De Kerels van Vlaanderen - 18

Total number of words is 4502
Total number of unique words is 1311
52.0 of words are in the 2000 most common words
68.5 of words are in the 5000 most common words
77.5 of words are in the 8000 most common words
Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
Trouwe, verkleefde dienaars zullen waken over uwe rust. Gebeurde er iets
in de stad of in het land, dat u om meerderen steun of om eene veiligere
schuilplaats deed wenschen, gaat naar den burg. In den Steen van mijnen
oom Hacket zijn kamers voor u en voor uwe dienstmeiden in gereedheid
gebracht. De proost van St-Donaas zal u onder zijne bescherming nemen en
u dagelijks meer dan eens bezoeken."
De beide jonkvrouwen zagen hem met verschriktheid aan.
"Het wordt dus oorlog?" vroeg Dakerlia.
"Het geheim van den Hoop moet elkeen heilig zijn, die het kent",
antwoordde Robrecht. "Poog dus niet van mij te weten waarom ik u ga
verlaten."
Dakerlia en Witta begonnen te weenen, doch zonder klagen.
"Ik begrijp en ik gevoel wel aan mijn eigen hart dat dit onverwacht
vaarwel u moet bedroeven", zeide Robrecht, "maar troosten wij ons, in de
gedachte dat ik waarschijnlijk binnen weinige dagen hier reeds terug zal
zijn. Hoe het weze, in deze erge tijden, moet elk onzer zijne rust en
zijne pogingen ten offer brengen voor de vrijheid. Aarzelen is eene
lafheid, weigeren, zelfs door eenen geheimen wensch des harten, is eene
misdaad. Ik mag dus met recht verwachten dat noch mijne verloofde, noch
mijne zuster het zullen afkeuren dat ik, als trouw lid van het Gilde,
mijnen plicht vervul. Gij zijt Kerlinnen en gij bemint uw land!"
Deze strenge woorden brachten eenen plotselijken ommekeer in het gemoed
der jonkvrouwen. Witta stortte nog eenige tranen, ofschoon zij zichtbaar
geweld deed om haren angst te bedwingen. Dakerlia hief het hoofd met
fierheid op, en terwijl een vreemde glimlach op hare lippen verscheen,
zeide zij:
"God dank, ja, wij zijn Kerlinnen, en zullen toonen dat zelfs de diepste
smart ons het niet kan doen vergeten! Ga, Robrecht, ga waar de plicht u
roept. Wij zullen bidden voor u en voor Kerlingaland en met vertrouwen
afwachten wat het lot zal beslissen ... Gij vertrekt morgen zeer vroeg!
Voor zonsopgang?"
"Neen, ik zal den klaren dag afwachten; mijn vertrek is niet zoo
haastig."
"Welnu dan, mijn vriend, waarom zoudt gij nog dezen avond afscheid van
ons nemen? Is er iets dat u belet ons morgen vaarwel te komen wenschen,
wij onderwerpen ons gereedelijk; maar anders zullen wij zeer vroeg
opstaan. Kan het zijn, gun ons nog dit geluk."
"Het zij zoo, Dakerlia", antwoordde de jonge ridder. "Blijft dus met God
tot morgen."
Door zijne verloofde gevolgd, richtte hij zich naar de deur.
Hier drukte hij nog teederlijk hare handen, neigde zijn hoofd over haren
schouder en murmelde aan haar oor:
"Wees tevreden, Dakerlia, wij gaan uwen vader wreken! Ik zal aan u
denken altoos; uw beeld zal mijne star zijn; de vijand, terwijl hij valt
onder mijn zwaard, zal terzelfdertijd uwen naam en den naam uws vaders
hooren. Houd dit geheim!"
De maagd wierp eenen diepen blik in zijne oogen en antwoordde:
"Dank, dank, mijn vriend, doe uwen plicht!"
"Goeden nacht, zuster, tot morgen."
Met deze woorden verliet hij de zaal.
