Statenvertaling - 5 - 20

Total number of words is 4402
Total number of unique words is 977
55.6 of words are in the 2000 most common words
71.2 of words are in the 5000 most common words
78.5 of words are in the 8000 most common words
Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
worden; en die zichzelven vernedert, zal verhoogd worden.
12. En Hij zeide ook tot dengene, die Hem genood had: Wanneer gij
een middagmaal of avondmaal zult houden, zo roep niet uw
vrienden, noch uw broeders, noch uw magen, noch [uw] rijke
geburen; opdat ook dezelve u niet te eniger tijd wedernoden, en
u vergelding geschiede.
13. Maar wanneer gij een maaltijd zult houden, zo nood armen,
verminkten, kreupelen, blinden;
14. En gij zult zalig zijn, omdat zij niet hebben, om u te vergelden;
want het zal u vergolden worden in de opstanding der
rechtvaardigen.
15. En als een van degenen, die mede aanzaten, deze dingen hoorde,
zeide hij tot Hem: Zalig is hij, die brood eet in het Koninkrijk
Gods.
16. Maar Hij zeide tot hem: Een zeker mens bereidde een groot
avondmaal, en hij noodde er velen.
17. En hij zond zijn dienstknecht uit ten ure des avondmaals, om den
genoden te zeggen: Komt, want alle dingen zijn nu gereed.
18. En zij begonnen allen zich eendrachtelijk te ontschuldigen. De
eerste zeide tot hem: Ik heb een akker gekocht, en het is nodig,
dat ik uitga, en hem bezie; ik bid u, houd mij voor
verontschuldigd.
19. En een ander zeide: Ik heb vijf juk ossen gekocht, en ik ga heen,
om die te beproeven; ik bid u, houd mij voor verontschuldigd.
20. En een ander zeide: Ik heb een vrouw getrouwd, en daarom kan
ik niet komen.
3171
21. En dezelve dienstknecht [weder] gekomen zijnde, boodschapte
deze dingen zijn heer. Toen werd de heer des huizes toornig, en
zeide tot zijn dienstknecht: Ga haastelijk uit in de straten en
wijken der stad, en breng de armen, en verminkten, en
kreupelen, en blinden hier in.
22. En de dienstknecht zeide: Heere, het is geschied, gelijk gij
bevolen hebt, en nog is er plaats.
23. En de heer zeide tot den dienstknecht: Ga uit in de wegen en
heggen; en dwing ze in te komen, opdat mijn huis vol worde;
24. Want ik zeg ulieden, dat niemand van die mannen, die genood
waren, mijn avondmaal smaken zal.
25. En vele scharen gingen met Hem; en Hij, Zich omkerende, zeide
tot hen:
26. Indien iemand tot Mij komt en niet haat zijn vader, en moeder,
en vrouw, en kinderen, en broeders, en zusters, ja, ook zelfs zijn
eigen leven, die kan Mijn discipel niet zijn.
27. En wie zijn kruis niet draagt, en Mij navolgt, die kan Mijn
discipel niet zijn.
28. Want wie van u, willende een toren bouwen, zit niet eerst neder,
en overrekent de kosten, of hij ook heeft, hetgeen tot volmaking
[nodig] [is]?
29. Opdat niet misschien, als hij het fondament gelegd heeft, en niet
kan voleindigen, allen, die het zien, hem beginnen te bespotten.
30. Zeggende: Deze mens heeft begonnen te bouwen, en heeft niet
kunnen voleindigen.
31. Of wat koning, gaande naar den krijg, om tegen een anderen
koning te slaan, zit niet eerst neder, en beraadslaagt, of hij
machtig is met tien duizend te ontmoeten dengene, die met
3172
twintig duizend tegen hem komt?
32. Anderszins zendt hij gezanten uit, terwijl degene nog verre is, en
begeert, hetgeen tot vrede [dient].
33. Alzo dan een iegelijk van u, die niet verlaat alles, wat hij heeft,
die kan Mijn discipel niet zijn.
34. Het zout is goed; maar indien het zout smakeloos geworden is,
waarmede zal het smakelijk gemaakt worden?
35. Het is noch tot het land, noch tot den mesthoop bekwaam; men
werpt het weg. Wie oren heeft, om te horen, die hore.


3173
Lukas
Hoofdstuk 15
1. En al de tollenaars en de zondaars naderden tot Hem, om Hem te
horen.
2. En de Farizeen en de Schriftgeleerden murmureerden, zeggende:
Deze ontvangt de zondaars, en eet met hen.
3. En Hij sprak tot hen deze gelijkenis, zeggende:
4. Wat mens onder u, hebbende honderd schapen; en een van die
verliezende, verlaat niet de negen en negentig in de woestijn, en
gaat naar het verlorene, totdat hij hetzelve vinde?
5. En als hij het gevonden heeft, legt hij het op zijn schouders,
verblijd zijnde.
6. En te huis komende, roept hij de vrienden en de geburen samen,
zeggende tot hen: Weest blijde met mij; want ik heb mijn schaap
gevonden, dat verloren was.
