Herfsttij der Middeleeuwen - 05

Total number of words is 4344
Total number of unique words is 1684
33.5 of words are in the 2000 most common words
47.3 of words are in the 5000 most common words
54.7 of words are in the 8000 most common words
Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
aangezicht des konings een prediker liegen en noemt hem gemeene hond.
[107]
Het formeele eergevoel is zoo sterk, dat een vergrijp tegen de etikette,
zooals nu nog bij vele Oostersche volken, wondt als een doodelijke
beleediging, want het gooit omver die schoone illusie van een eigen hoog
en zuiver leven, die voor elke onverhulde werkelijkheid bezwijkt. Het is
voor Jan zonder Vrees een onuitwischbare smaad, dat hij Capeluche, den
beul van Parijs, die hem in staatsie tegemoet reed, als een edelman
heeft begroet en zijn hand heeft aangeraakt; slechts de dood van den
beul kan dien smaad boeten. [108] Bij den staatsiemaaltijd op den
wijdingsdag van Karel VI in 1380 dringt Philips van Bourgondië zich met
geweld tusschen den koning en den hertog van Anjou op de plaats, die hem
als doyen des pairs toekomt; hun wederzijdsch gevolg dringt reeds met
roepen en dreigen op, om den twist gewelddadig te beslechten, toen de
koning hem sust, door toe te geven aan 's Bourgondiërs eisch. [109] Ook
in den ernst van het kampleven wordt geen veronachtzaming van de vormen
geduld: de koning van Engeland neemt het hoog op, dat L'Isle Adam voor
hem verschijnt in een gewaad van "blanc gris" en hem in het gelaat ziet.
[110] Een Engelsch aanvoerder zendt den parlementair uit het belegerde
Sens eerst heen, om zich te laten scheren. [111]
De prachtige orde aan het hof van Bourgondië, die de tijdgenooten
prijzen, [112] krijgt eerst haar ware beteekenis naast de verwarring,
die aan het zooveel oudere Fransche hof placht te heerschen. Deschamps
beklaagt zich in tal van balladen over de ellende van het hofleven, en
zijn klachten zijn iets meer dan de geijkte misprijzingen van het
hovelingsbestaan, waarover later. Slechte kost en slecht logies, altijd
gedruisch en verwarring, vloeken en twisten, nijd en hoon, het is een
poel van zonden, een poort der hel. [113] Ondanks de heilige vereering
voor het koningschap en den trotschen opzet van grootsche ceremoniën
gaat zelfs bij de plechtigste gelegenheden het decorum meer dan eens
jammerlijk te loor. Bij de begrafenis van Karel VI te Saint Denis in
1422 ontstaat groote twist tusschen de monniken der abdij en het gilde
der zoutmeters (henouars) van Parijs, om het staatsiekleed en andere
bekleedingen, die het koninklijke lijk dekken; elk der partijen beweert
er recht op te hebben; zij trekken er om, en raken bijna handgemeen,
maar de hertog van Bedford geeft het geschil in handen van het gerecht,
"et fut le corps enterré". [114] Hetzelfde geval herhaalt zich in 1461
bij de begrafenis van Karel VII. Op weg naar Saint Denis bij het Croix
aux Fiens gekomen, weigeren de henouars, na een woordenwisseling met de
monniken der abdij, het koninklijk lichaam verder te dragen, als men hun
niet tien pond parijsch betaalt, waarop zij recht beweren te hebben. Zij
laten de baar midden op den weg staan, en de stoet blijft geruimen tijd
steken. Reeds willen de burgers van Saint Denis zich met de taak
belasten, toen de grand écuyer uit eigen zak den henouars betaling
belooft, waarop de tocht kan worden voortgezet, om eerst tegen acht uur
's avonds in de kerk aan te komen. Terstond na de teraardebestelling
volgt nog een nieuwe twist tusschen den koninklijken grand écuyer zelf
en de monniken over het staatsiekleed. [115] Dergelijke tumulten om het
bezit van de utensiliën eener plechtigheid behoorden er zelfs
eenigermate bij; de verstoring van den vorm was zelf vorm geworden.
