Lidewyde - 14

Total number of words is 4622
Total number of unique words is 1477
42.7 of words are in the 2000 most common words
58.7 of words are in the 5000 most common words
67.4 of words are in the 8000 most common words
Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
kondukteur, die plaatskaartjes kwam ophalen, en op den meest
aardschgezinden toon der wereld vroeg, of zich in dit kompartiment
welligt passagiers bevonden, die te G. wenschten uit te stappen. Er
was in de alledaagsche belangstelling van dien man iets zoo
ontnuchterends; de goedige uitdrukking zijner oogen neutraliseerde zoo
te eenemaal het fantastische van zijn verschijnen; zij vernietigde zoo
onherroepelijk de ontsteltenis, die zijn borstelige knevel en zijn
zware sapeursbaard anders welligt nog hadden kunnen teweegbrengen, dat
men voor het minst een moord op het geweten zou moeten gehad hebben om
niet aanstonds te beseffen dat de dichterlijke Furien der mythologie
niets te maken hadden met het plotseling optreden van dezen man, die
een dood-onschuldig Metalen Kruis in het knoopsgat droeg en voor het
overige slechts de voorwaarden zijner broodwinning vervulde. Zoo is
het leven en zoo worden de menschen slecht! Wanende Beëlzebub aan
zijne zijde te zien verschijnen, aanschouwt men een gepasporteerd
militair in de gedaante van een wellevend spoorweg-kondukteur.
Het toeval wilde, dat bij het stilhouden te G. geen enkel passagier
plaats kwam nemen in het rijtuig, waarin André en Emma zich bevonden.
"En is dat nu de stad waar de kapelaan Stephenson woont?" had Emma
kunnen vragen; doch zoomin als André was zij zich van het bestaan van
dien belangwekkenden jongen priester bewust; en haar vervulde alleen
de gedachte aan hetgeen André daareven gezegd had. Hoe kon hij wanen,
dat het haar te doen was om òf hem, òf haarzelve een kompliment te
maken? Wie had hem zulke dingen in het hoofd gebragt? Wat beteekende
die wereldsche taal? Doch aan den anderen kant viel het niet te
ontkennen, meende zij, dat hij de hartelijkheid-zelve scheen en zich
te haren opzigte geheel en al als een vurig bruidegom gedroeg. Nu ja,
ook zonder den kapelaan Stephenson geraadpleegd te hebben, gevoelde
zij dat André sommige drogredenen verkondigde en zijn oordeel over
Lidewyde den toets niet doorstaan kon. Doch zij had nu eenmaal hare
eigen denkbeelden omtrent het hart der mannen in het algemeen en
André's hart in het bijzonder; en een dier axioma's was, dat de
verloofde van hare keus, hetzij als bruidegom of als echtgenoot, het
mogt gaan hoe het wilde, haar nimmer geheel en al ontrouw worden kon.
De bloem onder het uitrukken van wier bladen zij beurtelings
indertijd: "Hij zal mij vragen" en: "Toch niet" gefluisterd, en wier
laatste woord in eene stellige toezegging bestaan had,--die
denkbeeldige bloem was geen kortstondig madeliefje, maar eene
immortelle geweest. De voorstelling dat André in staat was haar te
verwaarloozen, kwetste hare fierheid en deed haar naar de wapenen der
beleedigde onschuld grijpen. Doch pas bedacht zij, dat niemand hem zoo
volkomen kon liefhebben als zij en hij telkens zou moeten eindigen met
dit te erkennen, of zij deed afstand van hare verontwaardiging en
verzoende zich met hem in den geest. In het leven van een man, die aan
zulk eene vrouw zijn woord verpand heeft, kunnen zich oogenblikken
voordoen dat hare al te groote teederheid hem verdrietig maakt en hij
wenschen zou, bij minder zenuwachtigheid, meer in haar te vinden van
hetgeen ledepoppen eene gemakkelijke soort van speelgoed doet zijn.
