Statenvertaling - 2 - 04

Total number of words is 4378
Total number of unique words is 808
46.0 of words are in the 2000 most common words
60.3 of words are in the 5000 most common words
65.8 of words are in the 8000 most common words
Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
noordwaarts, en de uitgangen van deze landpale zijn aan de tong
der Zoutzee noordwaarts, aan het uiterste van de Jordaan
zuidwaarts. Dit is de zuiderlandpale.
20. De Jordaan nu bepaalt haar aan den hoek naar het oosten. Dit is
het erfdeel der kinderen van Benjamin, in hun landpalen
rondom, naar hun huisgezinnen.
21. De steden nu van den stam der kinderen van Benjamin, naar hun
huisgezinnen, zijn: Jericho, en Beth-hogla, en Emek-keziz,
22. En Beth-araba, en Zemaraim, en Beth-el,
23. En Haavvim, en Para, en Ofra,
24. Chefar-haammonai, en Ofni, en Gaba; twaalf steden en haar
dorpen.
25. Gibeon, en Rama, en Beeroth,
26. En Mizpe, en Chefira, en Moza,
27. En Rekem, en Jirpeel, en Tharala,
761
28. En Zela, Elef en Jebusi (deze is Jeruzalem), Gibath, Kirjath:
veertien steden mitsgaders haar dorpen. Dit is het erfdeel der
kinderen van Benjamin, naar hun huisgezinnen.


762
Jozua
Hoofdstuk 19
1. Daarna ging het tweede lot uit voor Simeon, voor den stam der
kinderen van Simeon, naar hun huisgezinnen; en hun erfdeel
was in het midden van het erfdeel der kinderen van Juda.
2. En zij hadden in hun erfdeel: Beer-seba, en Seba, en Molada,
3. En Hazar-sual, en Bala, en Azem,
4. En Eltholad, en Bethul, en Horma,
5. En Ziklag, en Beth-hammerchaboth, en Hazar-suza,
6. En Beth-lebaoth, en Saruhen; dertien steden en haar dorpen.
7. Ain, Rimmon, en Ether, en Asan; vier steden en haar dorpen;
8. En al de dorpen, die rondom deze steden waren, tot Baalath-
beer, [dat] [is] Ramath tegen het zuiden. Dit is het erfdeel van
den stam der kinderen van Simeon, naar hun huisgezinnen.
9. Het erfdeel der kinderen van Simeon is onder het snoer der
kinderen van Juda; want het erfdeel der kinderen van Juda was
te groot voor hen; daarom erfden de kinderen van Simeon in het
midden van hun erfdeel.
10. Daarna kwam het derde lot op voor de kinderen van Zebulon,
naar hun huisgezinnen; en de landpale van hun erfdeel was tot
aan Sarid.
11. En hun landpale gaat opwaarts naar het westen en Mar-ala, en
reikt tot Dabbaseth, en reikt tot aan de beek, die voor aan
Jokneam is.
12. En zij wendt zich van Sarid oostwaarts tegen den opgang der
763
zon, tot de landpale van Chisloth-thabor, en zij komt uit te
Dobrath, en gaat opwaarts naar Jafia.
13. En vandaar gaat zij oostwaarts door naar den opgang, naar Gath-
hefer, te Ethkazin, en zij komt uit te Rimmon-methoar, hetwelk
is Nea.
14. En deze landpale keert zich om tegen het noorden naar
Hannathon, en haar uitgangen zijn het dal van Jiftah-el.
15. En Kattath, en Nahalal, en Simron, en Jidala, en Bethlehem;
twaalf steden en haar dorpen.
16. Dit is het erfdeel der kinderen van Zebulon, naar hun
huisgezinnen; deze steden en haar dorpen.
17. Het vierde lot ging uit voor Issaschar, voor de kinderen van
Issaschar, naar hun huisgezinnen.
18. En hun landpale was Jizreela, en Chesulloth, en Sunem,
19. En Hafaraim, en Sion, en Anacharath,
20. En Rabbith, en Kisjon, en Ebez,
21. En Remeth, en En-gannim, en En-hadda, en Beth-pazzez.
22. En deze landpale reikt aan Thabor, en Sahazima, en Beth-semes;
en de uitgangen van hun landpale zijn aan de Jordaan; zestien
steden en haar dorpen.
23. Dit is het erfdeel van den stam der kinderen van Issaschar, naar
hun huisgezinnen, de steden en haar dorpen.
24. Toen ging het vijfde lot voor den stam der kinderen van Aser uit,
naar hun huisgezinnen.
