Eline Vere: Een Haagsche roman - 21

Total number of words is 4710
Total number of unique words is 1187
50.0 of words are in the 2000 most common words
66.4 of words are in the 5000 most common words
74.7 of words are in the 8000 most common words
Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
hand te vatten en snikte, snikte....
Ook hij sprak niet en zag haar diep in de oogen.
En ten laatste bracht zij het met moeite uit, terwijl Henk als een
rechter naast haar bleef staan....
--Vergeef me, Otto, vergeef me, vergeef me....
Hij knikte haar langzaam en zacht toe, nog niet getroost door haar
berouw daar hij wist, dat het niet worden zou, als hij het zich had
voorgesteld, maar hij bukte zich, trok haar naar zich toe en kuste
haar voorhoofd.
--Vergeef me, toe Otto, vergeef me, o vergeef me.... Hij strengelde
zacht zijn arm om haar heen en drukte haar even aan zijn borst,
terwijl zij snikken bleef, en hij sloot de oogen om een paar tranen
tegen te houden, die hij niet kon bedwingen, en die tusschen zijn
geloken oogleden afdrupten. Want hij wist het; het was gedaan....

Na een half uurtje ging hij dien avond weg, een weinig somber, hoewel
Henk hem op den schouder klopte en hem joviaal vroeg nog te blijven,
nu alles weêr in orde was. Van Eline nam hij weemoedig glimlachend
afscheid. Eline vroeg daarna ook Betsy vergiffenis, in tegenwoordigheid
van Henk. Betsy knikte haar toe met een knikje, dat het goed was en
zweeg. Maar in haar oogen flikkerde bijna een blik van haat, terwijl
zij Eline nastaarde, die verpletterd wegging. Toch, toen Henk haar
daarna vertelde, hoe hij Eline gedwongen had tot Erlevoort te gaan,
zagen die zelfde oogen Henk bijna bewonderend aan.... nooit had zij
gedacht dat haar man sterker dan Eline zou blijken, als Eline zich
tot een strijd had opgewonden.

VI.
Er waren een paar weken voorbij gegaan en schijnbaar was alles als
vroeger geweest. Vincent was dikwijls gaan toeren met Betsy en Eline en
voelde zich betrekkelijk gezond. Betsy zelve had echter Eline's woorden
niet vergeten en zij voedde een stillen wrok tegen hare zuster. Zoo
ging het... als je te lief was, zou je op het laatst niets meer te
zeggen hebben in je eigen huis, een ziekelijke, akelige neef, terwille
van wien de grootste onaangenaamheden oprezen en een zuster, die je
in huis hadt opgenomen en die langzamerhand ongenietbaar werd! Zij
werden met hun beiden de eigenlijke meesters, zij verstoorden de rust
en de gezelligheid in haar, vroeger zoo prettig, interieur, maar--zij
beloofde het zich!--het zou niet lang duren! Als Eline getrouwd was,
ging zij, Betsy, met Henk en Ben op reis en Vincent de deur uit,
om er nooit meer in te komen! Ze zou wel eens willen zien, dat hij
er nog eens inkwam: al lag hij stervende voor haar deur, ze zou hem
laten liggen, ja, daarin zou ze Eline gelijk geven!
Eline zelve gevoelde zulk diep berouw om haren uitval tegen Otto,
dat zij al haar bekoring verzamelde om alles te doen vergeten. En
omdat Otto gaarne wilde vergeten en gaarne nog wilde hopen, slaagde
zij een weinig. Maar er was iets gescheurd, dat gescheurd bleef. Want
Otto zag het in: ieder kon wel eens driftig zijn en in die drift
woorden zeggen, die men daarna ongezegd wenschte, en Eline's woorden
schenen hem, nu hun eerste krenking geheeld was, zelfs niet meer zoo
vreeselijk toe, alleen... hij drong verder in hun diepere bekentenis,
en toen vond hij, dat als Eline hem lief had gehad, zooals hij dacht
dat zij deed,--een weinig uit egoïsme: niet zoozeer om hem als wel
om haarzelve en omdat zij geluk en rust in hem vond,--zij nooit
zulke woorden had gesproken. Zij had dan wel driftig kunnen zijn, om
Vincent of om wien ook, maar zij had haar drift anders geuit. Hij zag
het in: zij had hem niet lief om zichzelve, want zijn kalmte stilde
haar niet meer, ergerde haar integendeel; zij had hem ook niet lief
om hemzelven, dat nooit; zij dwong zich nog lief tegen hem te zijn,
uit medelijden! Al zijn fierheid richtte zich gegriefd op, toen hij
dit doorzag en een oogenblik dacht hij er aan haar heur medelijden in
het gezicht te werpen, zooals zij hem zijn kalmte in het gezicht had
geworpen, maar hij kon niet, hij had er haar te lief voor, en hij kon
zichzelven dien slag niet toebrengen. Hij bukte zich dus onder haar
medelijden als onder een laatste weldaad, die hem nog iets deed hopen,
die hem nog een restje van zijn vroeger geluk gunde, en... toch wist
hij, dat het gedaan was.
Dat het gedaan was, hij zag het in de zachte koudheid, waarmede
zij hem ontving, nadat zij met haar bekoring er in geslaagd was
hem een weinig de krenking te doen vergeten; hij zag het in de kille
onverschilligheid, waarmede zij zijn lippen haar voorhoofd liet kussen;
hij zag het in de haast, waarmede zij zich terugtrok als hij haar
omhelsde; hij zag het in haar melancholiek zwijgen, in alles. En hij
zag voor het eerst, hoe vol haar blik op Vincent rustte, en hoe zij,
al was hij nu genezen, nog tal van oplettendheden voor hem had. Hij
wilde daar niet verder in doordringen; dàt kon niet zijn....
Zijzelve gevoelde zich diep ongelukkig, want zij wist, dat zij zich
niet dwingen kon Otto te blijven liefhebben, en zij stierf bijna van
smart onder het verwijt van zijn weemoedigen blik. Zij wist, dat zij
overwonnen was. En op een middag bleef zij boven en liet zij door Mina
weten, dat zij ziek was en niet beneden kwam. Hij vroeg of hij op
heure kamer mocht komen zien, maar zij liet antwoorden, dat zij moê
was en behoefte had aan rust... En er teekende zich al duidelijker
en duidelijker een voornemen in haar geest af: zij moest het doen,
zij was het zijn geluk en het hare verplicht. Ook den volgenden dag
ontving zij hem niet; hoewel Henk er zeer bij haar op aandrong,
schudde zij slechts langzaam heur hoofd: zij kon het niet doen,
zij was ziek. Reijer? Dien had ze niet noodig.
En zij bleef boven, terwijl hij beneden at met Betsy, Vincent en Henk
en vroeg wegging.