Toen hij op het neerhof kwam, vroeg de schalk, die hem de poort opende,
of hij mher Sneloghe niet met licht zou vergezellen; want het was zoo
donker op de straat dat men de huizen niet kon ontwaren.
Robrecht weigerde dezen dienst; zijn Steen toch was slechts eenige
stappen verwijderd.
De schalk sloot dus de poort achter hem en stak de grendels in.
Terwijl Robrecht nu over de straat stapte en zijne woning naderde,
scheen het hem dat eene menschenschaduw langs den muur voortsloop en
naar hem toekwam. Hierover verwonderd, bleef hij staan, legde de hand
aan het gevest van zijn zwaard, liet den onbekende naderen en vroeg dan
met verdoofde stem:
"Vliegt de Blauwvoet?"
"Storm op zee!" antwoordde de schaduw zonder aarzelen.
"Mijn oom Hacket! Gij hier op dit uur?"
"Stil!" fluisterde de kastelein, "ik kwam u opzoeken in uwen Steen. Ik
heb eene boodschap u te vertrouwen."
"Het is een wonder dat ik nog niet slapen ben."
"Ik hadde bevel gegeven om u te wekken, mijn neef. Nu, doe de poort
openen."
Robrecht klopte op eene hem gewone wijze, en schier onmiddellijk kwam er
een schalk achter de poort staan.
"Zijt gij het, mher Sneloghe?" vroeg hij.
Op het bevestigend antwoord werd Robrecht met zijnen oom binnengelaten.
Beiden begaven zich in eene zaal, waar eene brandende lamp aan het
gewelf hing. De kastelein sloot de deur langs binnen, trok eenen
gezegelden brief uit zijne tasch, en dien den jongen ridder toereikende,
zeide hij:
"De proost is niet van zijn voornemen af te brengen. Nadat gij ons hadt
verlaten, is hij er weder op teruggekomen en heeft eindelijk, ondanks
mijnen raad, besloten toch eenen brief aan Willem Van Loo te schrijven.
Dien brief zult gij hem overhandigen De proost verzoekt u de boodschap
op uwe borst te verbergen; want, werd zij door 's graven lieden verrast,
onze vijanden zouden het geheim van den Hoop geheel kennen."
"Heb geene vrees: ik zal de boodschap trouw volbrengen. Mag ik weten,
oom, wat de brief behelst?"
"Gij kunt het wel vermoeden. Mijn broeder dringt bij Willem Van Loo op
alle wijzen aan, om hem de vijandelijkheden te doen uitstellen, zelfs
dan nog wanneer het Kerlenleger zal vergaderd zijn. Hij laat hem weten
dat onze graaf Karel het oor schijnt te willen leenen aan het voorstel
om hem eene aanzienlijke bede uit den Gildenschat toe te staan."
"Maar mijn oom de proost bedriegt zich!" riep Robrecht met ongeduld.
"Veinst men aan het hof van goeden wil te zijn, het is slechts om tijd
te winnen en ons in slaap te wiegen!"
"Zoo denk ik er nu insgelijks over, gij weet het, neef. Daarom evenwel
moogt gij mij niet weigeren den brief aan Willem Van Loo af te geven.
Hij kan dan nog beslissen wat hij wil."
"Inderdaad, oom. Ik zal doen wat de heer proost verlangt."
"Hij verzoekt u daarenboven zijne voorstellen bij Willem te ondersteunen
en alle mogelijke pogingen aan te wenden om hem te doen aanvaarden."
"Dit kan ik niet", zeide Robrecht ontevreden. "Ik weiger volstrekt deze
zending. Volgens mijne vaste overtuiging valt er niet meer te aarzelen.
De omstandigheden schijnen ons zeer gunstig; men moet zonder omzien er
gebruik van maken. Bij al dit omzien en dralen verliezen wij den moed en
worden de Kerels hunnen vijand ten spot. Mijn oom de proost weet wel dat
ik daarover van een geheel ander gevoelen ben dan hij."