Doch de mannen, die het regt zouden hebben dergelijke verzuchtingen te
slaken, vormen eene uitzondering op den regel; en André was zulk eene
uitzondering niet. Hij behoorde veeleer tot de klasse dergenen, die
eene vrouw als Emma onwaardig zijn en aan wie eene liefde als de hare
verspild is. Hij wilde wel de baten van Emma's vergevensgezindheid
genieten, doch was niet bereid om daarvan de lasten te dragen; en het
was jammer dat zij dit niet in tijds doorzag. Ware zij daartoe
onbeneveld genoeg van blik geweest, zij zou zichzelve een lang en
groot verdriet gespaard hebben; indien men althans met grond van
oordeel is, dat eene vrouw wijzer handelt en zich minder ongelukkig
maakt, indien zij sommige betrekkingen uit eigen beweging verbreekt,
dan indien zij de gevolgen van hare verblinding voor hare rekening
neemt. En tot Emma's verontschuldiging kon worden aangevoerd, dat zij
niet blinder was dan gevorderd werd om hare liefde aan de voorwaarden
van dat gevoel te doen beantwoorden. Of is eene vrouw te veroordeelen,
alleen omdat zich in haar bestaan eene vaste wet van haren aard
vervult? Alle deskundigen zullen dit ontkennen, en teregt. Toen gij
liefhadt, waart gij blind, mevrouw; zonder dat zou uwe liefde niet van
de regte soort geweest zijn. Tevens meent men te weten, dat de
ongemeene schranderheid, die in de laatste jaren bij u is opgemerkt,
en waardoor gij u eene volkomen verdiende reputatie van superioriteit
verworven hebt, dagteekent van het oogenblik dat uw ideaal in de
werkelijkheid omgekomen en de dienst van Eros door u voor die van
Hermes misschien, maar in elk geval voor die van Athene verlaten is.

Op ieder honderd jeugdige kantoorbedienden, die in gemengd gezelschap,
wanneer zij de zekerheid bezitten niet door hunne patroons beluisterd
te worden, wel eens tot amusement van de dames eene gewaagde anekdote
opdisschen, worden er negen en negentig gevonden, die meer dan eens
genoegen hebben beleefd aan het verhaal van den Tunnel en het Moesje.
Doch Emma droeg geene moesjes, en het geheele nederlandsche
spoorwegnet is geen enkelen tunnel rijk. Het zou derhalve niet baten,
den lezer te willen wijsmaken, dat een kleine zwarte stip, die
gedurende de geheele reis, en nog bij het afrijden van G., een
bekoorlijk relief gegeven had aan Emma's zachtgekleurde wang, bij de
aankomst te M. bevonden werd aan André's bovenlip te kleven. En
waartoe fabelen verhaald, wanneer men de feiten slechts voor het
grijpen heeft? Emma, die zonder moeite over André's redenen zou hebben
kunnen triomferen, was niet bestand tegen die van haar eigen hart.
Zij beloofde, hare vooringenomenheid tegen Lidewyde ter zijde te
zullen stellen; en reeds toen de trein, in weerwil van den geringen
afstand, nog een goed eind van M. verwijderd was, had, dank zij de
nederlandsche spoorwegzeden, die geene jongelieden van beiderlei
geslacht verbieden zamen te reizen, een kus het hersteld verbond
bezegeld tusschen de twistende gelieven.


ZEVENTIENDE HOOFDSTUK.

Bij haar eerste ontwaken in de woning van freule Steinmetz, had André
voorspeld, zou Emma zich van hare vooroordeelen omtrent Lidewyde
ontheven gevoelen; en die profetie kwam ten deele uit. Geene benaauwde
droomen hadden haar gekweld gedurende den nacht, en toen zij de oogen
opsloeg, verrees voor haren geest, in Lidewyde's gestalte, geen enkel
schrikbeeld. Integendeel, zij ontwaarde in hare kamer slechts
voorwerpen, wier aanschouwing haar weldadig aandeed: een
ochtendzonnestraal die van achter het hoofden-eind van haar ledikant
op het tapijt viel en hoop gaf op een onbewolkten dag; in een hoek der
kamer, aan hare zijde, een console en daarop eene pendule, die het uur
van zevenen aanwees; halverwege den muur tegenover haar, een
waschtafel en daarboven eene fraaije gravure, Van Dijks =Ecce Homo=
voorstellend. Vooral de aanblik dier gravure deed haar goed en stelde
haar gerust. Uit zichzelve was zij niet godsdienstig of niet
christelijk genoeg om waarde te hechten aan dergelijke voorstellingen,
en in gewone omstandigheden zou zij in staat geweest zijn te beweren,
dat hare voorkeur aan wereldscher beelden behoorde. Doch zeker nieuw
gevoel van hulpbehoevendheid, dat zij zich niet herinneren kon,
vroeger in die mate met zich omgedragen te hebben, deed het haar eene
aangename gewaarwording vinden, zich onder het dak te weten van eene
vrouw, die aan Christus met de doornenkroon geloofde, en die, zonder
ophef, tot in de beeldtenissen toe, waarmede zij hare logeerkamer
versierde, daarvan getuigenis aflegde. André had beweerd, dat zij
zichzelve ten onregte en noodeloos verkleinde door van haar eigen
overwigt op hem een geringeren dunk te koesteren dan zij van
Lidewyde's vermogen had. Met meer regt zou hij thans hebben kunnen
aanvoeren, dat zij door hare onwillekeurige bekentenis van zwakheid,
en hare daarop gegronde toenadering tot den Man van smarte, geen
kompliment aan de christelijke godsdienst maakte, en indien òf de
predikant van Duinendaal, òf de kapelaan Stephenson, òf beiden op
hetzelfde oogenblik, André die stelling hadden hooren voordragen,
zouden zij hem gelijk gegeven en Emma berispt hebben. Doch tot haar
lof moet gezegd worden, dat haar brein voor dergelijke beschouwingen
niet toegankelijk was. Zelve te allen tijde bereid om diensten te
bewijzen, kon zij zich niet voorstellen dat Hooger wezens hunne
welwillendheid immer van iets anders afhankelijk zouden maken als van
het beroep daarop, door zwakkeren gedaan. Voor haar gemoed vloeide de
hoogste nuttigheid der dingen met hunne werkelijkheid en
verkrijgbaarheid ineen, en hare verbazing zou volkomen geweest zijn,
indien zij had hooren betoogen, dat men om de baten der godsdienst te
mogen genieten, zich eerst sterk genoeg moest gevoelen om haar te
kunnen missen.