7. Ik zeg ulieden, dat er alzo blijdschap zal zijn in den hemel over
een zondaar, die zich bekeert, [meer] dan over negen en
negentig rechtvaardigen, die de bekering niet van node hebben.
8. Of wat vrouw, hebbende tien penningen, indien zij een penning
verliest, ontsteekt niet een kaars, en keert het huis [met]
[bezemen], en zoekt naarstiglijk, totdat zij [dien] vindt?
9. En als zij [dien] gevonden heeft, roept zij de vriendinnen en de
geburinnen samen, zeggende: Weest blijde met mij; want ik heb
den penning gevonden, dien ik verloren had.
10. Alzo, zeg Ik ulieden, is er blijdschap voor de engelen Gods over
3174
een zondaar, die zich bekeert.
11. En Hij zeide: Een zeker mens had twee zonen.
12. En de jongste van hen zeide tot den vader: Vader, geef mij het
deel des goeds, dat [mij] toekomt. En hij deelde hun het goed.
13. En niet vele dagen daarna, de jongste zoon, alles
bijeenvergaderd hebbende, is weggereisd in een ver [gelegen]
land, en heeft aldaar zijn goed doorgebracht, levende
overdadiglijk.
14. En als hij het alles verteerd had, werd er een grote hongersnood
in datzelve land, en hij begon gebrek te lijden.
15. En hij ging heen, en voegde zich bij een van de burgers
deszelven lands; en die zond hem op zijn land om de zwijnen te
weiden.
16. En hij begeerde zijn buik te vullen met den draf, dien de zwijnen
aten; en niemand gaf hem dien.
17. En tot zichzelven gekomen zijnde, zeide hij: Hoe vele
huurlingen mijns vaders hebben overvloed van brood, en ik
verga van honger!
18. Ik zal opstaan en tot mijn vader gaan, en ik zal tot hem zeggen:
Vader, ik heb gezondigd tegen den Hemel, en voor u;
19. En ik ben niet meer waardig uw zoon genaamd te worden; maak
mij als een van uw huurlingen.
20. En opstaande ging hij naar zijn vader. En als hij nog ver [van]
[hem] was, zag hem zijn vader, en werd met innerlijke
ontferming bewogen; en [toe] lopende, viel hem om zijn hals, en
kuste hem.
21. En de zoon zeide tot hem: Vader, ik heb gezondigd tegen den
Hemel, en voor u, en ben niet meer waardig uw zoon genaamd
3175
te worden.
22. Maar de vader zeide tot zijn dienstknechten: Brengt [hier] voor
het beste kleed, en doet het hem aan, en geeft hem een ring aan
zijn hand, en schoenen aan de voeten;
23. En brengt het gemeste kalf, en slacht het; en laat ons eten en
vrolijk zijn.
24. Want deze mijn zoon was dood, en is weder levend geworden;
en hij was verloren, en is gevonden! En zij begonnen vrolijk te
zijn.
25. En zijn oudste zoon was in het veld; en als hij kwam, en het huis
genaakte, hoorde hij het gezang en het gerei,
26. En tot zich geroepen hebbende een van de knechten, vraagde,
wat dat mocht zijn.
27. En deze zeide tot hem: Uw broeder is gekomen, en uw vader
heeft het gemeste kalf geslacht, omdat hij hem gezond weder
ontvangen heeft.
28. Maar hij werd toornig, en wilde niet ingaan. Zo ging dan zijn
vader uit, en bad hem.
29. Doch hij, antwoordende, zeide tot den vader: Zie, ik dien u [nu]
zo vele jaren, en heb nooit uw gebod overtreden, en gij hebt mij
nooit een bokje gegeven, opdat ik met mijn vrienden mocht
vrolijk zijn.
30. Maar als deze uw zoon gekomen is, die uw goed met hoeren
doorgebracht heeft, zo hebt gij hem het gemeste kalf geslacht.
31. En hij zeide tot hem: Kind, gij zijt altijd bij mij, en al het mijne
is uwe.
32. Men behoorde dan vrolijk en blijde te zijn; want deze uw
broeder was dood, en is weder levend geworden; en hij was
3176
verloren, en is gevonden.


3177
Lukas
Hoofdstuk 16
1. En Hij zeide ook tot Zijn discipelen: Er was een zeker rijk mens,
welke een rentmeester had; en deze werd bij hem verklaagd, als
die zijn goederen doorbracht.
2. En hij riep hem, en zeide tot hem: Hoe hoor ik dit van u? Geef
rekenschap van uw rentmeesterschap; want gij zult niet meer
kunnen rentmeester zijn.
3. En de rentmeester zeide bij zichzelven: Wat zal ik doen, dewijl
mijn heer dit rentmeesterschap van mij neemt? Graven kan ik
niet; te bedelen schaam ik mij.
4. Ik weet, wat ik doen zal, opdat, wanneer ik van het
rentmeesterschap afgezet zal wezen, zij mij in hun huizen
ontvangen.