"Doe naar uw goeddunken, neef."
"Maar zeg mij, ik bid u, kastelein, kent gij den inhoud van den brief
dien ik dragen ga?"
"Ja, ik heb hem gelezen."
"Hoe noemt de proost daarin mher Willem?"
"Hij noemt hem burggraaf."
"Maar het is gevaarlijk; met allen eerbied voor mijnen oom zou ik schier
durven zeggen dat hij zijnen gildeneed ontrouw is. De Hoop heeft te
Veurne beslist dat al de Kerels Willem Van Loo als graaf van Vlaanderen
zullen erkennen. Waarom weigert de proost hem graaf te noemen?"
"Gij weet het, Robrecht," antwoordde de kastelein, de schouders
ophalende. "Mijn broeder heeft zich, in den vorigen oorlog voor de
kroon, tegen mher Willem verklaard. Er bestaat tusschen hen, van
wederzijde, een verborgene, doch diepe wrok. Het bedroeft hem oneindig
dat men in den Hoop zulke gevaarlijke beslissing heeft genomen."
"En bedroeft het mij niet, oom? Maar de onderwerping aan de besluiten
van den Hoop is eene heilige wet, waarvoor alle Kerels, grooten en
kleinen, moeten bukken. Mher Willem, de graaf van Vlaanderen,--zoo noem
ik hem--zal, bij het lezen van den brief, verbitteren, wanneer hij zal
zien dat de proost weigert hem als graaf te erkennen."
"Ik heb er geene schuld aan, Robrecht; de proost heeft mijnen raad niet
willen volgen. Hij kan er niet toe besluiten, mher Willem nu reeds als
vorst te begroeten. Hij zal het later doen. Gij kondet de graaf
uitleggen dat de proost nog geene bijzondere tijding over de
verrichtingen van den Hoop heeft ontvangen."
"Het zij zoo, ik zal mijnen oom pogen te verontschuldigen ... Maar
indien graaf Willem den proost eenige bevelen zendt, zal hij
gehoorzamen?"
"Zonder twijfel, Robrecht. Wat mij betreft, ik verzoek u, mher Willem te
melden, dat ik alles geheimelijk in gereedheid breng om den burg van
Brugge voor de Kerels te behouden, en ik zijne bevelen afwacht om, waar
het zijn kan, ze getrouwelijk te volbrengen. Blijf nu in vrede, mijn
neef, en vergeet niet, wanneer gij in het leger zijt, ons zoo dikwijls
als het mogelijk is tijding van u te zenden. Goeden nacht en goede
reis!"
Robrecht vergezelde zijnen oom tot buiten de poort van den Steen. Dan
keerde hij terug naar de zaal, legde zijn zwaard af en zette zich neder,
met den elleboog rustend op de tafel en de oogen onvast in de ruimte
gericht.
Hij overwoog het zonderling gedrag van zijnen oom Bertulf en voorzag dat
uit den verborgen haat, dien hij en Willem Van Loo elkander toedroegen,
nog ongelukkige verwikkelingen voor de Erembalds en misschien voor
Kerlingaland konden ontstaan.
Dien dag was Disdir Vos op den burg gekomen en had lang met den proost
over de beslissingen van den Hoop gesproken. De oude Bertulf had zijne
ontevredenheid en zijnen afkeer van mher Willem niet verborgen. Indien
de nieuwe graaf door Disdir Vos of door iemand anders daarvan kennis
kreeg, zou hij dan niet de Erembalds vijandig worden? De proost, anders
zoo wijs en zoo voorzichtig, liet zich nu door een gevoel van haat
verblinden.
Terwijl mher Sneloghe daar bij de tafel zat en in verslondenheid den
gevaarlijken toestand der zaken overdacht, stonden achter St-Janskapelle
twee mannen, die in stilte doch met zekere driftigheid van hem spraken.