Zij stond op en kleedde zich, en toen zij haar koffer ontpakt en hare
toilet-artikelen behoorlijk gerangschikt had, begaf zij zich naar de
ruime en vrolijke bovenvoorkamer, die haar den vorigen dag, bij hare
aankomst, door freule Bertha in persoon was aangewezen als haar salon.
Zij trad naar een der vensters en vermaakte zich met het ontluikend
leven te bespieden aan boord der pramen en beurtschepen in de gracht.
Drukte op de straat beneden haar of aan de overzijde was er nog niet
op dit uur, en de weinige sjouwerlieden die zij eene vracht opladen of
eene handwagen voortduwen zag, namen nog die zekere stilzwijgendheid
in acht, welke den arbeidzamen mensch eerst schijnt te verlaten,
wanneer de zon hoog aan den hemel staat. Zij bleef evenwel niet lang
in hare waarnemingen verdiept. Voor het ontbijt wilde zij een
uitvoerigen brief aan hare moeder schrijven, en zij begreep dat zij om
dit plan te kunnen volvoeren haren tijd niet verbeuzelen moest. Ook
had zij een voorgevoel, dat die brief, waarin zij alles zeggen en
nogtans het voornaamste verzwijgen moest, haar eene meer dan gewone
inspanning kosten zou.

Freule Steinmetz ontbeet in eene tuinkamer. Eene breede vensterdeur
verleende toegang tot een bestraat voorpleintje, dat door eene
gemetselde rollaag, drie trappen hoog, gescheiden was van den
eigenlijk gezegden bloemhof. De tuin was grooter en minder
kinderachtig aangelegd dan die van den ouden pastoor te G. Hij bestond
uit een middenperk, waarin een bed stamrozen bloeide, met een bed
geraniums aan de voor- en een bed fuchsia's aan de achterzijde. Nevens
dat perk liep aan weerskanten een breed voetpad, omzoomd met
aardbezieplanten, waarachter heesters van allerhande soort zich
beijverden eene heining te verbergen, die scheiding maakte tusschen
dit pand en die der buren regts en links. Den achtergrond vormde de
blinde muur van een hoog en breed gebouw, dat voor koetshuis en
paardenstal gebruikt werd en uitkwam in eene straat van minderen rang,
in dezelfde rigting loopend als de gracht voor freule Bertha's woning.
Ten einde dien muur zoo veel mogelijk onzigtbaar te maken, hadden
vroegere bewoners, eene halve eeuw en welligt langer geleden, aan
zijnen voet een moerbezieboom geplant, die thans, dank zij eene
zorgvuldige verpleging, geheel en al aan zijne bestemming beantwoordde
en minstens over eene oppervlakte van honderd voeten in het vierkant
zijne takken uitbreidde. Bijna verscholen tusschen de plooijen van dat
groene scherm stond aan de regterzijde van den tuin, waar de grond een
weinig opliep, eene lage hut, wier zijwanden van rietmatten en
boschhout vervaardigd waren en wier dak gevormd werd door de
overhangende takken van een wilden kastanje. De zorg waarmede die hut
bevloerd, en zoo ook de moderne vorm der tafels en stoelen waarmede
zij gemeubeld was, getuigden van eene kennelijke voorkeur voor dit
plekje. Werkelijk zou freule Steinmetz aan haren "koepel" zoo veel
geld niet besteed hebben, indien zij niet in den waan had verkeerd,
dat zulk een verblijf haren stadstuin naar eene buitenplaats deed
zweemen.