VII.
Dien avond bleef zij lang op haar divan liggen, starende in het
donker. Ook Vincent wilde zij niet ontvangen en eindelijk stak
zijzelve het gas aan, deed de gordijnen dicht en zette zich aan haar
schrijftafeltje. Het moest.
Kalm begon zij te schrijven, telkens ophoudende en ieder woord
overlezende:

"Mijn beste Otto:
"Ik bid je, vergeef mij, maar het kan niet anders. Stel
jezelven de vraag of ik je gelukkig kan maken en of ik je
niet het leven tot een last zou doen zijn. Ik heb gedacht,
dat ik je gelukkig zou kunnen maken, en die gedachte, zal
ik me steeds herinneren, want zij is mijn grootste geluk
geweest. Maar nu..."

De tranen waren haar in de oogen geweld onder het neêrschrijven dier
woorden en op eens barstte zij in snikken uit en zij verscheurde het
papier. Zij was niet in staat hem zulk een leed te doen. O God, zij
kon niet! Maar wat dan? Die pijnigende verhouding laten voortduren,
tot de eene of andere catastrofe toch een scheiding veroorzaakte? Neen,
neen, dan was het nog beter in vriendschap elkander te verlaten met
een laatst weemoedig vaarwel! Maar zij had hem reeds zooveel verdriet
gedaan, zonder het te willen; zij verlangde hem voortaan zoo min
mogelijk verdriet te doen, en nu... O, dat zij toch zoo geslingerd
werd in zulk een strijd, alleen en verlaten, zonder iemand tot steun,
en zonder eigenlijk te weten wat zij wilde en wat haar plicht was! Zij
was er te zwak voor, voor zulk een strijd!
Maar zij nam toch een nieuw vel papier en schreef opnieuw:

"Mijn beste Otto!"

Eenige regels volgden daarop vlot, bijna gelijk aan het eerste begin,
dat zij verscheurd had. Maar hoe het hem verder te zeggen, hoe... Toch
vloog op eens haar pen over het papier, woest, met bijna onleesbare
letters, en in een hartstochtelijke, overspannen stijl...

"Ik verzeker het je, dat mijn hart breekt, nu ik je zoo
schrijf... nu ik je vragen moet... of het niet beter... was,
dat wij elkander niet meer vleien met de hoop... dat wij in
elkander ons geluk zouden vinden. Het is zoo wreed die vraag te
doen, omdat er zoo een heerlijke tijd is geweest, waarin we..."
Zij bleef doorschrijven, verloren in de wreede herinnering dier dagen,
terwijl een groote, sidderende snik haar borst telkens ophief als met
een marteling, en een, steeds toenemende hoofdpijn, zwaar als lood,
met tal van hamers in haar slapen klopte en heure hersenen in een
ijzeren band scheen samen te schroeven.