Nevens den muur der kapelle, was de duisternis nog dikker; geen mensch
hadde kunnen zien dat iemand zich daar bevond; evenwel hadde men ze
kunnen hooren, want zij spraken zeer stil.
"Nu, waarom wijkt gij terzijde? Waarom blijft gij staan?" vroeg de eene.
"Zeg wat gij wilt", antwoordde de andere, "zoo sla mij Thors hamer,
indien gij ons niet eene gevaarlijke dwaasheid doet begaan!"
"Maar, neen", wedervoer de eerste fluisterende. "Het is tot het bereiken
van ons doel volstrekt noodig dat Robrecht Sneloghe ons helpe."
"Hij zal weigeren."
"Geenszins."
"Hij eerbiedigt te veel zijne ooms, en dezen schrikken terug van alle
krachtdadigheid."
"Dit is grondig veranderd. Robrecht staat op tegen zijne ooms en
beschuldigt ze van lauwheid en ontrouw. Ik heb hem dezen morgen luidop
tegen den proost hooren roepen dat hij, Robrecht, voor niets meer
achteruitwijken wil en bereid is, met blinde onderwerping onzen nieuwen
graaf te gehoorzamen; ja, dat hij voor hem zonder aarzelen goed en bloed
zal ten offer brengen."
"En evenwel kan ik het niet uit mijn hoofd krijgen dat wij eene domheid
begaan."
"Gij hebt mijne redenen goedgekeurd, gij en onze vrienden. Waarom dwingt
gij mij nu ze alweder te herhalen? Wat wij gaan ondernemen belaadt ons
met eene schromelijke verantwoordelijkheid. Om te beletten dat de
proost en de kastelein zich tegen ons keeren, moeten wij mher Sneloghe
met ons doen samenspannen en samenwerken. Zoo zullen dan de hoofden der
Erembalds, uit verkleefdheid en liefde voor hem, ons allen beschermen en
verdedigen Zeg Robrecht, dat onze graaf het beveelt of verlangt, en gij
zult zien dat hij onmiddellijk zal toestemmen. Of twijfelt gij daaraan?"
"Ik weet waarlijk niet", gromde de andere, half schertsende, "waarom gij
zoo vurig en zoo onverwinnelijk aandringt om Robrecht deel aan onze
onderneming te geven. Ik zou haast gaan denken dat gij de zaak voor eene
gevaarlijke halsbrekerij aanziet, en daarom mher Sneloghe het spel wilt
doen wagen. Uit genegenheid zeker niet, gij haat hem."
"Neen, ik heb alle vijandschap afgelegd. Geene andere beweegreden drijft
mij aan dan alleenlijk de voorzorg om het gelukken onzer poging, ook na
den slag, te verzekeren."
"Welaan, het zij dan zoo. Wij zullen zien hoe hij het voorstel onthaalt.
Aanvaardt hij het, hij zal zijn woord getrouw blijven tot het einde.
Daarvan ten minste mogen wij zeker zijn. Gedragen wij ons evenwel
voorzichtig met hem. In zijnen Steen zullen wij hem het ontwerp niet te
kennen geven. Als hij Willem Van Wervick, Isaac Van Reninghe en Ingelram
Van Eessen ziet, zal hij beter gelooven dat de zaak niet roekeloos door
mij wordt gewaagd ... Kom nu, laat ons gaan, maar zwijgen wij!"
Zij stapten met looze treden de St-Jansstraat in, keerden achter den
hoek der Ridderstraat, en slopen dan voort door de onpeilbare duisternis
tot voor de poort van sher Robrechts Steen.
Een hunner liet den ijzeren klopper driemaal met zekere berekende
tusschenpoozen nedervallen.
Dewijl men daarbinnen nog waakte, kwam schier onmiddellijk een schalk
achter de poort staan.
"Wie daar?" riep hij door het kijkgat.
"Spreek stil", werd hem geantwoord. "Ga, zeg uwen meester dat vrienden
hem wenschen te spreken. Hij kome zelf om ons te herkennen."