Voor Emma, die gewoon was uit de vensters van Belvedere den blik te
laten weiden over een landschap van vele uren in den omtrek; die in de
Duinendaalsche bosschen plekjes had leeren ontdekken waar geen
sterfelijk oog u bespieden kon en zelfs de konijnen hunne
schichtigheid schenen te hebben afgelegd; die honderd malen met hare
ouders, of aan André's arm, den hoogsten top der duinen beklommen en
nu eens voor zich uit naar de blaauwe streep der zee gestaard, of zich
omgewend en met het oog op verren afstand de kronkelingen der rivier
gevolgd had,--bezat de aanblik van freule Bertha's bloemhof geene
magnetische kracht, en zij moest zichzelve eenig geweld aandoen om
ingenomenheid te kunnen toonen met een vergezigt van vijftig schreden
in de lengte op eene breedte van dertig.
In het geheel geene moeite daarentegen kostte het haar, aan het
gezelschap van hare gastvrouw te gewennen. André, dit bleek, had van
dier beminnelijken aard niets te veel gezegd, en Emma had geen half
uur tegenover de bejaarde freule aan de ontbijttafel gezeten, of zij
gevoelde zich volkomen op haar gemak. Ook het voorstel der freule om
te zamen een hoofdstuk uit den Bijbel te lezen mishaagde haar niet, en
toen die kleine huiselijke godsdienstoefening, waarbij Emma de taak
van lectrice vervuld had, afgeloopen was, scheen aan beider gekeuvel
geen einde te zullen komen.
--"Wij hebben gisteren veel te vlugtig kennis gemaakt, lieve
jufvrouw," was freule Bertha's thema, "en het doet mij regt veel
genoegen eens rustig met u te kunnen praten. Het was niet meer dan
natuurlijk, dat mijnheer Kortenaer u aanstonds met zich mede troonde
naar Soekabrenti, en ik begrijp dat gij in de eerste plaats mevrouw
Dijk wenschtet te ontmoeten. Ook meen ik opregt hetgeen ik mijnheer
André aanstonds gezegd heb, dat uwe vrijheid bij mij aan huis
onbeperkt is. Gij kunt hem bij u ontvangen, kunt hem afwijzen, al naar
het u gelegen komt. Ik houd niet van menschen die hunne logeergasten
tiranniseren, en wil zelve niet voor zulk eene dwingster aangezien
worden. Geef mij uwe ochtenduren, indien gij wilt; geef mij een deel
daarvan, en ik zal tevreden zijn. Onderstel in geen geval, bid ik u,
dat ik mij niet in uwe positie zou weten te verplaatsen, en doe mij
het onregt niet van te gelooven, dat ik het gezelschap eener vrouw van
mijne jaren en van mijne denkwijze zou wenschen op te dringen aan een
jong meisje dat andere en voor haar gewigtiger dingen aan het hoofd
heeft. Uw bijzijn bevalt mij, en daarom durf ik zoo spreken. Ik ga
door voor eene overdreven kerksche vrouw, en sommige personen mijden
mij daarom, doch van u geloof ik niet dat gij mij om die reden schuwen
zult. Men moet eene christin zijn om met zoo veel gevoel eene
bladzijde uit den Bijbel te kunnen voorlezen als gij daareven gedaan
hebt."
--"Wat ik u bidden mag, freule, prijs mij niet om mijne vroomheid,"
antwoordde Emma, blozend en met eene onvaste stem. "In dat opzigt, en
in menig ander, schiet ik veel te kort. Bij ons aan huis wordt over
den Bijbel en de kerk weinig gesproken, en ik volg daarin het
voorbeeld van mijn vader en mijne moeder. Ook mijn aanstaande man
zwijgt meest over die onderwerpen. Neen, waarlijk, ik ben in het
geheel niet vroom."
--"Verkeerd van u, mijn kind, en er zal een tijd in uw leven komen,
dat gij mij dat zult nazeggen. Voor mij is de godsdienst nooit een
schrikbeeld geweest. Mijne zoogenaamde regtzinnigheid is niets anders
als de uitdrukking van hetgeen ik dagelijks gevoel, en dat gevoel is
zoo eenvoudig en zoo natuurlijk, dat ik daarbuiten mijzelve niet zijn
zou. Nooit heb ik een braaf mensch ontmoet, die niet datgene wilde wat
ik ook wil, en het is mij altijd voorgekomen dat het eenige
onderscheid tusschen de regtzinnige en de niet-regtzinnige menschen
hierin bestaat, dat de regtzinnige geene vruchten verwachten van een
boom die niet in eere gehouden wordt. Doch God beware mij, dat ik
daarom mijne medemenschen, die anders denken als ik, veroordeelen zou.