5. En hij riep tot zich een iegelijk van de schuldenaars zijns heeren,
en zeide tot den eersten: Hoeveel zijt gij mijn heer schuldig?
6. En hij zeide: Honderd vaten olie. En hij zeide tot hem: Neem uw
handschrift, en nederzittende, schrijf haastelijk vijftig.
7. Daarna zeide hij tot een anderen: En gij, hoeveel zijt gij
schuldig? En hij zeide: Honderd mudden tarwe. En hij zeide tot
hem: Neem uw handschrift, en schrijf tachtig.
8. En de heer prees den onrechtvaardigen rentmeester, omdat hij
voorzichtiglijk gedaan had; want de kinderen dezer wereld zijn
voorzichtiger, dan de kinderen des lichts, in hun geslacht.
9. En Ik zeg ulieden: Maakt uzelven vrienden uit den
3178
onrechtvaardigen Mammon, opdat, wanneer u ontbreken zal, zij
u mogen ontvangen in de eeuwige tabernakelen.
10. Die getrouw is in het minste, die is ook in het grote getrouw; en
die in het minste onrechtvaardig is, die is ook in het grote
onrechtvaardig.
11. Zo gij dan in den onrechtvaardigen Mammon niet getrouw zijt
geweest, wie zal u het ware vertrouwen?
12. En zo gij in eens anders [goed] niet getrouw zijt geweest, wie zal
u het uwe geven?
13. Geen huisknecht kan twee heren dienen; want of hij zal den enen
haten, en den anderen liefhebben, of hij zal den enen aanhangen,
en den anderen verachten; gij kunt God niet dienen en den
Mammon.
14. En al deze dingen hoorden ook de Farizeen, die geldgierig
waren, en zij beschimpten Hem.
15. En Hij zeide tot hen: Gij zijt [het], die uzelven rechtvaardigt
voor de mensen; maar God kent uw harten; want dat hoog is
onder de mensen, is een gruwel voor God.
16. De wet en de profeten [zijn] tot op Johannes; van dien tijd af
wordt het Koninkrijk Gods verkondigd, en een iegelijk doet
geweld op hetzelve.
17. En het is lichter, dat de hemel en de aarde voorbijgaan, dan dat
een tittel der wet valle.
18. Een iegelijk, die zijn vrouw verlaat, en een andere trouwt, die
doet overspel; en een iegelijk, die de verlatene van den man
trouwt, die doet [ook] overspel.
19. En er was een zeker rijk mens, en was gekleed met purper en
zeer fijn lijnwaad, levende allen dag vrolijk en prachtig.
3179
20. En er was een zeker bedelaar, met name Lazarus, welke lag voor
zijn poort vol zweren;
21. En begeerde verzadigd te worden van de kruimkens, die van de
tafel des rijken vielen; maar ook de honden kwamen en lekten
zijn zweren.
22. En het geschiedde, dat de bedelaar stierf, en van de engelen
gedragen werd in den schoot van Abraham.
23. En de rijke stierf ook, en werd begraven. En als hij in de hel zijn
ogen ophief, zijnde in de pijn, zag hij Abraham van verre, en
Lazarus in zijn schoot.
24. En hij riep en zeide: Vader Abraham, ontferm u mijner, en zend
Lazarus, dat hij het uiterste zijns vingers in het water dope, en
verkoele mijn tong; want ik lijde smarten in deze vlam.
25. Maar Abraham zeide: Kind, gedenk, dat gij uw goed ontvangen
hebt in uw leven, en Lazarus desgelijks het kwade; en nu wordt
hij vertroost, en gij lijdt smarten.
26. En boven dit alles, tussen ons en ulieden is een grote klove
gevestigd, zodat degenen, die van hier tot u willen overgaan,
niet zouden kunnen, noch ook die [daar] [zijn], van daar tot ons
overkomen.
27. En hij zeide: Ik bid u dan, vader, dat gij hem zendt tot mijns
vaders huis;
28. Want ik heb vijf broeders; dat hij hun [dit] betuige, opdat ook zij
niet komen in deze plaats der pijniging.
29. Abraham zeide tot hem: Zij hebben Mozes en de profeten, dat zij
die horen.
30. En hij zeide: Neen, vader Abraham, maar zo iemand van de
doden tot hen heenging, zij zouden zich bekeren.
3180
31. Doch [Abraham] zeide tot hem: Indien zij Mozes en de profeten
niet horen, zo zullen zij ook, al waren het, dat er iemand uit de
doden opstond, zich niet laten gezeggen.


3181
Lukas
Hoofdstuk 17
1. En Hij zeide tot de discipelen: Het kan niet wezen, dat er geen
ergernissen komen; doch wee [hem], door welken zij komen;
2. Het zoude hem nuttiger zijn, dat een molensteen om zijn hals
gedaan ware, en hij in de zee geworpen, dan dat hij een van deze
kleinen zou ergeren.
3. Wacht uzelven. En indien uw broeder tegen u zondigt, zo bestraf
hem; en indien het hem leed is, zo vergeef het hem.