25. En hun landpale was Helkath, en Hali, en Beten, en Achsaf,
26. En Allammelech, en Am-ad, en Mis-al; en zij reikt aan Karmel
westwaarts, en aan Sichor-libnath;
27. En wendt zich tegen den opgang der zon naar Beth-dagon, en
764
reikt aan Zebulon, en aan het dal Jiftha-el noordwaarts naar
Beth-emek, en Nehiel, en komt uit tot Kabul ter linkerhand;
28. En Ebron, en Rehob, en Hammon, en Kana, tot aan groot Sidon.
29. En deze landpale wendt zich naar Rama, en tot aan de vaste stad
Tyrus; dan keert deze landpale naar Hosa, en haar uitgangen zijn
aan de zee, van het landsnoer [strekkende] naar Achzib,
30. En Umma, en Afek, en Rehob; twee en twintig steden en haar
dorpen.
31. Dit is het erfdeel van den stam der kinderen van Aser, naar hun
huisgezinnen, deze steden en haar dorpen.
32. Het zesde lot ging uit voor de kinderen van Nafthali, voor de
kinderen van Nafthali, naar hun huisgezinnen.
33. En hun landpale is van Helef, van Allon tot Zaanannim, en
Adami-nekeb, en Jabneel, tot Lakkum; en haar uitgangen zijn
aan de Jordaan.
34. En deze landpale wendt zich westwaarts naar Asnoth-thabor, en
van daar gaat zij voort naar Hukkok, en zij reikt aan Zebulon
tegen het zuiden, en aan Aser reikt zij tegen het westen, en aan
Juda aan de Jordaan tegen den opgang der zon.
35. De vaste steden nu zijn: Ziddim, Zer en Hammath, Rakkath en
Cinnereth,
36. En Adama, en Rama, en Hazor,
37. En Kedes, en Edrei, en En-hazor,
38. En Jiron, en Migdal-el, Horem en Beth-anath, en Beth-semes;
negentien steden en haar dorpen.
39. Dit is het erfdeel van den stam der kinderen van Nafthali, naar
hun huisgezinnen, de steden en haar dorpen.
40. Het zevende lot ging uit voor den stam der kinderen van Dan,
765
naar hun huisgezinnen.
41. En de landpale van hun erfdeel was: Zora, en Esthaol, en Ir-
semes,
42. En Saalabbin, en Ajalon, en Jithla,
43. En Elon, en Timnatha, en Ekron,
44. En Elteke, en Gibbethon, en Baalath,
45. En Jehud, en Bene-berak, en Gath-rimmon,
46. En Me-jarkon, en Rakkon, met de landpale tegenover Jafo.
47. Doch de landpale der kinderen van Dan was hun te klein
uitgekomen; daarom togen de kinderen van Dan op, en krijgden
tegen Lesem, en namen haar in, en sloegen haar met de scherpte
des zwaards, en erfden haar, en woonden daarin; en zij noemden
Lesem Dan, naar den naam van hun vader Dan.
48. Dit is het erfdeel van den stam der kinderen van Dan, naar hun
huisgezinnen, deze steden en haar dorpen.
49. Toen zij nu geeindigd hadden het land erfelijk te delen, naar zijn
landpalen, zo gaven de kinderen Israels aan Jozua, den zoon van
Nun, een erfdeel in het midden van hen.
50. Naar den mond des HEEREN gaven zij hem die stad, welke hij
begeerde, Thimnath-serah, op het gebergte van Efraim; en hij
bouwde die stad, en woonde in dezelve.
51. Dit zijn de erfdelen, welke Eleazar, de priester, en Jozua, de
zoon van Nun, en de hoofden der vaderen van de stammen, door
het lot aan de kinderen Israels erfelijk uitdeelden te Silo, voor
het aangezicht des HEEREN, aan de deur van de tent der
samenkomst. Aldus maakten zij een einde van het uitdelen des
lands.

766
Jozua
Hoofdstuk 20
1. Verder sprak de HEERE tot Jozua, zeggende:
2. Spreek tot de kinderen Israels, zeggende: Geeft voor ulieden de
vrijsteden, waarvan Ik met ulieden gesproken heb door den
dienst van Mozes.
3. Dat daarhenen vliede de doodslager, die een ziel door dwaling,
niet met wetenschap, verslaat; opdat zij ulieden zijn tot een
toevlucht voor den bloedwreker.
4. Als hij vlucht tot een van die steden, zo zal hij staan aan de deur
der stadspoort, en hij zal zijn woorden spreken voor de oren van
de oudsten derzelver stad; dan zullen zij hem tot zich in de stad
nemen, en hem plaats geven, dat hij bij hen wone.
5. En als de bloedwreker hem najaagt, zo zullen zij den doodslager
in zijn hand niet overgeven, dewijl hij zijn naaste niet met
wetenschap verslagen heeft, en hem gisteren [en] eergisteren
niet heeft gehaat.
6. En hij zal in dezelve stad wonen, totdat hij sta voor het
aangezicht der vergadering voor het gericht, totdat de
hogepriester sterve, die in die dagen zijn zal; dan zal de
doodslager wederkeren, en komen tot zijn stad, en tot zijn huis,
tot de stad, van waar hij gevloden is.