Ik gevoel mij aangetrokken tot al hetgeen liefelijk is en wel luidt,
zoo als Paulus zegt; en mijn omgang met een aantal personen wier
gevoelens zeer van de mijne verschillen, mijne vriendschap voor
mevrouw Dijk, de vriendschap die ik nu reeds voor uzelve en voor
mijnheer Kortenaer gevoel, zijn bewijzen genoeg dat ik in mijne soort
even vrijzinnig denk als vele andere menschen, die voor vrijzinniger
doorgaan dan ik. Zelfs vrees ik somwijlen, dat ik de maat overschrijd,
en eene vrouw van mijne gevoelens, indien zij den schijn niet op zich
laden wil van meer dan eenen Meester te dienen, scherper behoorde te
onderscheiden tusschen de gezelschappen die zij bijwonen mag, en die,
waaruit zij zich terugtrekken moet."
Emma kon de gedachte niet van zich afzetten dat in deze bedekte
zelfkastijding eene toespeling op Lidewyde opgesloten lag; en de
verzoeking om bij deze gelegenheid iets naders te vernemen omtrent de
vrouw, die laatstelijk zulk eene voorname plaats in hare gedachten had
ingenomen, was haar te sterk. Daar zij evenwel den moed niet had, dat
onderwerp regtstreeks aan te roeren, beproefde zij een omweg.
--"Ik geloof, freule," zeide zij, "dat behalve de regtzinnige en de
niet-regtzinnige, zoo als gij ze noemt, er nog eene derde klasse van
menschen gevonden wordt. Ik spreek noch van André, noch van mijzelve;
want wij zijn jongelieden, en onze meeningen tellen nog niet mede.
Doch indien gij André's vader, en vooral indien gij mijne ouders
kendet, zoudt gij begrijpen wat ik meen. Het is waar dat wij 's
ochtends niet gezamenlijk in den Bijbel lezen en er 's middags aan
tafel bij ons aan huis niet gebeden wordt. Wij gaan 's zondagsochtends
naar de kerk, dat is al. En toch durf ik beweren dat mijn vader en
mijne moeder, indien ik zoo spreken mag, engelen zijn. Ik heb een
lieven broeder gehad, die in den bloei van zijn leven weggenomen is;
iemand met buitengewone gaven, wiens verlies voor ons allen een
onuitsprekelijk groot verdriet is geweest. Doch ik weet inderdaad
niet, hoe het mogelijk zou zijn, zulk een slag dieper te gevoelen dan
mijne ouders dit gedaan hebben. Al wordt mijn vader honderd jaren oud,
hij zal sterven zonder het gemis van Reinier te boven gekomen te zijn,
en zoo gelukkig kan André mij niet maken, of er zal in de vreugde van
mijne moeder eene groote leegte blijven bestaan. Niettemin kan de
buitenwereld niets daarvan aan hen bespeuren, en ook in hun hart
klagen of morren zij niet. Zij zijn goed en vriendelijk voor iedereen,
schrikken niemand af, trekken zich moedwillig uit niets terug, en
leven in vrede met de geheele wereld. Mij komt het voor, dat alleen
zulke gevoelens de waarde der menschen bepalen, en het verder eene
onverschillige zaak is, of men al dan niet hetzij tot de regtzinnigen,
hetzij tot de onregtzinnigen gerekend kan worden."
--"Jawel, mijn kind, in zekeren zin is dat ook eene onverschillige
zaak. Wanneer het hart niet op de regte plaats zit, baat geene
godsdienstigheid. Dat ben ik volkomen met u eens. Om beminnelijk te
zijn, moet de godsdienst gepaard gaan met menschelijke gevoelens, en
ikzelve ben daarvan zoo doordrongen, dat ik gevaar loop in het andere
uiterste te vallen en, zooals ik daareven zeide, te groote waarde aan
het menschelijke te hechten. En toch geloof ik, dat zij, die denken
zoo als uwe ouders,--en zoo denken een groot aantal personen met wie
ik dagelijks verkeer, Lidewyde onder anderen,--toch geloof ik dat
hetgeen hen en haar beminnelijk maakt eene onwillekeurige hulde aan de
regtzinnigheid is. Ook zou het bandeloos gemeen hen even goed willen
vertreden als het lust zou hebben dit mij en de mijnen te doen, indien
in deze wereld de magt van het geloof minder groot was of minder
ontzag inboezemde. Doch is het dan ook niet waar, dat zij de vruchten
plukken van instellingen en overleveringen, tot wier instandhouding
zij regtstreeks niets bijdragen? Ik zeg nog eens, de Hemel beware mij
dat ik personen als uwe ouders, over wie gij met zoo veel liefde en
eerbied spreekt, minder achten zou dan mijzelve. Maar het is mijne
schuld niet, dat ik de dingen anders inzie; en dit weet ik, dat
openlijk voor mijne meening uit te komen, mij meer aanspraak op
vertrouwen geeft, dan indien ik mijne ware denkwijze zocht te
verbergen."
