most common words
    60.0 of words are in the 5000 most common words
    67.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 23
    Total number of words is 4688
    Total number of unique words is 1508
    44.8 of words are in the 2000 most common words
    62.4 of words are in the 5000 most common words
    69.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 24
    Total number of words is 3377
    Total number of unique words is 1197
    48.5 of words are in the 2000 most common words
    65.4 of words are in the 5000 most common words
    72.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.