"Een heerlijke tijd is geweest, waarin we... zooveel van
elkander hielden... Ik verzeker je, dat ik onder dezen brief
lijd... als ik niet wist, dat een mensch lijden kon, maar ik
geloof, dat het mijn plicht is, en dat, zoo ik nu niet schreef,
ik je ongelukkig zou maken.
"Wij moeten elkaâr vergeten, wij moeten nooit meer aan
elkaar denken... Zoo zal het beter zijn, voor ons beiden,
vooral voor jou. O, wanneer ik nog hoop koesterde, dat ik
mij verbeteren kon en dat ik je nog waardig kon worden,
dan zou ik dit papier verscheuren, maar al mijn hoop is weg.
"Ik geloof wel, dat ik jou, mijn beste Otto, ook onder dezen
brief doe lijden, maar vergeef me die laatste smart, die
ik je aanbreng en vergeet me. Je bent zoo goed en zoo lief;
je vindt zeker later, als je me vergeten hebt, een meisje..."

Zij liet haar pen vallen en wierp zich, verbrijzeld van ziel, met
haar hoofd op de tafel, in haar doorweekten zakdoek, terwijl de
afmartelende, sidderende snik nu haar geheele lichaam doortrilde,
en de hamers klopten in hare slapen, tusschen hare oogen en in heur
nek. Zij schudde dat bonzend hoofd van links naar rechts, van rechts
naar links, maar de pijn vermeerderde met duizend kleine speldeprikken,
en zij richtte zich weêr op, en schreef verder, terwijl zij met haar
gebalde vuist op heur hoofd klopte. Zij kon geen afscheid nemen van
haar brief, die haar Otto zou doen verliezen, en zij schreef door,
telkens in herhalingen vervallende en telkens hem verzekerend,
dat zij zoo gelukkig met hem geweest was, dat zij leed nu zij hem
verloor, en dat het haar plicht was te schrijven. Dat denkbeeld van
plicht maakte zich, als iets romantisch, geheel van haar meester,
en zij schreef het telkens neêr: plicht, plicht... Maar ook dacht
zij dat, zoolang ze schreef, ze hem nog niet verloren had en er nog
iets tusschen hen was dat hen bond... Zoodra zij haar naam gezet zou
hebben, was het gedaan, voor altijd... En zij draalde dien naam te
zetten en herhaalde telkens hare arme zinnen:

"Dan vindt je iemand, die je waard is en belangeloos van je
houden zal, daar ben ik zeker van. Dan ben je gelukkig en
dan heb je mij vergeten... Maar o, vergeet me dan niet geheel
en al; vergeet dan alleen je liefde voor me, en denk dan nog
eens om me...

Hare geheele ziel golfde op in die laatste smeekklacht...

"Denk dan nog eens om me, zonder wrok en haat, en heb dan
nog wat medelijden met je arme Nily, die..."

--Ik kan niet, ik kan niet! gilde zij opeens, en vatte het papier,
nat van tranen, en bijna onleesbaar, op, om het te verscheuren, maar
zij zuchtte slechts diep... en zij eindigde snel en kort... Daarna
wischte zij haar gelaat af en schreef den brief over, een weinig
kalmer, nu zij niet meer te denken had, wat zij zou zeggen...
Toen een postzegel op eene enveloppe en het adres:

Den Hoog Welgeboren Heer
den Heere O. Baron Van Erlevoort ter Horze,
Lange Voorhout. Den Haag.