4. En indien hij zevenmaal daags tegen u zondigt, en zevenmaal
daags tot u wederkeert, zeggende: Het is mij leed; zo zult gij het
hem vergeven.
5. En de apostelen zeiden tot den Heere: Vermeerder ons het
geloof.
6. En de Heere zeide: Zo gij een geloof hadt als een mostaardzaad,
gij zoudt tegen dezen moerbezienboom zeggen: Word
ontworteld, en in de zee geplant, en hij zou u gehoorzaam zijn.
7. En wie van u heeft een dienstknecht ploegende, of [de] [beesten]
hoedende, die tot hem, als hij van den akker inkomt, terstond zal
zeggen: Kom bij, en zit aan?
8. Maar zal hij niet tot hem zeggen: Bereid, dat ik te avond zal
eten, en omgord u, en dien mij, totdat ik zal gegeten en
gedronken hebben; en eet en drink gij daarna?
9. Dankt hij ook denzelven dienstknecht omdat hij gedaan heeft,
hetgeen hem bevolen was? Ik meen, neen.
3182
10. Alzo ook gij, wanneer gij zult gedaan hebben al hetgeen u
bevolen is, zo zegt: Wij zijn onnutte dienstknechten; want wij
hebben [maar] gedaan, hetgeen wij schuldig waren te doen.
11. En het geschiedde, als Hij naar Jeruzalem reisde, dat Hij door
het midden van Samaria en Galilea ging.
12. En als Hij in een zeker vlek kwam, ontmoetten Hem tien
melaatse mannen, welke stonden van verre;
13. En zij verhieven [hun] stem, zeggende: Jezus, Meester! ontferm
U onzer!
14. En als Hij hen zag, zeide Hij tot hen: Gaat heen en vertoont
uzelven den priesteren. En het geschiedde, terwijl zij
heengingen, dat zij gereinigd werden.
15. En een van hen, ziende, dat hij genezen was, keerde wederom,
met grote stemme God verheerlijkende.
16. En hij viel op het aangezicht voor Zijn voeten, Hem dankende;
en dezelve was een Samaritaan;
17. En Jezus, antwoordende, zeide: Zijn niet de tien gereinigd
geworden, en waar zijn de negen?
18. En zijn er geen gevonden, die wederkeren, om Gode eer te
geven, dan deze vreemdeling?
19. En Hij zeide tot hem: Sta op, en ga heen; uw geloof heeft u
behouden.
20. En gevraagd zijnde van de Farizeen, wanneer het Koninkrijk
Gods komen zou, heeft Hij hun geantwoord en gezegd: Het
Koninkrijk Gods komt niet met uiterlijk gelaat.
21. En men zal niet zeggen: Ziet hier, of ziet daar, want, ziet, het
Koninkrijk Gods is binnen ulieden.
22. En Hij zeide tot de discipelen: Er zullen dagen komen, wanneer
3183
gij zult begeren een der dagen van den Zoon des mensen te zien,
en gij zult [dien] niet zien.
23. En zij zullen tot u zeggen: Ziet hier, of ziet daar is Hij; gaat niet
heen, en volgt niet.
24. Want gelijk de bliksem, die van het ene [einde] onder den hemel
bliksemt, tot het andere onder den hemel schijnt, alzo zal ook de
Zoon des mensen wezen in Zijn dag.
25. Maar eerst moet Hij veel lijden, en verworpen worden van dit
geslacht.
26. En gelijk het geschied is in de dagen van Noach, alzo zal het ook
zijn in de dagen van den Zoon des mensen.
27. Zij aten, zij dronken, zij namen ten huwelijk, zij werden ten
huwelijk gegeven, tot den dag, op welken Noach in de ark ging,
en de zondvloed kwam, en verdierf ze allen.
28. Desgelijks ook, gelijk het geschiedde in de dagen van Lot; zij
aten, zij dronken, zij kochten, zij verkochten, zij plantten, zij
bouwden;
29. Maar op den dag, op welken Lot van Sodom uitging, regende het
vuur en sulfer van den hemel, en verdierf ze allen.
30. Even alzo zal het zijn in den dag, op welken de Zoon des
mensen geopenbaard zal worden.
31. In dienzelven dag, wie op het dak zal zijn, en zijn huisraad in
huis, die kome niet af, om hetzelve weg te nemen; en wie op den
akker zijn zal, die kere desgelijks niet naar hetgeen, dat achter
is.
32. Gedenkt aan de vrouw van Lot.
33. Zo wie zijn leven zal zoeken te behouden, die zal het verliezen;
en zo wie hetzelve zal verliezen, die zal het in het leven
3184
behouden.
34. Ik zeg u: In dien nacht zullen twee op een bed zijn; de een zal
aangenomen, en de ander zal verlaten worden.
35. Twee [vrouwen] zullen te zamen malen; de ene zal aangenomen,
en de andere zal verlaten worden.
36. Twee zullen op den akker zijn; de een zal aangenomen, en de
ander zal verlaten worden.