[116]
De algemeene openbaarheid, die, immers ook nog in de zeventiende eeuw,
bij alle belangrijke gebeurtenissen in het koninklijk leven
voorgeschreven was, maakte, dat juist bij de grootste plechtigheden
dikwijls elke orde ontbrak. Bij het kroningsmaal van 1380 is het gedrang
van toeschouwers, deelnemers en dienenden zoo groot, dat de daartoe
aangewezen dienaren der kroon, de connétable en de maarschalk de
Sancerre, te paard de gerechten opdienen. [117] Wanneer Hendrik VI van
Engeland in 1431 te Parijs als koning van Frankrijk is gekroond, dringt
het volk reeds in den vroegen morgen de groote zaal van het paleis
binnen, waar het kroningsmaal gehouden zal worden, om er te kijken,
te grissen en te schransen. De heeren van het Parlement, van de
Universiteit, de prévôt des marchands en de schepenen kunnen nauwelijks
door het gedrang de eetzaal bereiken, en eenmaal daar, vinden zij de
voor hen bestemde tafels ingenomen door allerlei handwerkslieden. Men
tracht dezen te verwijderen, "mais quant on en faisoit lever ung ou
deux, il s'en asseoit VI ou VIII d'autre costé". [118]--Bij de
koningswijding van Lodewijk XI in 1461 heeft men de voorzorg genomen,
de ingangen van de kathedraal van Reims tijdig te sluiten en te bewaken,
zoodat er niet meer menschen in de kerk zijn, dan het koor gemakkelijk
kon bevatten. Dezen evenwel dringen zoodanig op rondom het hoogaltaar,
waar de zalving plaats heeft, dat de prelaten zelf, die den
aartsbisschop ter zijde stonden, nauwelijks plaats hadden om zich te
bewegen, en de prinsen van den bloede op hun eerezetels geducht in
verdrukking komen. [119]
De kerk van Parijs verdroeg het noode, dat zij nog altijd (tot 1622)
suffragaan was van het aartsbisdom Sens. Men laat het den metropoliet op
alle wijzen merken, dat men van zijn gezag niet gediend is, en beroept
zich op de exemptie door den paus. Op 2 Februari 1492 heeft de
aartsbisschop van Sens in de Notre Dame te Parijs de mis gecelebreerd
in tegenwoordigheid van den koning. Terwijl de koning de kerk nog niet
heeft verlaten, trekt de aartsbisschop, het volk zegenend, zich terug,
voorafgegaan door het priesterkruis. Twee der kanunniken dringen met een
groote schaar van kerkedienaren op, slaan de hand aan het kruis en
beschadigen het, verrekken 's dragers hand, en maken een tumult, waarbij
den dienaren van den aartsbisschop de haren uit het hoofd getrokken
worden. Toen de aartsbisschop den twist tracht te bedaren, "sans lui mot
dire, vinrent près de lui; Lhuillier (deken van het kapittel) lui baille
du coude dans l'estomac, les autres rompirent le chapeau pontifical et
les cordons d'icelluy." De andere kanunnik vervolgt den aartsbisschop
"disant plusieurs injures en luy mectant le doigt au visage, et prenant
son bras tant que dessira son rochet; et n'eust esté que n'eust mis sa
main au devant, l'eust frappe au visage." Het werd een proces van 13
jaar. [120]
De hartstochtelijke en gewelddadige geest, hard en tevens tranenrijk,
altijd wankelend tusschen de zwarte vertwijfeling aan de wereld en het
zwelgen in haar bonte schoonheid, kon niet buiten de strengste vormen
van het leven. Het was noodig, dat de aandoeningen waren gevat in een
vast raam van geijkte vormen; zoodoende kreeg het samenleven althans
in den regel orde. Zoo werden de levensgebeurtenissen van zichzelf
en anderen tot een schoon schouwspel voor den geest; men genoot de
pathetische uitmonstering van leed en geluk onder kunstlicht. Voor een
zuivere gemoedsuitdrukking ontbreken nog de middelen; het gemoed kan
slechts in aesthetische uitbeelding dien hoogen graad van
uitdrukkelijkheid bereiken, waar de tijd naar schreeuwt.
Het is natuurlijk niet zoo gemeend, dat deze levensvormen, vooral die
rondom de groote oude heiligheden van geboorte, huwelijk en sterven, met
zulk een bedoeling zouden zijn ingesteld. Gebruiken en staatsie zijn
gegroeid uit primitief geloof en cultus. Maar de oorspronkelijke zin van
dat alles, die er het aanzijn aan gaf, is reeds lang onbewust geworden,
en in plaats daarvan hebben die vormen zich gevuld met nieuwe
aesthetische waarde.
De rouw is het, waar de aankleeding van de aandoening in een
suggestieven vorm de hoogste ontwikkeling vond. Daar was een onbeperkt
gegeven voor die prachtige hyperboliseering van de smart, die het
wederpart is van de hyperboliseering der vreugde in de ontzaglijke
hoffeesten. Hier volge geen uitvoerige beschrijving van al den somberen
praal van zwarte gewaden, al de staatsie van lijkdiensten, die het
afsterven van iederen vorst begeleidden. Zij zijn niet in het bijzonder
aan de latere Middeleeuwen eigen; de monarchieën bewaren ze tot den
huidigen dag, en ook de burgerlijke lijkkoets is er nog de aflegger van.