Daarop las zij den brief over. Hare smart verlevendigde zich dadelijk
bij de lezing dier wreede woorden, en nu zij slechts den brief had in
te sluiten, aarzelde zij nog ... Wilde zij dan haar Otto verliezen,
of... of wilde zij het eigenlijk niet? Neen, neen, zij wilde het niet,
maar zij moest het; het was haar plicht, haar plicht... En zij drukte
een langen kus op het papier, en sloot de enveloppe.
O, God, waarom moest zij leven, als er zulke smarten bestonden?
Zij stond op en staande tuurde zij naar den brief, als verwachtte zij,
dat die plotseling zichzelven zou vernietigen, zou verdwijnen. Maar
de brief bleef onbewogen en vierkant liggen, met het koele adres:
Den Hoog Welgeboren Heer... dat alleen nog zichtbaar was.
Eline zag even in den spiegel. Het was haar, of ze zichzelve niet
herkende, zulk een bleek, overtraand, bijna vermagerd gelaat staarde
haar toe, als een geest, met verwarde haren. Daarna belde zij tweemaal
en wachtte even, steeds turende naar den brief.
Er werd geklopt: Gerard trad binnen.
--Gerard, hoe laat is het?
Zij schrikte van haar klanklooze, schorre stem.
--Bij twaalven, juffrouw.
--Is meneer nog op?
--Meneer is in zijn kantoor; mevrouw is al naar bed en meneer
Vincent ook.
--Kan je even een brief voor me in de bus doen?
--Goed juffrouw.
--Nu dadelijk?
--Zeker juffrouw.
--Hier dan, maar dadelijk, wil je? Wanneer wordt de eerste bus gelicht,
morgenochtend?
--Ik geloof om acht uur, juffrouw.
--O... hier... maar dadelijk, wil je?
--Subiet, juffrouw.
Gerard ging, met den brief, en Eline bleef staan, bijna wezenloos. Zij
hoorde Gerard de trap afgaan, zij hoorde hem de zware voordeur achter
zich dichttrekken. Verder bleef het groote huis stil.
En een kille schrik vloeide als een ijskoud water Eline over de huid.
Gerard was nu op straat, nu bij dàt huis, nu bij dàt huis, nu naderde
hij de bus bij de Nassaulaan. En het was of zij den brief dof er
in hoorde vallen, een slag als van een doodkist, die neêrviel. Zij
was op het punt in onmacht te zinken, want het scheen in hare, door
hoofdpijn toegeschroefde, hersenen, dat tastbare verschrikkingen
als spoken haar omsingelden. En op eens, als ontwaakte zij uit een
nachtmerrie, besefte zij wat zij gedaan had, eene onherroepelijke
daad! Zij voelde nu haar geheele lichaam als in koorts sidderen en
hare vingers, hare lippen trilden. Morgen, morgen in den ochtend,
zou Otto den brief krijgen, dien brief...
O, God, het mocht niet, het kon niet zijn! Het was haar geluk, dat
zij met de beide handen van zich geslingerd had, omdat de rust van
dat geluk haar verveeld had! Het was haar geluk, dat zij nooit meer
herwinnen kon!
Het scheen haar, of het plafond op haar neêrzakte, of zij niet ademen
kon. En zij stortte wankelend naar de deur, haar kamer uit, het breede
portaal over, de slaapkamer van Betsy in.
--Mijn God... mijn God... Betsy...! Betsy! schreeuwde zij benauwd uit,
alsof een vuist haar worgde.
Betsy lag in bed, in de, slechts door een nachtlampje verlichte,
kamer en zij ontwaakte met een doodelijken schrik. Een verwarde
gedachte aan iets ontzettends, aan brand, aan moord rees bij haar op.
--Wie! Wat! Wat is dat? Wat is er, Eline?
--Ik.... o, God.... ach....
--Wat is er dan? Wat is er dan toch, Eline?
--Ik heb Otto.... ik.... heb Otto....
--Wat?
--Een brief.... gezonden....
--Een brief?
--Ik heb.... ik heb hem afgeschreven... ik heb het afgemaakt.... o God,
o God!
Betsy was uit het bed gesprongen en zij stond rillend voor Eline,
die op den vloer was gezegen en zich snikkend het gelaat, omwarreld
door het losgewoelde, kronkelende haar, bedekte.
--Wat zeg je? vroeg zij verpletterd.
Eline sprak niet meer en snikte slechts. De deur van Henks kantoortje
en van Bens kamer stonden beiden open, en Henk, die had zitten lezen,
kwam haastig aan.
--Wat is er? vroeg hij ongerust.