7. Toen heiligden zij Kedes in Galilea, op het gebergte van
Nafthali, en Sichem op het gebergte van Efraim, en Kirjath-arba,
deze is Hebron, op het gebergte van Juda.
767
8. En aan gene zijde van de Jordaan, van Jericho oostwaarts, gaven
zij Bezer in de woestijn, in het platte land, van den stam van
Ruben; en Ramoth in Gilead, van den stam van Gad; en Golan
in Bazan, van den stam van Manasse.
9. Dit nu zijn de steden, die bestemd waren voor al de kinderen
Israels, en voor den vreemdeling, die in het midden van
henlieden verkeert, opdat derwaarts vluchte al wie een ziel slaat
door dwaling; opdat hij niet sterve door de hand des
bloedwrekers, totdat hij voor het aangezicht der vergadering
gestaan zal hebben.


768
Jozua
Hoofdstuk 21
1. Toen naderden de hoofden der vaderen van de Levieten tot
Eleazar, den priester, en tot Jozua, den zoon van Nun, en tot de
hoofden der vaderen van de stammen der kinderen Israels;
2. En zij spraken tot hen, te Silo, in het land Kanaan, zeggende: De
HEERE heeft geboden door den dienst van Mozes, dat men ons
steden te bewonen geven zou, en haar voorsteden voor onze
beesten.
3. Daarom gaven de kinderen Israels aan de Levieten van hun
erfdeel, naar den mond des HEEREN, deze steden en de
voorsteden derzelve.
4. Toen ging het lot uit voor de huisgezinnen der Kahathieten; en
voor de kinderen van Aaron, den priester, uit de Levieten, waren
van den stam van Juda, en van den stam van Simeon, en van den
stam van Benjamin, door het lot, dertien steden.
5. En aan de overgebleven kinderen van Kahath vielen, bij het lot,
van de huisgezinnen van den stam van Efraim, en van den stam
van Dan, en van den halven stam van Manasse, tien steden.
6. En aan de kinderen van Gerson, van de huisgezinnen van den
stam van Issaschar, en van den stam van Aser, en van den stam
van Nafthali, en van den halven stam van Manasse, in Bazan, bij
het lot, dertien steden.
7. Aan de kinderen van Merari, naar hun huisgezinnen, van den
stam van Ruben, en van den stam van Gad, en van den stam van
769
Zebulon, twaalf steden.
8. Alzo gaven de kinderen Israels aan de Levieten deze steden en
haar voorsteden, bij het lot, gelijk de HEERE geboden had door
den dienst van Mozes.
9. Verder gaven zij van den stam der kinderen van Juda, en van
den stam der kinderen van Simeon, deze steden, die men bij
name noemde;
10. Dat zij waren van de kinderen van Aaron, van de huisgezinnen
der Kahathieten, uit de kinderen van Levi; want het eerste lot
was het hunne.
11. Zo gaven zij hun de stad van Arba, den vader van Anok (zij is
Hebron), op den berg van Juda, en haar voorsteden rondom haar.
12. Maar het veld der stad en haar dorpen, gaven zij aan Kaleb, den
zoon van Jefunne, tot zijn bezitting.
13. Alzo gaven zij aan de kinderen van den priester Aaron de
vrijstad des doodslagers, Hebron en haar voorsteden, en Libna
en haar voorsteden;
14. En Jatthir en haar voorsteden, en Esthemoa en haar voorsteden;
15. En Holon en haar voorsteden, en Debir en haar voorsteden;
16. En Ain en haar voorsteden, en Jutta en haar voorsteden, en Beth-
semes en haar voorsteden; negen steden van deze twee
stammen.
17. En van den stam van Benjamin, Gibeon en haar voorsteden,
Geba en haar voorsteden;
18. Anathoth en haar voorsteden, en Almon en haar voorsteden: vier
steden.
19. Al de steden der kinderen van Aaron, de priesteren, waren
dertien steden en haar voorsteden.
770
20. De huisgezinnen nu der kinderen van Kahath, de Levieten, die
overgebleven waren van de kinderen van Kahath, die hadden de
steden huns lots van den stam van Efraim.
21. En zij gaven hun Sichem, een vrijstad des doodslagers, en haar
voorsteden, op den berg Efraim, en Gezer en haar voorsteden;
22. En Kibzaim en haar voorsteden, en Beth-horon en haar
voorsteden: vier steden.
23. En van den stam van Dan, Elteke en haar voorsteden, Gibbethon
en haar voorsteden;
24. Ajalon en haar voorsteden, Gath-rimmon en haar voorsteden:
vier steden.
25. En van den halven stam van Manasse, Thaanach en haar
voorsteden, en Gathrimmon en haar voorsteden: twee steden.
26. Al de steden voor de huisgezinnen van de overige kinderen van
Kahath zijn tien, met haar voorsteden.