De suggestie van al het zwart, waarin bij een vorstelijk sterfgeval niet
enkel de hofhouding, maar ook magistraten, gilden en volk gedost ging,
moet bij de bonte kleurigheid van het middeleeuwsche stadsleven nog veel
grooter zijn geweest door de tegenstelling. De rouwpraal over den
vermoorden Jan zonder Vrees is met den kennelijksten toeleg op een sterk
(en ten deele politiek) effekt opgezet. Het krijgsgevolg, waarmee
Philips optrekt, om de koningen van Frankrijk en Engeland te ontmoeten,
prijkt met twee duizend zwarte vaantjes, met zwarte standaarden en
vaandels van zeven ellen, de franje van zwarte zijde, alles bestikt of
beschilderd met gouden wapens. De staatsiezetels, de reiswagen van den
hertog zijn voor die gelegenheid zwart geschilderd. [121] Bij de
plechtige samenkomst te Troyes begeleidt Philips de koninginnen van
Frankrijk en Engeland in een fluweelen rouwkleed, dat over den rug van
zijn paard afhangt tot op den grond. [122] Nog geruimen tijd daarna
verschijnt niet alleen hij, maar ook zijn gevolg in 't zwart. [123]
Soms verhoogde een afwijking van al het zwart den indruk nog; terwijl
het geheele hof, ook de koningin, zwart draagt, rouwt de koning van
Frankrijk in het rood. [124] En in 1393 zagen de Parijzenaars met
verbazing de geheel en al witte lijkstaatsie van den in ballingschap
gestorven koning van Armenië, Léon de Lusignan. [125]
Zonder twijfel omhulde dat zwart dikwijls een hevigheid van echte,
hartstochtelijke smart. De groote afschuw van den dood, het sterke
verwantschapsgevoel, de innige aanhankelijkheid aan den heer, maakten
een vorstelijk sterfgeval tot een waarlijk schokkende gebeurtenis. En
als het, zooals in 1419 de moord op den hertog van Bourgondië deed,
daarbij nog de eer van een trotsch geslacht scheurde en de wraak opriep
als een heiligen plicht, dan kon de hyperbolische uiting van smart wel
evenredig zijn in staatsie en in gemoed. Chastellain heeft in de
aesthetiek van deze doodstijding zich wijdloopig verlustigd; hij verzint
in den zwaren, slependen stijl van zijn deftige rhetoriek de lange rede,
waarmee de bisschop van Doornik te Gent den jongen hertog langzaam op
het vreeselijke bericht voorbereidt, de statige jammerklachten van
Philips zelf, en van zijn gemalin Michelle de France. Maar de kern van
zijn verhaal: hoe de tijding bij den jongen hertog een zenuwtoeval
teweegbrengt, hoe ook zijn gemalin in onmacht valt, de wilde verwarring
van het hof, de luide rouwkreten van de stad, kortom de woeste
uitbundigheid van smart, waarmee het bericht ontvangen werd, vallen niet
te betwijfelen. [126] Ook Chastellain's verhaal van het smartbetoon van
Karel den Stoute bij het sterven van Philips in 1467 draagt de kenmerken
van waarheid. Hier was de schok veel minder hevig; de oude hertog,
vrijwel kindsch, was reeds lang achteruitgaande; de verstandhouding
tusschen hem en zijn zoon was in de laatste jaren ver van hartelijk
geweest, zoodat Chastellain zelf opmerkt, dat het verbazing wekte, toen
men Karel bij het sterfbed zag weenen, krijten, handenwringen en
nedervallen, "et ne tenoit régle, ne mesure, et tellement qu'il fit
chacun s'esmerveiller de sa démesurée douleur". Ook in de stad Brugge,
waar de hertog stierf, "estoit pitié de oyr toutes manières de gens
crier et plorer et faire leurs diverses lamentations et regrets". [127]
Het is moeilijk uit te maken, hoever in deze en dergelijke berichten de
hofstijl gaat, die een luidruchtig leedbetoon gepast en fraai vindt, en
hoever de werkelijke hevige aandoenlijkheid, die den tijd eigen was.
Er loopt zeker een sterk element van primitieven vorm onder: het luide
weenen over den doode, dat geformaliseerd was in klaagvrouwen, en
artistiek uitgedrukt in de "plourants", die juist in dezen tijd aan de
grafsculptuur zulk een sterke bewogenheid verleenen, is een overoud
beschavingselement.
Die vereeniging van primitivisme, hevige aandoenlijkheid en fraaien
vorm valt ook te zien in de groote vrees voor het meedeelen van een
doodsbericht. Men houdt voor de gravin van Charolais, wanneer zij
zwanger gaat van Maria van Bourgondië, den dood van haar vader langen
tijd geheim; men durft Philips den Goede, die ziek ligt, geen enkel
sterfgeval, dat hem eenigszins raakt, meedeelen, zoodat Adolf van Cleef
geen rouw mag dragen over zijn echtgenoote. Toen de hertog toch van
den dood van zijn kanselier Nicolaas Rolin de lucht gekregen had
(Chastellain gebruikt zelf die uitdrukking: "avoit esté en vent un peu
de ceste mort"), vraagt hij den bisschop van Doornik, die hem aan zijn
ziekbed komt bezoeken, of het waar is, dat de kanselier gestorven
is.--Monseigneur,--zegt de bisschop--: naar waarheid dood is hij wel,
want hij is oud en gebroken, en kan niet lang meer leven.--Déa!--zegt
de hertog,--dat vraag ik niet, ik vraag of hij is "mort de mort et
trespassé".--Ha! monseigneur,--zegt de bisschop weer--, hij is niet
gestorven, maar aan één kant verlamd, dus hij is zoo goed als dood.--De
hertog wordt boos:--Vechy merveilles! zeg mij nu duidelijk, of hij dood
is. Toen eerst zegt de bisschop: Ja, waarlijk, monseigneur, hij is
werkelijk gestorven". [128] Is er niet in deze zonderlinge wijze van een
doodsbericht mee te deelen meer van een ouden, bijgeloovigen vorm dan
van een ontzien van een zieke, dien dit aarzelen slechts kon prikkelen?