--Sluit Bens deur, Henk. Hij zal wakker worden! sprak Betsy bevend.
Henk sloot de deur.
--Eline heeft Otto geschreven, ze heeft het afgemaakt! vervolgde Betsy,
nog ontzet van verrassing.
Ook Henk bleef verpletterd staan, zonder te spreken, zonder Eline op
te beuren. Maar zij richtte heur afgemarteld hoofd op en, hare handen
wringend, ijlde zij bijna van smart:
--Ja, God, ik heb het gedaan... ik heb het nu eenmaal gedaan... Een
lange brief... En o, het is vreeselijk... het is vreeselijk, het is
vreeselijk, dat ik het gedaan heb... maar ik weet niet meer, wat ik
doe, ik weet niet meer, wat ik wil, ik weet niet meer of ik van hem
hoû, of dat ik niet van hem hoû, of dat ik van een ander hoû... ik weet
niets meer... En alles klopt hier en klopt hier in mijn hoofd!... Toen
heb ik het geschreven, omdat ik dacht, dat het mijn plicht was... Ik
zou hem ongelukkig gemaakt hebben... Maar het is wel vreeselijk, dat
ik het gedaan heb... Misschien had ik het niet moeten doen, misschien
had ik toch wel van hem kunnen houden... O God, ik wou, dat het nu maar
uit was, dat ik dood was, want ik kan niet meer, ik kan niet meer...
Dof en klankloos vielen de zinnen haar van de lippen, terwijl zij,
op den grond zittende, neêrzonk, hare handen wrong en heur hoofd
langzaam heen en weêr wreef over het tapijt.
Betsy zag Henk aan; wat zou zij doen? De geheime wrok, dien zij voor
hare zuster gevoelde, smolt voor het oogenblik weg in een groot
medelijden bij het aanschouwen van Eline's smart. En nu zij haar
man steeds wezenloos op Eline zag staren, werd zij geërgerd, dat hij
niets beters wist te doen. Zij stak het gas aan, en wierp zich een
peignoir om... en zij ontzette van Eline's veranderd gelaat, nu zij
stil en radeloos voor zich uit tuurde met hare roodgeschreide oogen,
de handen gevouwen op de knie....
--O, Elly!... Elly!... Hoe heb je het kunnen doen! sprak Henk dof en
hij dacht aan Otto.
Eline antwoordde niet en bewoog alleen het hoofd.
--O, mijn hersens barsten! murmelde zij flauw.
--Heb je pijn? vroeg Betsy.
--O.... kreunde Eline.
Betsy doopte een zakdoek in water en bette Eline's gelaat, hare slapen
en haar voorhoofd, waarvan zij het verwarde haar wegstreek.
Henk was eveneens gaan zitten. En hij wist niet wat hij zou doen,
wat hij zou zeggen; hij zag alleen Otto voor zich...
--Hoe heeft ze het kunnen doen? Hoe heeft ze het kunnen doen? dacht
hij slechts.
--Is het zoo beter? vroeg Betsy zacht.
Eline lachte schamper en minachtend.
--Beter... neen... maar het is toch wel koel... dat water...
--Wil je iets drinken?
--Dank je...
Zij snikte niet meer, maar steeds bleven de tranen vloeien. En
langzaam, wezenloos kijkend, sprak zij bijna onhoorbaar:
--O, niet te weten wat je doen zal... niet te weten wat je wil... en
dan zonder het te willen zoo iets doen ... Mijn arme man! en dan die
pijn.... o God... het is of ik gek word...
Betsy richtte op eens levendig het hoofd omhoog.
--Wil Henk morgen vroeg naar het Voorhout gaan en den brief
terugvragen, voordat hij hem gekregen heeft... bijvoorbeeld aan Willem
of de meid... zonder dat Otto er iets van merkt... zeg, Eline?
Eline zag haar dof aan.
--Ik weet het niet... ik weet het niet! murmelde zij, haar hoofd
schuddend.
--Toe, bedenk je nu!... drong Batsy aan.
--Ach neen, laat maar... het moet zoo! Het kan niet anders: het kan
nooit meer worden zooals het was...
Het was of Betsy en Henk dit begrepen; zij drongen niet verder en
Henk zuchtte.
--Laat me je dan uitkleeden en ga dan wat liggen op bed... wil ik
van nacht bij je blijven?
--Gaarne ... ach neen, het hoeft niet...
--Kom dan meê naar je kamer...
Zij voerde Eline als een kind mede en zij kleedde haar als een kind
uit, terwijl Eline's armen slap bleven hangen.
--O, mijn hoofd! kreunde Eline en zij viel in de kussens van haar