27. En aan de kinderen van Gerson, van de huisgezinnen der
Levieten, van den halven stam van Manasse, de vrijstad des
doodslagers, Golan in Bazan, en haar voorsteden, en Beesthera
en haar voorsteden: twee steden.
28. En van den stam van Issaschar, Kisjon en haar voorsteden, en
Dobrath en haar voorsteden;
29. Jarmuth en haar voorsteden, En-gannim en haar voorsteden: vier
steden.
30. En van den stam van Aser, Misal en haar voorsteden, Abdon en
haar voorsteden;
31. En Helkath en haar voorsteden, en Rehob en haar voorsteden:
vier steden.
32. En van den stam van Nafthali, de vrijstad des doodslagers,
771
Kedes in Galilea, en haar voorsteden, en Hammoth-dor en haar
voorsteden, en Karthan en haar voorsteden: drie steden.
33. Al de steden der Gersonieten, naar hun huisgezinnen, zijn
dertien steden en haar voorsteden.
34. Aan de huisgezinnen nu van de kinderen van Merari, van de
overige Levieten, [werd] [gegeven] van den stam van Zebulon,
Jokneam en haar voorsteden, Kartha en haar voorsteden;
35. Dimna en haar voorsteden, Nahalal en haar voorsteden: vier
steden.
36. En van den stam van Ruben, Bezer en haar voorsteden, en Jahza
en haar voorsteden;
37. Kedemoth en haar voorsteden, en Mefaath en haar voorsteden:
vier steden.
38. Van den stam van Gad nu, de vrijstad des doodslagers, Ramoth
in Gilead, en haar voorsteden, en Mahanaim en haar voorsteden;
39. Hesbon en haar voorsteden, Jaezer en haar voorsteden: al die
steden zijn vier.
40. Al die steden waren van de kinderen van Merari, naar hun
huisgezinnen, die nog overig waren van de huisgezinnen der
Levieten; en hun lot was twaalf steden.
41. Al de steden der Levieten, in het midden van de erfenis der
kinderen Israels, waren acht en veertig steden en haar
voorsteden.
42. Deze steden waren elk met haar voorsteden rondom haar; alzo
was het met al die steden.
43. Alzo gaf de HEERE aan Israel het ganse land, dat Hij gezworen
had hun vaderen te geven, en zij beerfden het, en woonden
daarin.
772
44. En de HEERE gaf hun rust rondom, naar alles, wat Hij hun
vaderen gezworen had; en er bestond niet een man van al hun
vijanden voor hun aangezicht; al hun vijanden gaf de HEERE in
hun hand.
45. Er viel niet een woord van al de goede woorden, die de HEERE
gesproken had tot het huis van Israel; het kwam altemaal.


773
Jozua
Hoofdstuk 22
1. Toen riep Jozua de Rubenieten, en de Gadieten, en den halven
stam van Manasse,
2. En hij zeide tot hen: Gijlieden hebt onderhouden alles, wat u
Mozes, de knecht des HEEREN, geboden heeft; en gij zijt
mijner stem gehoorzaam geweest in alles, wat ik u geboden heb.
3. Gij hebt uw broederen niet verlaten nu langen tijd, tot op dezen
dag toe; maar gij hebt waargenomen de onderhouding der
geboden van den HEERE, uw God.
4. En nu, de HEERE, uw God, heeft uw broederen rust gegeven,
gelijk Hij hun toegezegd had; keert dan nu wederom, en gaat gij
naar uw tenten, naar het land uwer bezitting, hetwelk u Mozes,
de knecht des HEEREN, gegeven heeft op gene zijde van de
Jordaan.
5. Alleenlijk neemt naarstiglijk waar te doen het gebod en de wet,
die u Mozes, de knecht des HEEREN, geboden heeft, dat gij den
HEERE, uw God, liefhebt, en dat gij wandelt in al Zijn wegen,
en Zijn geboden houdt, en Hem aanhangt, en dat gij Hem dient
met uw ganse hart en met uw ganse ziel.
6. Alzo zegende hen Jozua, en hij liet hen gaan; en zij gingen naar
hun tenten.
7. Want aan de helft van den stam van Manasse had Mozes [een]
[erfdeel] gegeven in Bazan; maar aan [de] [andere] helft van
denzelven gaf Jozua [een] [erfdeel] bij hun broederen, aan deze
774
zijde van de Jordaan westwaarts. Verder ook als Jozua hen liet
trekken naar hun tenten, zo zegende hij hen.
8. En hij sprak tot hen, zeggende: Keert weder tot uw tenten met
veel rijkdom, en met zeer veel vee, met zilver, en met goud, en
met koper, en met ijzer, en met zeer veel klederen; deelt den
roof uwer vijanden met uw broederen.