37. En zij antwoordden en zeiden tot Hem: Waar, Heere? En Hij
zeide tot hen: Waar het lichaam is, aldaar zullen de arenden
vergaderd worden.


3185
Lukas
Hoofdstuk 18
1. En Hij zeide ook een gelijkenis tot hen, daartoe [strekkende], dat
men altijd bidden moet, en niet vertragen;
2. Zeggende: Er was een zeker rechter in een stad, die God niet
vreesde, en geen mens ontzag.
3. En er was een zekere weduwe in dezelfde stad, en zij kwam tot
hem, zeggende: Doe mij recht tegen mijn wederpartij.
4. En hij wilde voor een [langen] tijd niet; maar daarna zeide hij bij
zichzelven: Hoewel ik God niet vreze, en geen mens ontzie;
5. Nochtans, omdat deze weduwe mij moeielijk valt, zo zal ik haar
recht doen, opdat zij niet eindelijk kome, en mij het hoofd breke.
6. En de Heere zeide: Hoort, wat de onrechtvaardige rechter zegt.
7. Zal God dan geen recht doen Zijn uitverkorenen, die dag en
nacht tot Hem roepen, hoewel Hij lankmoedig is over hen?
8. Ik zeg u, dat Hij hun haastelijk recht doen zal. Doch de Zoon des
mensen, als Hij komt, zal Hij ook geloof vinden op de aarde?
9. En Hij zeide ook tot sommigen, die bij zichzelven vertrouwden,
dat zij rechtvaardig waren, en de anderen niets achtten, deze
gelijkenis:
10. Twee mensen gingen op in den tempel om te bidden, de een was
een Farizeer, en de ander een tollenaar.
11. De Farizeer, staande, bad dit bij zichzelven: O God! ik dank U,
dat ik niet ben gelijk de andere mensen, rovers,
onrechtvaardigen, overspelers; of ook gelijk deze tollenaar.
3186
12. Ik vast tweemaal per week; ik geef tienden van alles, wat ik
bezit.
13. En de tollenaar, van verre staande, wilde ook zelfs de ogen niet
opheffen naar den hemel, maar sloeg op zijn borst, zeggende: O
God! wees mij zondaar genadig!
14. Ik zeg ulieden: Deze ging af gerechtvaardigd in zijn huis, [meer]
dan die; want een ieder, die zichzelven verhoogt, zal vernederd
worden, en die zichzelven vernedert, zal verhoogd worden.
15. En zij brachten ook de kinderkens tot Hem, opdat Hij die zou
aanraken; en de discipelen, [dat] ziende, bestraften dezelve.
16. Maar Jezus riep dezelve [kinderkens] tot Zich, en zeide: Laat de
kinderkens tot Mij komen, en verhindert hen niet; want
derzulken is het Koninkrijk Gods.
17. Voorwaar, zeg Ik u: Zo wie het Koninkrijk Gods niet zal
ontvangen als een kindeken, die zal geenszins in hetzelve
komen.
18. En een zeker overste vraagde Hem, zeggende: Goede Meester,
wat doende zal ik het eeuwige leven beerven?
19. En Jezus zeide tot hem: Wat noemt gij Mij goed? Niemand is
goed, dan Een, [namelijk] God.
20. Gij weet de geboden: Gij zult geen overspel doen; gij zult niet
doden; gij zult niet stelen; gij zult geen valse getuigenis geven;
eer uw vader en uw moeder.
21. En hij zeide: Al deze dingen heb ik onderhouden van mijn
jonkheid aan.
22. Doch Jezus, dit horende, zeide tot hem: Nog een ding ontbreekt
u; verkoop alles, wat gij hebt, en deel het onder de armen, en gij
zult een schat hebben in den hemel; en kom herwaarts, volg Mij.
3187
23. Maar als hij dit hoorde, werd hij geheel droevig; want hij was
zeer rijk.
24. Jezus nu, ziende, dat hij geheel droevig geworden was, zeide:
Hoe bezwaarlijk zullen degenen, die goed hebben, in het
Koninkrijk Gods ingaan!
25. Want het is lichter, dat een kemel ga door het oog van een naald,
dan dat een rijke in het Koninkrijk Gods inga.
26. En die [dit] hoorden, zeiden: Wie kan dan zalig worden?
27. En Hij zeide: De dingen, die onmogelijk zijn bij de mensen, zijn
mogelijk bij God.
28. En Petrus zeide: Zie, wij hebben alles verlaten, en zijn U
gevolgd.
29. En Hij zeide tot hen: Voorwaar, Ik zeg ulieden, dat er niemand
is, die verlaten heeft huis, of ouders, of broeders, of vrouw, of
kinderen, om het Koninkrijk Gods;
30. Die niet zal veelvoudig weder ontvangen in dezen tijd, en in de
toekomende eeuw het eeuwige leven.
31. En Hij nam de twaalven bij Zich, en zeide tot hen: Ziet, wij gaan
op naar Jeruzalem, en het zal alles volbracht worden aan den
Zoon des mensen, wat geschreven is door de profeten.