Emma was met hare gedachten niet genoeg bij de zaak om regt te laten
wedervaren aan freule Bertha's liberaliteit. Haar belang bragt
mede,--en vooreerst zal die drijfveer hier beneden haar monopolie wel
niet verliezen,--de aandacht harer gastvrouw af te leiden van een
onderwerp, dat thans niet in de eerste en voornaamste plaats de hare
bezig hield. Zij zweeg eene poos, schijnbaar nadenkend over freule
Bertha's laatste woorden en over de mate van instemming die zij
daarmede zou kunnen betuigen, en vroeg toen, zoo veel mogelijk
verhelend dat die vraag haar op de lippen brandde:
--"En zoudt gij denken, freule, dat Lidewyde, het verschil in leeftijd
daargelaten, even veel vertrouwen verdient als mijne moeder? André
heeft mij veel goeds van haar verteld; doch om de waarheid te zeggen
kost het mij eenige moeite, aan die voorstelling te gewennen."
--"Lieve Emma," was het antwoord, "hoe wilt gij dat ik u daaromtrent
zekerheid geven zal? Lidewyde is eene schoone, jonge vrouw, die veel
menschen ziet en veel uitgaat; het spreekt dus van zelf dat zij
somtijds aanstoot geeft en verschillend beoordeeld wordt. Ongetwijfeld
zullen er personen gevonden worden, die haar voor ligtzinnig houden,
en de wereld zou de wereld niet moeten zijn, indien vooral de dames
van haar eigen leeftijd niets op haar aan te merken hadden. Doch
gijzelve hebt haar gister-avond gezien en gesproken, en zult
dagelijks, gedurende uw verblijf in deze stad, in de gelegenheid zijn
om uwe opmerkingen te maken en uw oordeel te vestigen. Is de eerste
indruk ongunstig geweest? Is dat de reden van uwe vraag?"
--"Integendeel, Lidewyde heeft mij met de meeste heuschheid ontvangen,
en het zou mij niet fraai staan, daarop iets te willen afdingen. Haar
eerste werk is geweest, mij een beeldig kleedje ten geschenke te
geven, dat zij met André voor mij uitgezocht had. Ook mijnheer Dijk
was zeer vriendelijk voor mij. En toch gevoelde ik mij op Soekabrenti
niet geheel en al op mijne plaats. Ik vind Lidewyde niet natuurlijk,
niet gewoon, niet zoo als andere vrouwen, hoe zal ik zeggen?"
--"Gij moet in aanmerking nemen, lieve, dat Lidewyde eigenlijk geene
Hollandsche is. Zij heeft voortdurend moeite zich te gewennen aan ons
klimaat en aan onze zeden. Doch indien mijnheer Kortenaer u gezegd
heeft, dat gij billijker over haar zult oordeelen naarmate gij haar
meer van nabij zult leeren kennen, heeft hij de waarheid gesproken. De
oude mevrouw Dijk is eene vriendin van mijne jeugd, en ik heb Lidewyde
bij haar aan huis om zoo te zeggen van jong meisje afaan zien
opgroeijen. Ik heb haar ontmoet, toen zij nog een juffertje van de
kostschool was, die in hare vakantiedagen te logeren werd gevraagd bij
Adriaans zusters; ik heb Adriaan om haar heen zien fladderen als eene
mug om de kaars; ik ben genoodigd geweest op hunne bruiloft. Vraagt
gij mij, of hij en zij niet welligt gelukkiger zouden zijn, indien hun
huwelijk met kinderen gezegend was geworden, dan zeg ik volmondig ja.
Doch welk menschenleven heeft niet zijne schaduwen? Toen Lidewyde
Adriaans vrouw werd, hebben al de leden der familie Dijk zich daarover
verheugd. Adriaans vooruitzigten waren van dien aard, dat hij de
inspraak van zijn hart gerust volgen kon en niet behoefde te zoeken
naar eene vrouw met geld; en Lidewyde's schoonheid was zoo
buitengewoon; zij had zoo uitmuntend geprofiteerd van het haar gegeven
onderwijs; hare manieren waren zoo onberispelijk, dat men haar de
positie, welke Adriaan haar aanbood, wel misgunnen, maar niet beweren
kon, dat zij die in eenig opzigt onwaardig was. Zij heeft geen
expansiven aard, en de intimiteit tusschen haar en Adriaans zusters is
met den tijd niet toegenomen; doch dit kan ik u verzekeren, dat zij in
weerwil van hare afgemetenheid bij Adriaans familie hoog aangeschreven
staat. En volgens mij verdient zij dit ten volle. Ik heb u reeds
gezegd dat zij in het godsdienstige anders denkt als ik; doch in de
schatting van haren man en van diens moeder en zusters, die het daarin
met haar meer eens zijn dan met mij, verkleint dat hare waarde niet.