9. Alzo keerden de kinderen van Ruben, en de kinderen van Gad,
en de halve stam van Manasse wederom, en togen van de
kinderen Israels, van Silo, dat in het land Kanaan is, om te gaan
naar het land van Gilead, naar het land hunner bezitting, in
hetwelk zij bezitters gemaakt waren, naar den mond des
HEEREN, door den dienst van Mozes.
10. Toen zij kwamen aan de grenzen van de Jordaan, die in het land
Kanaan zijn, zo bouwden de kinderen van Ruben, en de
kinderen van Gad, en de halve stam van Manasse aldaar een
altaar aan de Jordaan, een altaar groot in het aanzien.
11. En de kinderen Israels hoorden zeggen: Ziet, de kinderen van
Ruben, en de kinderen van Gad, en de halve stam van Manasse
hebben een altaar gebouwd, tegenover het land Kanaan, aan de
grenzen van de Jordaan, aan de zijde der kinderen Israels.
12. Als de kinderen Israels [dit] hoorden, zo verzamelde de ganse
vergadering der kinderen Israels te Silo, dat zij tegen hen
optogen met een heir.
13. En de kinderen Israels zonden aan de kinderen van Ruben, en
aan de kinderen van Gad, en aan den halven stam van Manasse,
in het land Gilead, Pinehas, den zoon van Eleazar, den priester;
14. En tien vorsten met hem, van ieder vaderlijk huis een vorst, uit
al de stammen van Israel; en zij waren een ieder een hoofd van
775
het huis hunner vaderen over de duizenden van Israel.
15. Toen zij tot de kinderen van Ruben, en tot de kinderen van Gad,
en tot den halven stam van Manasse kwamen, in het land Gilead,
zo spraken zij met hen, zeggende:
16. Alzo spreekt de ganse gemeente des HEEREN: Wat overtreding
is dit, waarmede gijlieden overtreden hebt tegen den God van
Israel, heden afkerende van achter den HEERE, mits dat gij een
altaar voor u gebouwd hebt, om heden tegen den HEERE
wederspannig te zijn?
17. Is ons de ongerechtigheid van Peor te weinig, van dewelke wij
niet gereinigd zijn tot op dezen dag, hoewel de plaag in de
vergadering des HEEREN geweest is?
18. Dewijl gij u heden van achter den HEERE afkeert, het zal dan
geschieden, als gij heden wederspannig zijt tegen den HEERE,
zo zal Hij Zich morgen grotelijks vertoornen tegen de ganse
gemeente van Israel.
19. Maar toch, indien het land uwer bezitting onrein is, komt over in
het land van de bezitting des HEEREN, waar de tabernakel des
HEEREN woont, en neemt bezitting in het midden van ons;
maar zijt niet wederspannig tegen den HEERE, en zijt ook niet
wederspannig tegen ons, een altaar voor u bouwende, behalve
het altaar van den HEERE, onzen God.
20. Heeft niet Achan, de zoon van Zerah, overtreding begaan met
het verbannene, en kwam er niet een verbolgenheid over de
ganse vergadering van Israel? En die man stierf niet alleen in
zijn ongerechtigheid.
21. Toen antwoordden de kinderen van Ruben, en de kinderen van
Gad, en de halve stam van Manasse, en zij spraken met de
776
hoofden der duizenden van Israel:
22. De God der goden, de HEERE, de God der goden, de HEERE,
Die weet het; Israel zelf zal het ook weten! Is het door
wederspannigheid, of is het door overtreding tegen den HEERE,
zo behoudt ons heden niet;
23. Dat wij ons een altaar zouden gebouwd hebben, om ons van
achter den HEERE af te keren, of om brandoffer en spijsoffer
daarop te offeren, of om dankoffer daarop te doen, zo eise het de
HEERE.
24. En zo wij dit niet uit zorg vanwege [deze] zaak gedaan hebben,
zeggende: Morgen mochten uw kinderen tot onze kinderen
spreken, zeggende: Wat hebt gij met den HEERE, den God van
Israel, te doen?
25. De HEERE heeft immers de Jordaan tot landpale gezet tussen
ons en tussen ulieden, gij, kinderen van Ruben, en gij, kinderen
van Gad! gij hebt geen deel aan den HEERE. Zo mochten uw
kinderen onze kinderen doen ophouden, dat zij den HEERE niet
vreesden.
26. Daarom zeiden wij: Laat ons toch voor ons maken, bouwende
een altaar, niet ten brandoffer, noch ten offer.
27. Maar dat het een getuige zij tussen ons en tussen ulieden, en
tussen onze geslachten na ons, opdat wij den dienst des
HEEREN voor Zijn aangezicht dienen mochten met onze
brandofferen, en met onze slachtofferen, en met onze
dankofferen; en dat uw kinderen tot onze kinderen morgen niet
zeggen: Gijlieden hebt geen deel aan den HEERE.