Het hoort in de sfeer der gedachte, die Lodewijk XI bewoog, om zich
nooit weer te bedienen van de kleeren, die hij droeg, of het paard, dat
hij bereed, toen hem eenig slecht bericht bereikte, en zelfs om een heel
stuk van het bosch van Loches te doen omhakken, waar hem de dood van
zijn pasgeboren zoontje werd bericht. [129] "M. le chancellier--schrijft
hij 25 Mei 1483--je vous mercye des lettres etc. mais je vous pry que ne
m'en envoyés plus par celluy qui les m'a aportées, car je luy ay trouvé
le visage terriblement changé depuis que je ne le vitz, et vous prometz
par ma foy qu'il m'a fait grant peur; et adieu". [130]
Wat er ook in de rouwgebruiken aan oude taboevoorstellingen mag
schuilen, de levende cultuurwaarde ervan is, dat zij vorm geven aan het
leed, het als iets schoons en verhevens ontplooien. Zij rythmiseeren de
smart. Zij brengen het werkelijke leven over in de sfeer van het drama,
en doen het cothurnen aan. In primitiever beschaving, ik denk bij
voorbeeld aan de Iersche, zijn rouwgebruiken en dichterlijke lijkklacht
nog één geheel; ook den hofrouw van den Bourgondischen tijd kan men
slechts verstaan, door hem verwant te zien aan de elegie. De rouwpraal
vertoont in schoonen vorm de machteloosheid van smart. Hoe hooger de
rang, hoe heroïscher het smartbetoon moet prijken. De koningin van
Frankrijk moet een vol jaar in de kamer blijven, waar men haar den dood
haars gemaals heeft aangezegd. Voor prinsessen geldt zes weken. Wanneer
men Madame de Charolais, Isabelle de Bourbon, den dood van haar vader
heeft medegedeeld, woont zij eerst nog den lijkdienst bij te Couwenberg,
en blijft daarna zes weken in haar kamer, altijd te bed liggende, door
kussens gesteund, maar gekleed met barbette, kap en mantel. De kamer is
geheel met zwart behangen, op den grond ligt in de plaats van een zacht
tapijt een groot zwart laken, en een groot voorvertrek is eveneens met
zwart behangen. Edelvrouwen blijven alleen voor haar man zes weken te
bed, voor vader of moeder slechts negen dagen, terwijl zij de rest der
zes weken gezeten zijn voor het bed op het groote zwarte kleed. Voor
den oudsten broeder houdt men zes weken de kamer doch niet het bed.
[131]--Men begrijpt, hoe in een tijd, die zulk een hoog ceremonieel in
eere hield, als een der ergste omstandigheden bij den moord van 1419
telkens weer herinnerd wordt, dat Jan zonder Vrees zoo maar in buis,
hozen en schoenen begraven was. [132]
De aandoening, in die fraaie vormen getooid en verwerkt, gaat er licht
in te loor; de zucht naar de dramatiseering van het leven laat een
achter-de-schermen over, waarin het edel opgemaakte pathos verloochend
wordt. Er is een naïeve scheiding tusschen "staat" en werkelijk leven,
welke in het geschrift van de oude hofdame, Alienor de Poitiers, die al
dien "staat" toch als hooge mysteriën vereert, kenmerkend aan den dag
komt. Op de beschrijving van Isabella van Bourbon's prachtigen rouw laat
zij volgen: "Quand Madame estoit en son particulier, elle n'estoit point
toujours couchée, ni en une chambre". De prinses ontvangt in dien staat,
doch enkel als schoone vorm. Zoo zegt Alienor ook: voor een echtgenoot
behoort men twee jaar het rouwkleed te dragen, "indien men althans niet
hertrouwt". Juist de hoogste standen, de vorsten met name, hertrouwden
dikwijls zeer spoedig; de hertog van Bedford, regent van Frankrijk voor
den jongen Hendrik VI, reeds na vijf maanden.