ledikant neêr. Betsy ontkleedde haar verder en zij dekte haar toe en
bette haar gelaat opnieuw met een natten doek.
--Toe, probeer nu wat te slapen... Er is voor het oogenblik niets aan
te doen... misschien komt later alles nog in orde. Henk kan altijd
nog gaan, morgenochtend...
Eline schudde het hoofd.
--Wil ik bij je blijven zitten?
Eline antwoordde niet en staarde met haar doffen blik. Betsy schoof
een der roode gordijnen toe en zette zich.
Zij spraken geen van beiden meer, en Betsy hoorde Eline slechts
zachtjes kreunen, achter het gordijn. Het witte nachtlampje gloeide
als een ster op de tafel en er glansden licht-weêrschitteringen in
het paneel van een kast, in den spiegel van de psyché, over de flacons
en coupes van het mousseline toilette-duchesse, terwijl overal groote
schaduwen roerloos lagen als donkere schimmen. Betsy huiverde in haar
peignoir; zij wilde denken, maar zij vermocht het niet te doen, want
telkens doemde het feit in haar op, dat Eline Otto geschreven had... De
tijd kroop langzaam voorbij, en Betsy hoorde het één uur, hoorde
het halftwee slaan in de keuken, onder Eline's slaapkamer... Toen
stierf het gekreun achter het roode gordijn weg ... Betsy stond op,
en zag er even achter; het scheen dat Eline sliep, zij lag roerloos
met gesloten oogen... Langzaam en voorzichtig verliet Betsy de kamer.
In haar eigen kamer zat Henk steeds, met het hoofd in de handen. Zij
gingen geen van beiden naar bed, en zij bleven fluisteren met elkaâr
en luisterden nu en dan aandachtig, of er zich iets in Eline's kamer
bewoog. Zij vreesden beiden voor iets, waarover zij niet spraken en
dat zich slechts in hunne gedachte afteekende als een vage angst...
--Cht! riep Betsy opeens, want Henk fluisterde nog en zij hoorde
iets. Beiden luisterden. In Eline's kamer klonk een hevig gesnik,
als van een ziel in wanhoop, hartstochtelijk en luid... Een kille
huivering overviel Betsy.
--Ik ben zoo bang...! stamelde zij met bevende stem.
Henk verliet zoo zacht mogelijk het vertrek en sloop het donkere
portaal over. De meiden, de knechts waren naar bed, het geheele huis
was donker. In Eline's zitkamer echter brandde het gas, waaraan zij
niet meer gedacht had. Henk zette zich er neêr en hij hoorde Eline
in de aangrenzende kamer... Zij snikte, snikte, zooals hij nooit
had hooren snikken, schor, krijschend, woest, als in een radelooze
smart; iedere snik moest haar pijnigen als een marteling en iedere
snik dreunde in zijn hoofd weêr; bij iederen snik wachtte hij op
de volgende.
Ten laatste verminderde het gesnik tot een zacht gesteun; toen hield
het op. Alles was stil. En de haren rezen Henk te berge... Een
doodelijke angst overviel hem in de tragische stilte, die nu het
groote huis doorgonsde... Hij stond op, hij was niet meer meester
van zichzelven, hij moest zekerheid hebben, hij moest zien... Toch
aarzelde hij een oogenblik Eline's slaapkamer binnen te gaan, maar
ook slechts een oogenblik; hij draaide de deur open en trad binnen.
Op het verwarde bed, in den rooden weêrschijn der gordijnen, lag
Eline in een verwrongen houding, omwoeld door heur haren en heur
verkreukeld nachtkleed. De dekens had zij van zich geworpen... En ook
nu scheen zij te slapen: zij lag ook niet roerloos, maar bewoog haar
hoofd, heur handen en een brekende ademhaling doorschokte, als met
electrischen schok, haar lichaam. Onder haar dichte oogen groefden
zich twee diepe, donkere kringen... Hij zag op haar neer en zijn mond
trilde van aandoening, bij het zien van dien smartelijken slaap. Zacht
spreidde hij de dekens over haar uit en hij voelde, dat zij kilkoud
was. Nog even bleef hij staren op dat in tranen verwelkte gelaat,
toen ging hij door het boudoir, waar hij het gas uitdraaide...
En die zelfde tragische stilte vervulde daarna geheel en al het
donkere huis, in dien nacht van smart en angst.