28. Daarom zeiden wij: Wanneer het geschiedt, dat zij morgen
[alzo] tot ons en tot onze geslachten zeggen zullen; zo zullen wij
777
zeggen: Ziet de gedaante van het altaar des HEEREN, hetwelk
onze vaderen gemaakt hebben, niet ten brandoffer, noch ten
offer; maar het is een getuige tussen ons en tussen ulieden.
29. Het zij verre van ons, dat wij zouden wederspannig zijn tegen
den HEERE, of dat wij te dezen dage ons van achter den
HEERE afkeren zouden, bouwende een altaar ten brandoffer, ten
spijsoffer, of ten slachtoffer, behalve het altaar van den HEERE,
onzen God, dat voor Zijn tabernakel is.
30. Toen de priester Pinehas, en de oversten der vergadering, en de
hoofden der duizenden van Israel, die bij hem waren, de
woorden hoorden, die de kinderen van Ruben, en de kinderen
van Gad, en de kinderen van Manasse gesproken hadden, zo was
het goed in hun ogen.
31. En Pinehas, de zoon van den priester Eleazar, zeide tot de
kinderen van Ruben, en tot de kinderen van Gad, en tot de
kinderen van Manasse: Heden weten wij, dat de HEERE in het
midden van ons is, dewijl gij deze overtreding tegen den
HEERE niet begaan hebt; toen hebt gijlieden de kinderen Israels
verlost uit de hand des HEEREN.
32. En Pinehas, de zoon van den priester Eleazar, keerde wederom
met de oversten van de kinderen van Ruben, en van de kinderen
van Gad, uit het land Gilead, naar het land Kanaan, tot de
kinderen Israels; en zij brachten hun antwoord weder;
33. Het antwoord nu was goed in de ogen van de kinderen Israels,
en de kinderen Israels loofden God, en zeiden niet [meer] van
tegen hen op te trekken met een heir, om het land te verderven,
waarin de kinderen van Ruben en de kinderen van Gad
woonden.
778
34. En de kinderen van Ruben en de kinderen van Gad noemden dat
altaar: Dat het een getuige zij tussen ons, dat de HEERE God is.


779
Jozua
Hoofdstuk 23
1. En het geschiedde na vele dagen, nadat de HEERE Israel rust
gegeven had van al zijn vijanden rondom heen, en Jozua oud
geworden [en] wel bedaagd was;
2. Zo riep Jozua gans Israel, hun oudsten, en hun hoofden, en hun
richters, en hun ambtlieden, en hij zeide tot hen: Ik ben oud
geworden, [en] wel bedaagd;
3. En gijlieden hebt gezien alles, wat de HEERE, uw God, gedaan
heeft aan al deze volken voor uw aangezicht; want de HEERE,
uw God, Zelf, is het, Die voor u gestreden heeft.
4. Ziet, ik heb u deze overige volken door het lot doen toevallen,
ten erfdeel voor uw stammen, van de Jordaan af, met al de
volken, die ik uitgeroeid heb, en tot de grote zee, tegen den
ondergang der zon.
5. En de HEERE, uw God, Zelf zal hen uitstoten voor ulieder
aangezicht, en Hij zal hen van voor ulieder aangezicht
verdrijven; en gij zult hun land erfelijk bezitten, gelijk als de
HEERE, uw God, tot u gesproken heeft.
6. Zo weest zeer sterk, om te bewaren en om te doen alles, wat
geschreven is in het wetboek van Mozes; opdat gij daarvan niet
afwijkt ter rechter [hand] noch ter linkerhand;
7. Dat gij niet ingaat tot deze volken: deze, die overgebleven zijn
bij ulieden; gedenkt ook niet aan den naam hunner goden, en
doet er niet bij zweren, en dient hen niet, en buigt u voor die
780
niet;
8. Maar den HEERE, uw God, zult gij aanhangen, gelijk als gij tot
op dezen dag gedaan hebt.
9. Want de HEERE heeft van uw aangezicht verdreven grote en
machtige volken; en u aangaande, niemand heeft voor uw
aangezicht bestaan, tot op dezen dag toe.
10. Een enig man onder u zal er duizend jagen; want het is de
HEERE, uw God, Zelf, Die voor u strijdt, gelijk als Hij tot u
gesproken heeft.
11. Daarom bewaart uw zielen naarstiglijk, dat gij den HEERE, uw
God, liefhebt.
12. Want zo gij enigszins afkeert, en het overige van deze volken
aanhangt, van deze, die bij u overgebleven zijn, en u met hen
verzwagert, en gij tot hen zult ingaan, en zij tot u;
13. Weet voorzeker, dat de HEERE, uw God, niet voortvaren zal
deze volken van voor uw aangezicht te verdrijven; maar zij
zullen ulieden zijn tot een strik, en tot een net, en tot een gesel
aan uw zijden, en tot doornen in uw ogen, totdat gij omkomt van
dit goede land, hetwelk u de HEERE, uw God, gegeven heeft.