Naast den rouw biedt de kraamkamer een ruim veld voor strenge staatsie
en hiërarchisch verschil van uitmonstering. Er gelden vaste kleuren. Het
groen, dat nog in de 19e eeuw de geijkte kleur was van het burgerlijk
ledikant en de vuurmand, was in de 15e het prerogatief van koningin en
prinsessen. De kraamkamer van de koningin van Frankrijk is van groene
zijde; vroeger was zij geheel in wit. Zelfs gravinnen mogen niet "la
chambre verde" hebben. Stof, bont en kleur van dekens en spreien is
voorgeschreven. Op het dressoir branden voortdurend twee groote lichten
in zilveren kandelaars, want de blinden van de kraamkamer worden eerst
na veertien dagen geopend! Het opmerkelijkste evenwel zijn de
staatsieledikanten, ledig evenals de koetsen bij de begrafenis van den
koning van Spanje. De jonge moeder ligt op een couchette voor het vuur,
en het kind, Maria van Bourgondië, in een wieg in de kinderkamer, maar
bovendien staan er in de kraamkamer twee groote bedden in een kunstig
samenstel van groene gordijnen, opgemaakt en opgeslagen, als om erin te
gaan slapen, en in de kinderkamer opnieuw twee groote bedden, alles met
groen en violet, en nogmaals één groot bed in een voorvertrek of
"chambre de parement", geheel getapisseerd in karmozijn satijn. Zij was
vroeger door die van Utrecht aan Jan zonder Vrees vereerd, en heette
"la chambre d'Utrecht". Bij de doopplechtigheid dienen die bedden tot
ceremonieus gebruik. [133]
Die aesthetiek der levensvormen deed zich gelden in het dagelijksch
aspect van stad en land: de strenge hiërarchie van stoffen, kleuren
en pelzen gaf aan de verschillende standen een uiterlijke omlijsting,
die het waardigheidsgevoel verhief en behoedde. De aesthetiek der
gemoedsbewegingen beperkte zich niet tot de plechtige vreugden en
smarten bij geboorte, huwelijk en sterven, waar de parade door de
noodzakelijke ceremoniën geboden was. Elk ethisch gebeuren wordt gaarne
gezien in een fraai opgemaakten vorm. Er is zulk een element in de
bewondering voor de nederigheid en de zelfkastijding van den heilige,
voor het berouw van den zondaar, zooals de "moult belle contrition de
ses péchés" van Agnes Sorel. [134] Elke levensverhouding wordt in stijl
gebracht; in de plaats van de moderne zucht tot verbergen en effaceeren
van intieme betrekkingen en sterke aandoeningen geldt het streven, om ze
tot een vorm en een schouwspel ook voor anderen te maken. Zoo heeft ook
de vriendschap in het leven der 15e eeuw haar schoon uitgewerkten vorm.
Naast de oude bloedbroederschap en wapenbroederschap, die in de kringen
zoowel van het volk als van den adel in eere was, [135] kent men een
vorm van sentimenteele vriendschap, die uitgedrukt wordt door het woord
mignon. De vorstelijke mignon is een geformaliseerd instituut, dat zich
gedurende de geheele 16e en een deel der 17e eeuw handhaaft. Het is de
verhouding van Jacobus I van Engeland tot Robert Carr en George
Villiers; ook Willem van Oranje bij den afstand van Karel V moet onder
dit aspect gezien worden. _Twelfth Night_ is slechts te begrijpen, als
men bij de verhouding van den hertog tot den gewaanden Cesario dezen
geijkten vorm van sentimenteele vriendschap voor oogen heeft. De
verhouding wordt gezien als een parallel tot de hoofsche liefde: "Sy
n'as dame ne mignon", zegt Chastellain. [136] Doch elke toespeling, die
haar op één lijn met de Grieksche vriendschap zou brengen, ontbreekt ten
eenenmale. De openlijkheid, waarmee het mignonschap behandeld wordt in
een tijd, die het crimen nefandum zoo verfoeide, moet elken argwaan doen
zwijgen. Bernardino van Siena stelt aan zijn Italiaansche landgenooten,
onder wie de sodomie zeer verbreid was, Frankrijk en Duitschland, waar
men haar niet kent, ten voorbeeld. [137] Commines vertelt zelf, hoe hij
de eer genoot, door Lodewijk XI onderscheiden te worden met 's konings
behagen, dat hij gelijk gekleed ging als deze. [138] Want dit is het
vaste teeken van de verhouding. De koning heeft steeds een mignon en
titre, in dezelfde kleederen gedost als hij, op wien hij steunt bij
ontvangsten. [139] Dikwijls zijn het ook twee vrienden van gelijken
leeftijd, doch verschillenden rang, die zich gelijk kleeden, in één
kamer, soms ook in één bed slapen. [140] Zulk een onafscheidelijke
vriendschap bestaat er tusschen den jongen Gaston de Foix en zijn
bastaardbroeder, waar zij een tragisch einde neemt, tusschen Lodewijk
van Orleans (toen nog van Touraine) en Pierre de Craon, [141] tusschen
den jongen hertog van Cleef en Jacques de Lalaing. Op dezelfde wijze
hebben vorstinnen een vertrouwde vriendin, die zich gelijk kleedt, [142]
en mignonne genoemdt wordt.