Hoofdstuk XXIII.

I.
Otto was reeds uit, toen Willem, de knecht, den brief des ochtends in
de eetkamer binnenbracht. Alleen mevrouw Van Erlevoort en Frédérique
bevonden er zich. Mathilde was met de kinderen een wandeling gaan
doen en Etienne lag nog te bed.
--Wat is dat? vroeg mevrouw.
Frédérique nam den brief aan.
--Het is voor Otto, mama... leg hem maar op de schaal,
Willem... of... geef eens hier.
Zij nam den brief terug.
--Ik geloof, dat het de hand van Eline is... zoo een dikke brief... hoe
curieus!
--Van Eline? vroeg mevrouw.
--Ik geloof zoo.
Zij gaf den brief terug aan Willem, die hem op een Japansche schotel op
het buffet legde en wegging. Moeder en dochter zagen elkaâr even aan,
maar zij zwegen. Eene onbestemde vrees, welke zij beiden in elkander
rieden, doemde in haar op, terwijl die brief, in hare nabijheid,
de geheime aankondiging van een naderend onheil scheen. Toch zwegen
zij en bleven zij bezig, mevrouw aan haar uitgavenboek, Frédérique
aan een groot handwerk van zware, kleurige wol.
Er ging eenige tijd voorbij en het sloeg tien uur. Rika, de meid,
ruimde de ontbijttafel een weinig op en liet een couvert staan voor
Etienne, toen er gebeld werd. Mevrouw lette niet op die éene bel
tusschen de telkens herhaalde bellen der leveranciers, maar Frédérique
scheen het, dat de klepel doffer klonk dan gewoonlijk en zij schrikte.
Willem kwam binnen.
--Mevrouw, daar is mijnheer Van Raat, die vraagt, of hij u even
spreken mag.
--Meneer Paul! vroeg Frédérique snel.
--Vraag excuus, freule, meneer Van Raat van het Nassauplein.
--Laat meneer binnenkomen! sprak mevrouw.
Zij ook was geschrikt, de steeds kalme grijze vrouw. Zij, evenals
haar dochters, had bespeurd, hoe Otto in den laatsten tijd somber en
teruggetrokken was, hoe Eline hun huis was ontweken.
--O mama! kon Frédérique zich niet weêrhouden angstig uit te roepen.
Henk kwam. En uit zijn dralenden groet, uit zijn verslagen gelaat,
dat zich niet beheerschen kon, rieden zij reeds veel. Mevrouw wees
Henk een stoel, en zag angstig naar hem op.
--Van Raat! Wat is er, waarover.... waarvoor? stotterde zij gejaagd.
--Ik dacht goed te doen, mevrouw, eens even aan te komen. Eline heeft
Otto geschreven.
--Ja.
--Weet u het? Heeft hij den brief al gelezen?
--Den brief? Neen.... Willem bracht hem zooeven....
Mijn God, Van Raat, het is toch niet, dat Eline Otto....?
Henk keerde zijn gelaat af, zoekende naar zijn woorden. De inleiding,
die hij onderweg verzonnen had, vergat hij geheel en al bij de angstige
blikken van mevrouw en Frédérique. En toen de laatste hem smeekend
drong dat hij toch zou spreken, maakte hij een wanhopig gebaar en
riep uit:
--Ach ja, het is zoo, ze wil hem zijn woord teruggeven, ze heeft hem
een langen brief geschreven. Het spijt me zoo, u weet niet, hoe het
me spijt.
Mevrouw was sprakeloos, met trillende handen op haar stoel gezonken
en Frédérique werd doodsbleek.
--En zelve is zij er zoo naar onder... zoo kapot... ze heeft vannacht
niet geslapen, telkens hoorden wij haar huilen.
Met zijn moeilijk uitgebrachte, afgebroken zinnen, verhaalde hij van
dien nacht van smart en angst. Hij was nu gekomen, niet om den brief
heimelijk terug te halen, vóór Otto dien gelezen zou hebben,--het
kon toch niet weêr worden, zooals het eens geweest was, had Eline
gezegd,--maar hij kwam uit een onberedeneerden drang om te troosten
en mede te lijden waar geleden zou worden. Dat hijzelve echter dat
leed moest aankondigen, viel hem zwaar, en zijn gedachten weigerden
bijna zich in woorden te uiten.
Mevrouw Van Erlevoort was verpletterd. Zij hoorde niet meer naar
Henks moeilijke zinnen, zij dacht slechts aan de groote smart, welke
Otto wachtte. Zij poogde zich haar zoon voor te stellen onder dien
slag en het scheen haar, dat zij zijn gelaat vergeten was, dat het
geheel anders moest zijn, dan zij zich verbeeldde. Frédérique's oogen
stonden vol tranen, alles woelde in haar om, en een groote haat voor
Eline sloeg als eene vlam uit smeulende asch in haar hart omhoog.
O, op dat oogenblik had zij Eline kunnen vermoorden, kunnen
vermoorden! Met die donkere oogen, weenend in dat strakke, door haat
en stille woede overtogen gelaat, staarde zij op haar moeder, die,
nu gebroken, de handen voor het gelaat, zachtjes snikte. Henk zweeg
ten laatste en bleef droef voor zich turen.
Kinderstemmen weêrklonken in de vestibule, de deur werd geopend
en Tina, Johan, Lientje en Nico kwamen naar binnen, vroolijk en
springende, gevolgd door Mathilde. Henk stond op. Mathilde zag
aanstonds, dat er iets was voorgevallen; zij zag haar moeder weenen,
zij zag Frédérique's machteloozen toorn, zij zag de verlegenheid
van Henk.
--Breng.... de kinderen...! snikte mevrouw en zij stootte Nico van
zich af.
Mathilde wenkte ze aanstonds te zamen aan de geopende deur.
--Ga naar boven, naar juffrouw Frantzen, en stil zijn! fluisterde
You have read 1 text from Dutch literature.
Next - Eline Vere: Een Haagsche roman - 22
  • Parts
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 01
    Total number of words is 4467
    Total number of unique words is 1537
    41.3 of words are in the 2000 most common words
    54.8 of words are in the 5000 most common words
    63.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 02
    Total number of words is 4423
    Total number of unique words is 1679
    37.3 of words are in the 2000 most common words
    54.1 of words are in the 5000 most common words
    61.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 03
    Total number of words is 4663
    Total number of unique words is 1510
    43.6 of words are in the 2000 most common words
    58.6 of words are in the 5000 most common words
    66.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 04
    Total number of words is 4619
    Total number of unique words is 1542
    42.6 of words are in the 2000 most common words
    57.3 of words are in the 5000 most common words
    64.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 05
    Total number of words is 4626
    Total number of unique words is 1444
    43.1 of words are in the 2000 most common words
    56.7 of words are in the 5000 most common words
    63.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 06
    Total number of words is 4577
    Total number of unique words is 1500
    43.1 of words are in the 2000 most common words
    56.5 of words are in the 5000 most common words
    65.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 07
    Total number of words is 4580
    Total number of unique words is 1459
    44.2 of words are in the 2000 most common words
    59.1 of words are in the 5000 most common words
    66.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 08
    Total number of words is 4622
    Total number of unique words is 1490
    46.0 of words are in the 2000 most common words
    62.0 of words are in the 5000 most common words
    69.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 09
    Total number of words is 4684
    Total number of unique words is 1356
    47.7 of words are in the 2000 most common words
    63.4 of words are in the 5000 most common words
    70.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 10
    Total number of words is 4593
    Total number of unique words is 1482