14. En ziet, ik ga heden in den weg der ganse aarde; en gij weet in
uw ganse hart en in uw ganse ziel, dat er niet een enig woord
gevallen is van al die goede woorden, welke de HEERE, uw
God, over u gesproken heeft; zij zijn u alle overkomen; er is van
dezelve niet een enig woord gevallen.
15. En het zal geschieden, gelijk als al die goede dingen over u
gekomen zijn, die de HEERE, uw God, tot u gesproken heeft,
alzo zal de HEERE over u komen laten al die kwade dingen,
totdat Hij u verdelge van dit goede land, hetwelk u de HEERE,
781
uw God gegeven heeft.
16. Wanneer gij het verbond des HEEREN, uws Gods, overtreedt,
dat Hij u geboden heeft, en gij heengaat en dient andere goden,
en u voor dezelve nederbuigt, zo zal de toorn des HEEREN over
u ontsteken, en gij zult haastiglijk omkomen van het goede land,
hetwelk Hij u gegeven heeft.


782
Jozua
Hoofdstuk 24
1. Daarna verzamelde Jozua al de stammen van Israel te Sichem,
en hij riep de oudsten van Israel, en deszelfs hoofden, en
deszelfs richters, en deszelfs ambtlieden; en zij stelden zich voor
het aangezicht van God.
2. Toen zeide Jozua tot het ganse volk: Alzo zegt de HEERE, de
God Israels: Over gene zijde der rivier hebben uw vaders van
ouds gewoond, [namelijk] Terah, de vader van Abraham, en de
vader van Nahor; en zij hebben andere goden gediend.
3. Toen nam Ik uw vader Abraham van gene zijde der rivier, en
deed hem wandelen door het ganse land Kanaan; Ik
vermeerderde ook zijn zaad en gaf hem Izak.
4. En aan Izak gaf Ik Jakob en Ezau; en Ik gaf aan Ezau het
gebergte Seir, om dat erfelijk te bezitten; maar Jakob en zijn
kinderen togen af in Egypte.
5. Toen zond Ik Mozes en Aaron, en Ik plaagde Egypte, gelijk als
You have read 1 text from Dutch literature.
Next - Statenvertaling - 2 - 05
  • Parts
  • Statenvertaling - 2 - 01
    Total number of words is 4418
    Total number of unique words is 802
    58.3 of words are in the 2000 most common words
    75.1 of words are in the 5000 most common words
    82.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 02
    Total number of words is 4559
    Total number of unique words is 787
    56.5 of words are in the 2000 most common words
    71.7 of words are in the 5000 most common words
    78.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 03
    Total number of words is 4395
    Total number of unique words is 806
    41.7 of words are in the 2000 most common words
    52.5 of words are in the 5000 most common words
    57.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 04
    Total number of words is 4378
    Total number of unique words is 808
    46.0 of words are in the 2000 most common words
    60.3 of words are in the 5000 most common words
    65.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 05
    Total number of words is 4503
    Total number of unique words is 910
    51.2 of words are in the 2000 most common words
    67.6 of words are in the 5000 most common words
    76.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 06
    Total number of words is 4519
    Total number of unique words is 936
    49.8 of words are in the 2000 most common words
    65.8 of words are in the 5000 most common words
    73.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 07
    Total number of words is 4551
    Total number of unique words is 820
    54.4 of words are in the 2000 most common words
    70.4 of words are in the 5000 most common words
    76.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 08
    Total number of words is 4580
    Total number of unique words is 847
    57.4 of words are in the 2000 most common words
    72.0 of words are in the 5000 most common words
    79.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 09
    Total number of words is 4521
    Total number of unique words is 877
    57.0 of words are in the 2000 most common words
    72.5 of words are in the 5000 most common words
    79.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 10
    Total number of words is 4527
    Total number of unique words is 900
    55.9 of words are in the 2000 most common words
    73.1 of words are in the 5000 most common words
    79.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 11
    Total number of words is 4590
    Total number of unique words is 866
    54.8 of words are in the 2000 most common words
    70.3 of words are in the 5000 most common words
    76.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 12
    Total number of words is 4586
    Total number of unique words is 877
    53.8 of words are in the 2000 most common words
    69.6 of words are in the 5000 most common words
    75.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 13
    Total number of words is 4601
    Total number of unique words is 784
    59.4 of words are in the 2000 most common words
    76.3 of words are in the 5000 most common words
    83.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 14
    Total number of words is 4605
    Total number of unique words is 809
    55.9 of words are in the 2000 most common words
    71.6 of words are in the 5000 most common words
    77.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 15
    Total number of words is 4538
    Total number of unique words is 877
    53.7 of words are in the 2000 most common words
    72.7 of words are in the 5000 most common words
    79.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 16
    Total number of words is 4474
    Total number of unique words is 876
    55.6 of words are in the 2000 most common words
    69.8 of words are in the 5000 most common words
    76.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 17
    Total number of words is 4639
    Total number of unique words is 871
    57.8 of words are in the 2000 most common words
    74.8 of words are in the 5000 most common words
    80.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 18
    Total number of words is 4679
    Total number of unique words is 859
    57.3 of words are in the 2000 most common words
    73.2 of words are in the 5000 most common words
    79.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 19
    Total number of words is 4485
    Total number of unique words is 1024
    49.3 of words are in the 2000 most common words
    64.6 of words are in the 5000 most common words