Somtijds karig met woorden, is zij de gulheid-zelve, wanneer het op
geven aankomt; en meer dan eene liefdadige instelling in deze stad
heeft groote verpligtingen aan haar. Waarlijk, Lidewyde heeft
ontzaggelijk veel goeds; en het zou mij zeer verwonderen, indien gij
haar niet weldra opregt leerdet liefhebben."
Emma's antipathie was te diep geworteld om voor freule Bertha's
optimisme aanstonds te wijken, en in haren geest bleef ruimte voor de
onderstelling, dat de scherpzinnigheid der oude dame, waar het op het
beoordeelen van sommige karakters aankwam, geen gelijken tred met hare
argeloosheid hield. Doch zij had nog te weinig menschenkennis om in
haar eigen doorzigt veel vertrouwen te mogen stellen. Ook schaamde
zij zich min of meer, achterdochtiger te schijnen dan de vrouw van
leeftijd tegenover haar. "De liefde hoopt alle dingen; de liefde denkt
geen kwaad;" had zij daareven in freule Bertha's Bijbel gelezen, en
zij wilde niet aanstonds ontrouw worden aan eene leer, die zij ook
voor de hare erkende. Juist dezen ochtend was het besef in haar
ontwaakt, dat huiselijke godsdienstoefeningen hare nuttige zijde
kunnen hebben; en schoon het te bezien stond, of zij haren wrok niet
even goed zonder als met de vermaningen van den apostel Paulus zou
hebben kunnen te boven komen, en het zelfs twijfelachtig was, of de
heugenis van diens welluidende woorden haar op dit oogenblik eene
dienst bewees,--zij schortte haar oordeel over Lidewyde op en nam zich
voor, gunstiger over haar te gaan denken. Zoo volledig was evenwel
hare bekeering niet, of zij poogde uitstel van schuldbelijdenis te
verwerven door het voorwenden eener aan nieuwsgierigheid grenzende
belangstelling.
--"En wie is," vroeg zij, "die zekere Sarah, welke Lidewyde schijnt te
volgen als hare schaduw? Zij ontving ons in het voorhuis, en dat moest
beteekenen, dat zij eene dienstbode was; maar indien zij mij minder
spoedig behulpzaam was geweest in het afdoen van mijn hoed en doek,
zou ik eene onderdanige dienaresse voor haar gemaakt hebben. Hoe komt
Lidewyde aan zulk eene dame tot kamenier?"
--"Wie Sarah is, kan ik u niet zeggen, en weet Lidewyde zelve niet
regt, geloof ik; doch zij geeft zich uit voor de weduwe van een
Engelschman, die haar op Java heeft leeren kennen en haar medegenomen
heeft naar Britsch-Indie, waar hij eene aanzienlijke betrekking
bekleed heeft. Dit alles schijnt waar te zijn, en de geschiedenis van
dien man moet vele jaren geleden het onderwerp hebben uitgemaakt van
een levendigen strijd in de engelsche couranten. Hij had warme
vrienden, maar ook onverbiddelijke vijanden. Er werd aan zijne
eerlijkheid getwijfeld, en men beschuldigde hem een oproermaker te
zijn. Na van zijnen post te zijn ontzet, heeft hij geruimen tijd met
zijne vrouw door Europa gezworven, van de eene badplaats naar de
andere verhuizend en al zijne bezittingen verspelend. Ook aan de
waarheid daarvan schijnt niet getwijfeld te kunnen worden. Alleen
geloof ik niet dat hij dood is, gelijk Sarah beweert. Hier in de stad
althans worden personen gevonden, die zeker meenen te weten, dat zij
hem nog dezen zomer in het buitenland ontmoet hebben. Zoo veel te
erger voor die arme vrouw. Men behoeft haar slechts aan te zien, om
te bemerken, dat zij veel geleden heeft, en hare tegenwoordige
dienstbaarheid, hoe hard die haar ook vallen moet, niet eenmaal hare
zwaarste beproeving is. Zij heeft zich sterk aan Lidewyde gehecht, en
Lidewyde houdt ook hierom veel van haar, omdat zij gelooft dat Sarah
op Java haren vader gekend heeft. Lidewyde is eene natuurlijke
dochter, zoo als gij weet."