Al deze schoon gestyleerde levensvormen, die de ruwe werkelijkheid
moesten verheffen in een sfeer van edele harmonie, waren deelen van de
groote levenskunst, zonder onmiddellijken neerslag te geven in de kunst
in engeren zin. De omgangsvormen met hun vriendelijken schijn van
ongedwongen altruïsme en heusche erkenning van anderen, de hofpraal en
hofetikette met hun hieratische statigheid en ernst, de blijde tooi van
bruiloft en kraamkamer, hun schoonheid is voorbijgegaan zonder directe
sporen na te laten in kunst en litteratuur. Het uitdrukkingsmiddel, dat
hen verbindt, is niet de kunst, maar de mode. Nu staat de mode in het
algemeen veel nader tot de kunst, dan de academische aesthetica wil
toegeven. Als kunstmatige accentueering van de lichaamsschoonheid en de
lichaamsbeweging is zij met een der kunsten, die van den dans, innig
verbonden. Maar ook daarbuiten grenst in de 15e eeuw het domein der
mode, of wil men liever der kleederdracht, veel nader aan dat der kunst
dan wij geneigd zijn ons voor te stellen. Niet enkel doordat het
veelvuldig gebruik van juweelen en de metaalbewerking van het
krijgsgewaad in het costuum een direct element van kunsthandwerk brengt.
De mode deelt met de kunst zelve essentieele eigenschappen: stijl en
rythme zijn haar even onmisbaar als voor de kunst. De late Middeleeuwen
hebben voortdurend in de kleederdracht een mate van levensstijl
uitgedrukt, waarvan tegenwoordig zelfs een kroningsplechtigheid slechts
meer een flauwe afschaduwing kan geven. In het leven van iederen dag
vertoonden de verschillen van pelzen en kleuren, kappen en huiven de
strenge ordonnantie der standen, de pronkende waardigheden, den staat
van blijdschap of smart, de teedere betrekking van vrienden en
verliefden.
Van alle levensverhoudingen was de aesthetiek zoo uitdrukkelijk mogelijk
uitgewerkt. Hoe hooger het schoonheids- en zedelijkheidsgehalte van zulk
een verhouding was, hoe meer de uitdrukking ervan tot zuivere kunst kon
worden. Beleefdheid, etikette vinden hun schoone uiting enkel in het
leven zelf, in kleed en praal. De rouw echter heeft haar sterke
uitdrukking bovendien in een duurzamen en machtigen kunstvorm: het
grafmonument; de cultuurwaarde van den rouw was verheven door zijn
verband met den godsdienst. Maar nog rijker was de aesthetische bloei
van deze drie levenselementen: dapperheid, eer en liefde.

NOTEN:
[64] Poliziano, Le stanze, l'Orfeo e le rime, ed. G. Carducci, Firenze,
1863, p. 362.
[65] Eustache Deschamps, Oeuvres complètes, ed. De Queux de Saint
Hilaire et G. Raynaud (Soc. des anciens textes francais) 1878-1903, 11
vol., no. 31 (I p. 113), vgl. nos. 85, 126, 152, 162, 176, 248, 366,
375, 386, 400, 933, 936, 1195, 1196, 1207, 1213, 1239, 1240 enz. enz.;
Chastellain, I p. 9, 27, IV 5, 56, VI 206, 208, 219, 295; Alain
Chartier, Oeuvres, ed. A. Duchesne, Paris 1617, p. 262; Alanus de Rupe,
Sermo II p. 313, (B. Alanus redivivus, ed. J.A. Coppenstein, Napels,
1642).
[66] Deschamps no. 562 (IV p. 18).
[67] A. de la Borderie, Jean Meschinot, sa vie et ses oeuvres, Bibl. de
l'Ecole des chartes LVI 1895, pp. 277, 280, 305, 310, 312, 622, etc.
[68] Chastellain, I p. 10, Prologue, vgl. Complainte de fortune, VIII
p. 334.
[69] La Marche, I p. 186, IV p. LXXXIX; H. Stein, Etude sur Olivier de
la Marche, historien, poète et diplomate, (Mém. couronnés etc. de
l'Acad. royale de Belg. t. XLIX) Bruxelles 1888, frontispice.
[70] Monstrelet, IV p. 430.
[71] Froissart ed. Luce, X. p. 275; Deschamps no. 810 (IV p. 327); vgl.
Les Quinze joyes demariage, (Paris, Marpon et Flammarion) p. 64 (quinte
joye); Le livre messire Geoffroi de Charny, Romania XXVI 1897, p. 399.
[72] Joannis de Varennis responsiones ad capitula accusationum etc. § 17,
bij Gerson, Opera, I p. 920.
[73] Deschamps no. 95 (I p. 203).