    71.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 20
    Total number of words is 4545
    Total number of unique words is 866
    54.2 of words are in the 2000 most common words
    69.6 of words are in the 5000 most common words
    76.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 21
    Total number of words is 4484
    Total number of unique words is 791
    55.1 of words are in the 2000 most common words
    70.9 of words are in the 5000 most common words
    78.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 22
    Total number of words is 4467
    Total number of unique words is 852
    56.6 of words are in the 2000 most common words
    72.4 of words are in the 5000 most common words
    78.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 23
    Total number of words is 4589
    Total number of unique words is 769
    59.7 of words are in the 2000 most common words
    72.6 of words are in the 5000 most common words
    79.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 24
    Total number of words is 4658
    Total number of unique words is 835
    58.9 of words are in the 2000 most common words
    73.3 of words are in the 5000 most common words
    80.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 25
    Total number of words is 4695
    Total number of unique words is 834
    58.8 of words are in the 2000 most common words
    74.5 of words are in the 5000 most common words
    81.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 26
    Total number of words is 4671
    Total number of unique words is 822
    59.4 of words are in the 2000 most common words
    73.7 of words are in the 5000 most common words
    80.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 27
    Total number of words is 4554
    Total number of unique words is 767
    55.2 of words are in the 2000 most common words
    70.9 of words are in the 5000 most common words
    78.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 28
    Total number of words is 4510
    Total number of unique words is 845
    55.2 of words are in the 2000 most common words
    71.3 of words are in the 5000 most common words
    78.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 29
    Total number of words is 4472
    Total number of unique words is 838
    53.5 of words are in the 2000 most common words
    69.2 of words are in the 5000 most common words
    76.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 30
    Total number of words is 4281
    Total number of unique words is 1088
    29.3 of words are in the 2000 most common words
    38.6 of words are in the 5000 most common words
    44.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 31
    Total number of words is 4308
    Total number of unique words is 934
    35.0 of words are in the 2000 most common words
    45.0 of words are in the 5000 most common words
    52.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 32
    Total number of words is 4376
    Total number of unique words is 1045
    45.9 of words are in the 2000 most common words
    59.7 of words are in the 5000 most common words
    67.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 33
    Total number of words is 4376
    Total number of unique words is 906
    48.0 of words are in the 2000 most common words
    63.2 of words are in the 5000 most common words
    71.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 34
    Total number of words is 4352
    Total number of unique words is 883
    46.5 of words are in the 2000 most common words
    60.9 of words are in the 5000 most common words
    68.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 35
    Total number of words is 4441
    Total number of unique words is 845
    53.0 of words are in the 2000 most common words
    69.3 of words are in the 5000 most common words
    75.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 36
    Total number of words is 4367
    Total number of unique words is 893
    51.8 of words are in the 2000 most common words
    68.5 of words are in the 5000 most common words
    76.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 37
    Total number of words is 4494
    Total number of unique words is 886
    53.1 of words are in the 2000 most common words
    70.2 of words are in the 5000 most common words
    77.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 38
    Total number of words is 4483
    Total number of unique words is 853
    50.2 of words are in the 2000 most common words
    66.8 of words are in the 5000 most common words
    74.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 39
    Total number of words is 4387
    Total number of unique words is 872
    51.6 of words are in the 2000 most common words
    67.9 of words are in the 5000 most common words
    76.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 40
    Total number of words is 4285
    Total number of unique words is 881
    46.6 of words are in the 2000 most common words
    60.8 of words are in the 5000 most common words
    67.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 41
    Total number of words is 4334
    Total number of unique words is 879
    49.4 of words are in the 2000 most common words
    64.6 of words are in the 5000 most common words
    73.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 42
    Total number of words is 4381
    Total number of unique words is 973
    50.4 of words are in the 2000 most common words
    64.1 of words are in the 5000 most common words
    69.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 43
    Total number of words is 4265
    Total number of unique words is 1012
    47.5 of words are in the 2000 most common words
    60.6 of words are in the 5000 most common words
    66.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 44
    Total number of words is 4313
    Total number of unique words is 953
    43.7 of words are in the 2000 most common words
    57.4 of words are in the 5000 most common words
    63.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Statenvertaling - 2 - 45
    Total number of words is 3955
    Total number of unique words is 718
    60.0 of words are in the 2000 most common words
    76.0 of words are in the 5000 most common words
    81.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.