32. Want Hij zal den heidenen overgeleverd worden, en Hij zal
bespot worden, en smadelijk behandeld worden, en bespogen
worden.
33. En [Hem] gegeseld hebbende, zullen zij Hem doden; en ten
derden dage zal Hij wederopstaan.
34. En zij verstonden geen van deze dingen; en dit woord was voor
hen verborgen, en zij verstonden niet, hetgeen gezegd werd.
35. En het geschiedde, als Hij nabij Jericho kwam, dat een zeker
3188
blinde aan den weg zat, bedelende.
36. En deze, horende de schare voorbijgaan, vraagde, wat dat ware.
37. En zij boodschapten hem, dat Jezus de Nazarener voorbijging.
38. En hij riep, zeggende: Jezus, Gij Zone Davids, ontferm U
mijner!
39. En die voorbijgingen, bestraften hem, opdat hij zwijgen zou;
maar hij riep zoveel te meer: Zone Davids, ontferm U mijner!
40. En Jezus, [sti] staande, beval, dat men denzelven tot Hem
brengen zou; en als hij nabij [Hem] gekomen was, vraagde Hij
hem,
41. Zeggende: Wat wilt gij, dat Ik u doen zal? En hij zeide: Heere!
dat ik ziende mag worden.
42. En Jezus zeide tot hem: Word ziende; uw geloof heeft u
behouden.
43. En terstond werd hij ziende, en volgde Hem, God
verheerlijkende. En al het volk, [dat] ziende, gaf Gode lof.


3189
Lukas
Hoofdstuk 19
1. En [Jezus], ingekomen zijnde, ging door Jericho.
2. En zie, er was een man, met name geheten Zacheus; en deze was
een overste der tollenaren, en hij was rijk;
3. En zocht Jezus te zien, wie Hij was; en kon niet vanwege de
schare, omdat hij klein van persoon was.
4. En vooruitlopende, klom hij op een wilden vijgeboom, opdat hij
Hem mocht zien; want Hij zou door dien [weg] voorbijgaan.
5. En als Jezus aan die plaats kwam, opwaarts ziende, zag Hij hem,
en zeide tot hem: Zacheus! haast u, en kom af; want Ik moet
heden in uw huis blijven.
6. En hij haastte zich en kwam af, en ontving Hem met blijdschap.
7. En allen, die het zagen, murmureerden, zeggende: Hij is tot een
zondigen man ingegaan, om te herbergen.
8. En Zacheus stond, en zeide tot den Heere: Zie, de helft van mijn
goederen, Heere, geef ik den armen; en indien ik iemand iets
door bedrog ontvreemd heb, dat geef ik vierdubbel weder.
9. En Jezus zeide tot hem: Heden is dezen huize zaligheid
geschied, nademaal ook deze een zoon van Abraham is.
10. Want de Zoon des mensen is gekomen, om te zoeken en zalig te
maken, dat verloren was.
11. En als zij dat hoorden, voegde Hij daarbij, en zeide een
gelijkenis; omdat Hij nabij Jeruzalem was, en [omdat] zij
meenden, dat het Koninkrijk Gods terstond zou openbaar
3190
worden.
12. Hij zeide dan: Een zeker welgeboren man reisde in een ver
[gelegen] land, om voor zichzelven een koninkrijk te ontvangen,
en [dan] weder te keren.
13. En geroepen hebbende zijn tien dienstknechten, gaf hij hun tien
ponden, en zeide tot hen: Doet handeling, totdat ik kome.
14. En zijn burgers haatten hem, en zonden hem gezanten na,
zeggende: Wij willen niet, dat deze over ons koning zij.
15. En het geschiedde, toen hij wederkwam, als hij het koninkrijk
ontvangen had, dat hij zeide, dat die dienstknechten tot hem
zouden geroepen worden, wien hij het geld gegeven had; opdat
hij weten mocht, wat een iegelijk met handelen gewonnen had.
16. En de eerste kwam, en zeide: Heer, uw pond heeft tien ponden
daartoe gewonnen.
17. En hij zeide tot hem: Wel, gij goede dienstknecht, dewijl gij in
het minste getrouw zijt geweest, zo heb macht over tien steden.
18. En de tweede kwam, en zeide: Heer, uw pond heeft vijf ponden
gewonnen.
19. En hij zeide ook tot dezen: En gij, wees over vijf steden.
20. En een ander kwam, zeggende: Heer, zie [hier] uw pond,
hetwelk ik in een zweetdoek weggelegd had;
21. Want ik vreesde u, omdat gij een straf mens zijt; gij neemt weg,
wat gij niet gelegd hebt, en gij maait, wat gij niet gezaaid hebt.
22. Maar hij zeide tot hem: Uit uw mond zal ik u oordelen, gij boze
dienstknecht! Gij wist, dat ik een straf mens ben, nemende weg,
wat ik niet gelegd heb, en maaiende, wat ik niet gezaaid heb.
23. Waarom hebt gij dan mijn geld niet in de bank gegeven, en ik,
komende, had hetzelve met woeker mogen eisen?