--"En zoudt gij denken, freule," vroeg Emma, "dat Sarah een gunstigen
invloed op Lidewyde uitoefent?"
--"Ik ben daaromtrent niet geheel en al gerust; maar gij zult dit
alweder aan mijne regtzinnigheid toeschrijven. De enkele malen dat ik
met Sarah vertrouwelijk gesproken heb, heeft zij den indruk op mij
You have read 1 text from Dutch literature.
Next - Lidewyde - 15
  • Parts
  • Lidewyde - 01
    Total number of words is 4360
    Total number of unique words is 1704
    37.6 of words are in the 2000 most common words
    52.8 of words are in the 5000 most common words
    60.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 02
    Total number of words is 4549
    Total number of unique words is 1596
    39.6 of words are in the 2000 most common words
    55.1 of words are in the 5000 most common words
    63.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 03
    Total number of words is 4536
    Total number of unique words is 1628
    39.7 of words are in the 2000 most common words
    56.0 of words are in the 5000 most common words
    63.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 04
    Total number of words is 4606
    Total number of unique words is 1642
    41.1 of words are in the 2000 most common words
    58.6 of words are in the 5000 most common words
    66.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 05
    Total number of words is 4688
    Total number of unique words is 1549
    46.3 of words are in the 2000 most common words
    62.0 of words are in the 5000 most common words
    69.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 06
    Total number of words is 4454
    Total number of unique words is 1654
    38.0 of words are in the 2000 most common words
    53.2 of words are in the 5000 most common words
    61.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 07
    Total number of words is 4626
    Total number of unique words is 1527
    42.5 of words are in the 2000 most common words
    60.1 of words are in the 5000 most common words
    67.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 08
    Total number of words is 4595
    Total number of unique words is 1576
    44.0 of words are in the 2000 most common words
    59.5 of words are in the 5000 most common words
    67.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 09
    Total number of words is 4630
    Total number of unique words is 1448
    47.7 of words are in the 2000 most common words
    63.3 of words are in the 5000 most common words
    71.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 10
    Total number of words is 4654
    Total number of unique words is 1387
    47.3 of words are in the 2000 most common words
    63.0 of words are in the 5000 most common words
    70.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 11
    Total number of words is 4597
    Total number of unique words is 1589
    43.1 of words are in the 2000 most common words
    59.7 of words are in the 5000 most common words
    67.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 12
    Total number of words is 4545
    Total number of unique words is 1572
    40.9 of words are in the 2000 most common words
    55.4 of words are in the 5000 most common words
    62.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 13
    Total number of words is 4698
    Total number of unique words is 1493
    44.4 of words are in the 2000 most common words
    59.6 of words are in the 5000 most common words
    67.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 14
    Total number of words is 4622
    Total number of unique words is 1477
    42.7 of words are in the 2000 most common words
    58.7 of words are in the 5000 most common words
    67.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 15
    Total number of words is 4605
    Total number of unique words is 1483
    42.3 of words are in the 2000 most common words
    60.6 of words are in the 5000 most common words
    69.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 16
    Total number of words is 4543
    Total number of unique words is 1507
    40.9 of words are in the 2000 most common words
    56.3 of words are in the 5000 most common words
    65.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 17
    Total number of words is 4659
    Total number of unique words is 1475
    45.5 of words are in the 2000 most common words
    60.7 of words are in the 5000 most common words
    68.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 18
    Total number of words is 4673
    Total number of unique words is 1448
    46.0 of words are in the 2000 most common words
    61.8 of words are in the 5000 most common words
    70.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 19
    Total number of words is 4582
    Total number of unique words is 1547
    40.6 of words are in the 2000 most common words
    57.5 of words are in the 5000 most common words
    66.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 20
    Total number of words is 4654
    Total number of unique words is 1466
    46.3 of words are in the 2000 most common words
    61.5 of words are in the 5000 most common words
    69.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 21
    Total number of words is 4603
    Total number of unique words is 1497
    45.6 of words are in the 2000 most common words
    60.1 of words are in the 5000 most common words
    68.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 22
    Total number of words is 4643
    Total number of unique words is 1522
    46.0 of words are in the 2000 most common words
    60.0 of words are in the 5000 most common words
    67.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 23
    Total number of words is 4688
    Total number of unique words is 1508
    44.8 of words are in the 2000 most common words
    62.4 of words are in the 5000 most common words
    69.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Lidewyde - 24
    Total number of words is 3377
    Total number of unique words is 1197
    48.5 of words are in the 2000 most common words
    65.4 of words are in the 5000 most common words
    72.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.