    43.7 of words are in the 2000 most common words
    61.5 of words are in the 5000 most common words
    69.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 11
    Total number of words is 4594
    Total number of unique words is 1421
    45.5 of words are in the 2000 most common words
    60.9 of words are in the 5000 most common words
    68.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 12
    Total number of words is 4634
    Total number of unique words is 1495
    42.9 of words are in the 2000 most common words
    57.9 of words are in the 5000 most common words
    66.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 13
    Total number of words is 4644
    Total number of unique words is 1401
    47.7 of words are in the 2000 most common words
    62.9 of words are in the 5000 most common words
    70.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 14
    Total number of words is 4583
    Total number of unique words is 1453
    46.5 of words are in the 2000 most common words
    60.8 of words are in the 5000 most common words
    67.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 15
    Total number of words is 4738
    Total number of unique words is 1431
    46.1 of words are in the 2000 most common words
    61.2 of words are in the 5000 most common words
    68.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 16
    Total number of words is 4626
    Total number of unique words is 1457
    43.8 of words are in the 2000 most common words
    56.9 of words are in the 5000 most common words
    65.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 17
    Total number of words is 4723
    Total number of unique words is 1461
    44.8 of words are in the 2000 most common words
    58.9 of words are in the 5000 most common words
    66.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 18
    Total number of words is 4681
    Total number of unique words is 1444
    44.8 of words are in the 2000 most common words
    60.4 of words are in the 5000 most common words
    69.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 19
    Total number of words is 4781
    Total number of unique words is 1304
    47.4 of words are in the 2000 most common words
    63.3 of words are in the 5000 most common words
    71.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 20
    Total number of words is 4740
    Total number of unique words is 1320
    45.5 of words are in the 2000 most common words
    61.9 of words are in the 5000 most common words
    69.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 21
    Total number of words is 4710
    Total number of unique words is 1187
    50.0 of words are in the 2000 most common words
    66.4 of words are in the 5000 most common words
    74.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 22
    Total number of words is 4806
    Total number of unique words is 1277
    50.4 of words are in the 2000 most common words
    66.1 of words are in the 5000 most common words
    73.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 23
    Total number of words is 4785
    Total number of unique words is 1358
    46.1 of words are in the 2000 most common words
    61.1 of words are in the 5000 most common words
    68.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 24
    Total number of words is 4796
    Total number of unique words is 1357
    48.4 of words are in the 2000 most common words
    63.6 of words are in the 5000 most common words
    72.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 25
    Total number of words is 4766
    Total number of unique words is 1370
    48.4 of words are in the 2000 most common words
    62.4 of words are in the 5000 most common words
    69.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 26
    Total number of words is 4765
    Total number of unique words is 1371
    45.3 of words are in the 2000 most common words
    59.8 of words are in the 5000 most common words
    67.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 27
    Total number of words is 4786
    Total number of unique words is 1386
    46.0 of words are in the 2000 most common words
    62.8 of words are in the 5000 most common words
    69.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 28
    Total number of words is 4700
    Total number of unique words is 1411
    47.0 of words are in the 2000 most common words
    61.3 of words are in the 5000 most common words
    69.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 29
    Total number of words is 4683
    Total number of unique words is 1493
    45.0 of words are in the 2000 most common words
    61.8 of words are in the 5000 most common words
    70.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 30
    Total number of words is 4687
    Total number of unique words is 1397
    48.3 of words are in the 2000 most common words
    62.2 of words are in the 5000 most common words
    68.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 31
    Total number of words is 4803
    Total number of unique words is 1373
    46.2 of words are in the 2000 most common words
    62.9 of words are in the 5000 most common words
    70.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 32
    Total number of words is 4722
    Total number of unique words is 1327
    48.2 of words are in the 2000 most common words
    65.2 of words are in the 5000 most common words
    72.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 33
    Total number of words is 4750
    Total number of unique words is 1389
    45.7 of words are in the 2000 most common words
    61.1 of words are in the 5000 most common words
    68.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 34
    Total number of words is 4789
    Total number of unique words is 1319
    47.6 of words are in the 2000 most common words
    62.7 of words are in the 5000 most common words
    71.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 35
    Total number of words is 4947
    Total number of unique words is 1110
    52.0 of words are in the 2000 most common words
    65.2 of words are in the 5000 most common words
    72.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 36
    Total number of words is 4801
    Total number of unique words is 1253
    51.7 of words are in the 2000 most common words
    68.0 of words are in the 5000 most common words
    75.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 37
    Total number of words is 4701
    Total number of unique words is 1122
    54.0 of words are in the 2000 most common words
    68.4 of words are in the 5000 most common words
    75.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 38
    Total number of words is 4738
    Total number of unique words is 1409
    46.5 of words are in the 2000 most common words
    61.6 of words are in the 5000 most common words
    70.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • Eline Vere: Een Haagsche roman - 39
    Total number of words is 4248
    Total number of unique words is 1310
    48.3 of words are in the 2000 most common words
    63.9 of words are in the 5000 most common words
    71.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.