[74] Deschamps, Le miroir de mariage, IX p. 25, 69, 81, no. 1004 (V p.
259), verder II p. 8, 183-7. III p. 39, 373, VII p. 3, IX p. 209 enz.
[75] Convivio lib. IV. cap. 27, 28.
[76] Discours de l'excellence de virginité, Gerson, Opera III p. 382;
vgl. Dionysius Cartusianus, De vanitate mundi, Opera omnia, cura et
labore monachorum sacr. ord. Cart., Monstrolii-Tornaci 1896-1913, 41
vol. XXXIX p. 472.
[77] Chastellain, V p. 364.
[78] La Marche, IV p. cxiv.--De oude Nederl. vertaling van zijn Estat de
la maison du duc Charles de Bourgogne bij Matthaeus, Analecta I p. 357-494.
[79] Christine de Pisan, Oeuvres poétiques, ed. M. Roy (Soc. des anciens
textes francais) 1886-1896, 3 vol., I p. 251 no. 38; Leo von Rozmital's
Reise, ed. Schmeller, (Bibl. des lit. Vereins zu Stuttgart t. VII) 1844,
p. 24, 149.
[80] La Marche, IV. p. 4ss.; Chastellain, V p. 370.
[81] Ernst.
[82] Een staatsiezetel.
[83] Gekleed.
[84] Chastellain, V. p. 368.
[85] La Marche, IV, Estat de la maison, p. 34ss.
[86] La Marche, I p. 277.
[87] La Marche, IV, Estat de la maison, p. 34, 51, 20, 31.
[88] Froissart, ed. Luce, III p. 172.
[89] Journal d'un bourgeois, § 218 p. 105.
[90] Chronique scandaleuse, I p. 53.
[91] Molinet, I p. 184; Basin. II p. 376.
[92] Alienor de Poitiers, Les honneurs de la cour, ed. La Curne de
Sainte Palaye, Mémoires sur l'ancienne chevalerie, 1781, II p. 201.
[93] Chastellain, III p. 196-212, 290, 292, 308, IV p. 412/4, 428;
Alienor de Poitiers, p. 209, 212.
[94] Alienor de Poitiers, p. 210; Chastellain, IV p. 312; Juvenal des
Ursins, p. 405; La Marche, I p. 278, Froissart, I p. 16, 22, enz.
[95] Molinet, V p. 194, 192.
[96] Alienor de Poitiers, p. 190; Deschamps, IX p. 109.
[97] Chastellain, V. p. 27-33.
[98] Maxime u. Reflexionen V.
[99] Alleen om u moet de priester wachten. Deschamps, IX Le miroir de
mariage, p. 109/110.
[100] Verscheiden exemplaren van zulke "paix" bij Laborde, II nos. 43,
45, 75, 126, 140, 5293.
[101] De baljuwsche.
[102] Deschamps ib.; p. 300, vgl. VIII p. 156 ballade no. 1462; Molinet,
V p. 195; Les cent nouvelles nouvelles, ed. Th. Wright, II p. 123; vgl.
Les Quinze joyes de mariage p. 185.
[103] Canonisatieproces te Tours, Acta Sanctorum Apr. t. I p. 152.
[104] Over zulke rangtwisten onder den Hollandschen adel, waarop reeds
even gewezen is door W. Moll, Kerkgeschiedenis van Nederland vóór de
hervorming, Utrecht 1864-'69, 2 deelen (5 stukken) II 3 p. 284(2), is
uitvoerig gehandeld door H. Obreen, Bijdr. v. Vad. Gesch. en Oudhk. X p. 308.
[105] Deschamps, IX p. 111-114.
[106] Jean de Stavelot, Chronique, ed. Borgnet (Coll. des chron. belges)
1861, p. 96.
[107] Pierre de Fenin, p. 607; Journal d'un bourgeois, p. 9.
[108] Aldus Juvenal des Ursins, p. 543, en Thomas Basin, I p. 31. Het
Journal d'un bourgeois, p. 110 geeft een andere reden voor het
You have read 1 text from Dutch literature.