3191
24. En hij zeide tot degenen, die bij hem stonden: Neemt dat pond
van hem weg, en geeft het dien, die de tien ponden heeft.
25. En zij zeiden tot hem: Heer, hij heeft tien ponden.
26. Want ik zeg u, dat een iegelijk, die heeft, zal gegeven worden;
maar van degene, die niet heeft, van dien zal genomen worden
ook wat hij heeft.
27. Doch deze mijn vijanden, die niet hebben gewild, dat ik over
hen koning zoude zijn, brengt [ze] hier, en slaat ze [hier] voor
mij dood.
28. En dit gezegd hebbende, reisde Hij voor [hen] heen, en ging op
naar Jeruzalem.
29. En het geschiedde, als Hij nabij Beth-fage en Bethanie gekomen
was, aan den berg, genaamd den Olijfberg, dat Hij twee van Zijn
discipelen uitzond,
30. Zeggende: Gaat henen in dat vlek, dat tegenover is; in hetwelk
inkomende, zult gij een veulen gebonden vinden, waarop geen
mens ooit heeft gezeten; ontbindt hetzelve, en brengt het.
31. En indien iemand u vraagt: Waarom ontbindt gij [dat], zo zult gij
alzo tot hem zeggen: Omdat het de Heere van node heeft.
32. En die uitgezonden waren, heengegaan zijnde, vonden het, gelijk
Hij hun gezegd had.
33. En als zij het veulen ontbonden, zeiden de heren van hetzelve tot
hen: Waarom ontbindt gij het veulen?
34. En zij zeiden: De Heere heeft het van node.
35. En zij brachten hetzelve tot Jezus. En hun klederen op het veulen
geworpen hebbende, zetten zij Jezus daarop.
You have read 1 text from Dutch literature.
Next - Statenvertaling - 5 - 21
  • Parts
  • Statenvertaling - 5 - 01
    Total number of words is 4217
    Total number of unique words is 1006
    46.5 of words are in the 2000 most common words
    64.2 of words are in the 5000 most common words
    73.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 02
    Total number of words is 4275
    Total number of unique words is 1073
    46.9 of words are in the 2000 most common words
    65.1 of words are in the 5000 most common words
    75.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 03
    Total number of words is 4348
    Total number of unique words is 1048
    49.1 of words are in the 2000 most common words
    67.0 of words are in the 5000 most common words
    74.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 04
    Total number of words is 4306
    Total number of unique words is 1147
    43.4 of words are in the 2000 most common words
    62.5 of words are in the 5000 most common words
    73.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 05
    Total number of words is 4345
    Total number of unique words is 1055
    49.6 of words are in the 2000 most common words
    68.3 of words are in the 5000 most common words
    76.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 06
    Total number of words is 4318
    Total number of unique words is 922
    52.7 of words are in the 2000 most common words
    69.4 of words are in the 5000 most common words
    77.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 07
    Total number of words is 4282
    Total number of unique words is 966
    50.0 of words are in the 2000 most common words
    67.7 of words are in the 5000 most common words
    75.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 08
    Total number of words is 4367
    Total number of unique words is 976
    52.3 of words are in the 2000 most common words
    69.1 of words are in the 5000 most common words
    78.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 09
    Total number of words is 4379
    Total number of unique words is 948
    52.7 of words are in the 2000 most common words
    70.2 of words are in the 5000 most common words
    77.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 10
    Total number of words is 4317
    Total number of unique words is 937
    53.5 of words are in the 2000 most common words
    69.4 of words are in the 5000 most common words
    77.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 11
    Total number of words is 4301
    Total number of unique words is 943
    55.0 of words are in the 2000 most common words
    70.8 of words are in the 5000 most common words
    79.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 12
    Total number of words is 4294
    Total number of unique words is 934
    53.8 of words are in the 2000 most common words
    70.8 of words are in the 5000 most common words
    79.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 13
    Total number of words is 4368
    Total number of unique words is 989
    53.1 of words are in the 2000 most common words
    68.4 of words are in the 5000 most common words
    77.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 14
    Total number of words is 4416
    Total number of unique words is 939
    54.2 of words are in the 2000 most common words
    69.2 of words are in the 5000 most common words
    77.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 15
    Total number of words is 4401
    Total number of unique words is 920
    56.7 of words are in the 2000 most common words
    73.5 of words are in the 5000 most common words
    81.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 16
    Total number of words is 4244
    Total number of unique words is 1024
    52.7 of words are in the 2000 most common words
    69.4 of words are in the 5000 most common words
    78.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 17
    Total number of words is 4450
    Total number of unique words is 1059
    50.4 of words are in the 2000 most common words
    66.0 of words are in the 5000 most common words
    74.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 18
    Total number of words is 4435
    Total number of unique words is 962
    54.1 of words are in the 2000 most common words
    69.8 of words are in the 5000 most common words
    78.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 19
    Total number of words is 4443
    Total number of unique words is 1026
    53.4 of words are in the 2000 most common words
    70.0 of words are in the 5000 most common words
    77.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 20
    Total number of words is 4402
    Total number of unique words is 977
    55.6 of words are in the 2000 most common words
    71.2 of words are in the 5000 most common words
    78.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 21
    Total number of words is 4339
    Total number of unique words is 985
    54.5 of words are in the 2000 most common words
    70.5 of words are in the 5000 most common words
    79.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 22
    Total number of words is 4417
    Total number of unique words is 851
    59.2 of words are in the 2000 most common words