Next - Herfsttij der Middeleeuwen - 06
  • Parts
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 01
    Total number of words is 4412
    Total number of unique words is 1815
    36.0 of words are in the 2000 most common words
    51.4 of words are in the 5000 most common words
    59.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 02
    Total number of words is 4395
    Total number of unique words is 1780
    34.2 of words are in the 2000 most common words
    49.5 of words are in the 5000 most common words
    57.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 03
    Total number of words is 4199
    Total number of unique words is 1628
    32.3 of words are in the 2000 most common words
    46.4 of words are in the 5000 most common words
    54.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 04
    Total number of words is 4530
    Total number of unique words is 1663
    35.8 of words are in the 2000 most common words
    50.8 of words are in the 5000 most common words
    60.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 05
    Total number of words is 4344
    Total number of unique words is 1684
    33.5 of words are in the 2000 most common words
    47.3 of words are in the 5000 most common words
    54.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 06
    Total number of words is 4245
    Total number of unique words is 1692
    29.5 of words are in the 2000 most common words
    42.1 of words are in the 5000 most common words
    50.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 07
    Total number of words is 4331
    Total number of unique words is 1739
    29.8 of words are in the 2000 most common words
    43.6 of words are in the 5000 most common words
    51.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 08
    Total number of words is 4397
    Total number of unique words is 1675
    31.3 of words are in the 2000 most common words
    46.0 of words are in the 5000 most common words
    54.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 09
    Total number of words is 4470
    Total number of unique words is 1713
    34.4 of words are in the 2000 most common words
    50.9 of words are in the 5000 most common words
    58.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 10
    Total number of words is 4385
    Total number of unique words is 1834
    29.2 of words are in the 2000 most common words
    42.8 of words are in the 5000 most common words
    50.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 11
    Total number of words is 3879
    Total number of unique words is 1363
    26.9 of words are in the 2000 most common words
    39.2 of words are in the 5000 most common words
    45.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 12
    Total number of words is 4375
    Total number of unique words is 1719
    30.9 of words are in the 2000 most common words
    45.3 of words are in the 5000 most common words
    53.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 13
    Total number of words is 4381
    Total number of unique words is 1767
    30.7 of words are in the 2000 most common words
    45.0 of words are in the 5000 most common words
    52.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 14
    Total number of words is 4249
    Total number of unique words is 1722
    28.4 of words are in the 2000 most common words
    41.2 of words are in the 5000 most common words
    47.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 15
    Total number of words is 4284
    Total number of unique words is 1749
    30.7 of words are in the 2000 most common words
    44.9 of words are in the 5000 most common words
    52.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 16
    Total number of words is 4367
    Total number of unique words is 1733
    33.7 of words are in the 2000 most common words
    47.6 of words are in the 5000 most common words
    56.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 17
    Total number of words is 3978
    Total number of unique words is 1708
    23.6 of words are in the 2000 most common words
    34.4 of words are in the 5000 most common words
    40.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 18
    Total number of words is 4422
    Total number of unique words is 1718
    34.5 of words are in the 2000 most common words
    49.1 of words are in the 5000 most common words
    57.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 19
    Total number of words is 4241
    Total number of unique words is 1774
    32.6 of words are in the 2000 most common words
    46.2 of words are in the 5000 most common words
    53.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 20
    Total number of words is 4290
    Total number of unique words is 1728
    31.5 of words are in the 2000 most common words
    44.4 of words are in the 5000 most common words
    51.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 21
    Total number of words is 4241
    Total number of unique words is 1659
    28.7 of words are in the 2000 most common words
    41.2 of words are in the 5000 most common words
    49.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 22
    Total number of words is 4158
    Total number of unique words is 1778
    29.7 of words are in the 2000 most common words
    43.4 of words are in the 5000 most common words
    51.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 23
    Total number of words is 4290
    Total number of unique words is 1732
    30.4 of words are in the 2000 most common words
    43.4 of words are in the 5000 most common words
    50.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 24
    Total number of words is 4324
    Total number of unique words is 1754
    30.3 of words are in the 2000 most common words
    45.4 of words are in the 5000 most common words
    53.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 25
    Total number of words is 4103
    Total number of unique words is 1747
    29.2 of words are in the 2000 most common words
    41.7 of words are in the 5000 most common words
    49.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 26
    Total number of words is 4375
    Total number of unique words is 1618
    33.0 of words are in the 2000 most common words
    48.8 of words are in the 5000 most common words
    57.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 27
    Total number of words is 4416
    Total number of unique words is 1709
    32.8 of words are in the 2000 most common words
    46.9 of words are in the 5000 most common words
    54.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 28
    Total number of words is 4202
    Total number of unique words is 1635
    30.4 of words are in the 2000 most common words
    44.4 of words are in the 5000 most common words
    53.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 29
    Total number of words is 4403
    Total number of unique words is 1869
    26.0 of words are in the 2000 most common words
    38.3 of words are in the 5000 most common words
    44.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 30
    Total number of words is 4322
    Total number of unique words is 1762
    27.5 of words are in the 2000 most common words
    39.0 of words are in the 5000 most common words
    46.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 31
    Total number of words is 4295
    Total number of unique words is 1866
    26.2 of words are in the 2000 most common words
    38.2 of words are in the 5000 most common words
    44.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 32
    Total number of words is 3982
    Total number of unique words is 1660
    26.0 of words are in the 2000 most common words
    38.7 of words are in the 5000 most common words
    44.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 33
    Total number of words is 3690
    Total number of unique words is 1729
    20.5 of words are in the 2000 most common words
    30.8 of words are in the 5000 most common words
    36.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Herfsttij der Middeleeuwen - 34
    Total number of words is 716
    Total number of unique words is 448
    15.3 of words are in the 2000 most common words
    23.6 of words are in the 5000 most common words
    29.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.