    73.4 of words are in the 5000 most common words
    81.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 23
    Total number of words is 4452
    Total number of unique words is 727
    61.9 of words are in the 2000 most common words
    76.3 of words are in the 5000 most common words
    84.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 24
    Total number of words is 4443
    Total number of unique words is 763
    58.8 of words are in the 2000 most common words
    76.1 of words are in the 5000 most common words
    83.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 25
    Total number of words is 4516
    Total number of unique words is 662
    61.5 of words are in the 2000 most common words
    78.1 of words are in the 5000 most common words
    84.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 26
    Total number of words is 4349
    Total number of unique words is 977
    55.5 of words are in the 2000 most common words
    70.6 of words are in the 5000 most common words
    78.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 27
    Total number of words is 4269
    Total number of unique words is 1016
    53.9 of words are in the 2000 most common words
    69.3 of words are in the 5000 most common words
    77.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 28
    Total number of words is 4358
    Total number of unique words is 961
    52.5 of words are in the 2000 most common words
    68.1 of words are in the 5000 most common words
    76.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 29
    Total number of words is 4186
    Total number of unique words is 996
    50.1 of words are in the 2000 most common words
    64.7 of words are in the 5000 most common words
    72.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 30
    Total number of words is 4345
    Total number of unique words is 1039
    51.4 of words are in the 2000 most common words
    66.1 of words are in the 5000 most common words
    73.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 31
    Total number of words is 4234
    Total number of unique words is 1020
    51.5 of words are in the 2000 most common words
    66.7 of words are in the 5000 most common words
    74.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 32
    Total number of words is 4090
    Total number of unique words is 836
    50.8 of words are in the 2000 most common words
    67.4 of words are in the 5000 most common words
    75.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 33
    Total number of words is 4230
    Total number of unique words is 897
    50.3 of words are in the 2000 most common words
    68.9 of words are in the 5000 most common words
    77.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 34
    Total number of words is 4182
    Total number of unique words is 898
    49.2 of words are in the 2000 most common words
    65.8 of words are in the 5000 most common words
    73.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 35
    Total number of words is 4280
    Total number of unique words is 858
    51.9 of words are in the 2000 most common words
    67.5 of words are in the 5000 most common words
    75.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 36
    Total number of words is 4180
    Total number of unique words is 867
    52.9 of words are in the 2000 most common words
    70.1 of words are in the 5000 most common words
    77.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 37
    Total number of words is 4192
    Total number of unique words is 912
    48.6 of words are in the 2000 most common words
    65.1 of words are in the 5000 most common words
    72.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 38
    Total number of words is 4129
    Total number of unique words is 856
    50.9 of words are in the 2000 most common words
    69.8 of words are in the 5000 most common words
    76.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 39
    Total number of words is 4111
    Total number of unique words is 955
    47.5 of words are in the 2000 most common words
    65.4 of words are in the 5000 most common words
    73.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 40
    Total number of words is 4079
    Total number of unique words is 889
    47.5 of words are in the 2000 most common words
    63.8 of words are in the 5000 most common words
    72.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 41
    Total number of words is 3952
    Total number of unique words is 1013
    42.7 of words are in the 2000 most common words
    60.1 of words are in the 5000 most common words
    66.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 42
    Total number of words is 3985
    Total number of unique words is 1028
    47.2 of words are in the 2000 most common words
    61.6 of words are in the 5000 most common words
    69.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 43
    Total number of words is 4067
    Total number of unique words is 1038
    47.2 of words are in the 2000 most common words
    65.3 of words are in the 5000 most common words
    73.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 44
    Total number of words is 4075
    Total number of unique words is 1131
    45.7 of words are in the 2000 most common words
    64.8 of words are in the 5000 most common words
    73.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 45
    Total number of words is 4060
    Total number of unique words is 955
    47.7 of words are in the 2000 most common words
    65.5 of words are in the 5000 most common words
    72.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 46
    Total number of words is 4379
    Total number of unique words is 828
    54.2 of words are in the 2000 most common words
    70.6 of words are in the 5000 most common words
    78.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 47
    Total number of words is 4456
    Total number of unique words is 833
    57.3 of words are in the 2000 most common words
    74.3 of words are in the 5000 most common words
    82.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 48
    Total number of words is 4458
    Total number of unique words is 846
    55.4 of words are in the 2000 most common words
    72.8 of words are in the 5000 most common words
    81.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 5 - 49
    Total number of words is 1005
    Total number of unique words is 346
    67.0 of words are in the 2000 most common words
    79.2 of words are in the 5000 most common words
    84.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.