Na eene korte wijl vroeg hem eene andere stem:
"Vliegt de Blauwvoet?"
"Storm op zee!" antwoordde een hunner. "Doe ons open, Robrecht."
"O, mijn God, Burchard!" morde iemand achter het kijkgat.
"Stil, stil, en ontsluit de poort!"
Robrecht opende metterhaast en leidde de twee ontijdige bezoekers zonder
spreken tot in de zaal, welke hij zooeven had verlaten. Hij sloot de
deur en zeide met verrassing:
"Burchard, gij hier! Vreest gij dan niet voor uw leven? Indien men u
herkende!"
Burchard antwoordde schertsend:
"Zonderlinge vraag op het oogenblik dat wij allen lijf en have voor de
vrijheid van Kerlingaland gaan wagen! Vreest mijn vriend Disdir Vos
eenen banneling in de straten van Brugge te vergezellen? De tijd is
gekomen dat elke Kerel moet spotten met den dood!"
"Het is waar", bevestigde Robrecht. "Gij hebt mij ongetwijfeld iets
bijzonders te melden, heeren; want zoo, te midden van den nacht, bezoekt
men toch zijne vrienden niet zonder gewichtige redenen."
"Ik kom vanwege den graaf van Vlaanderen tot u."
"Vanwege graaf Willem!" kreet Robrecht twijfelende.
"Vanwege den eenig wettigen graaf van Vlaanderen", herhaalde Burchard
met nadruk. "Gij weet het, of anders maak ik het u bekend, ik geniet
gansch zijne gunst en ben zijn vertrouweling. Hij heeft mij met eene
moeilijke onderneming belast. Wat ik u kom vragen, Robrecht, is of gij
bereid zijt, op mijn verzoek en ten dienste van Kerlingaland, alles te
wagen, zelfs uw leven."
"De vraag is kwetsend!" morde de jongeling.
"Hij heeft gelijk", zeide Disdir Vos. "Gaf mher Sneloghe ooit iemand
recht om aan zijne onversaagdheid te twijfelen? In deze zaak is eer en
roem te behalen. Hoe zou hij kunnen weigeren?"
"Nu, laat ons klaar zijn; de tijd is kostelijk", viel Burchard hem in de
rede. "Ziehier, Robrecht, waarom wij tot u gekomen zijn. Iemand heeft
onzen graaf Willem een ontwerp medegedeeld dat, kan het uitgevoerd
worden, de vrijheid der Kerels voor altijd moet redden en waarschijnlijk
den oorlog nog zal voorkomen. In alle geval zal het de macht onzer
vijanden eenen ontzaglijken slag toebrengen. De graaf heeft dit ontwerp
goedgekeurd en mij belast in Brugge eenige moedige ridders op te zoeken
om het uit te voeren. Het is een moeilijk waagspel, dit wil ik u niet
verbergen; er is onversaagdheid, zelfs vermetelheid toe noodig. Ik heb
gedacht, Robrecht, dat ik, naar manhaftige ridders zoekende, het recht
niet had u te vergeten."
Robrecht stapte naar eenen hoek der zaal en zeide:
"Ik trek mijn maliehemd aan; want men kan ..."
"Neen, neen, nuttelooze voorzorg", onderbrak hem Burchard; "de
onderneming is niet voor heden. Nu gaan wij slechts naar eene
vergadering van vrienden, die op u wachten om te beraadslagen over de
beste middelen tot gelukken. Daar zal men u kennis geven van het
ontwerp. Binnen een uur zijt gij hier terug."
"Welaan, ik volg u, heeren", zeide Robrecht, terwijl hij zrijn zwaard
aangordde. "Gij twijfeldet aan mijne bereidwilligheid? Is er waarlijk
eene poging, hoe vermetel ook, ten voordeele van Kerlingaland te
beproeven, ik zal u toonen dat niets mij kan doen aarzelen; integendeel,
ik ben u innig dankbaar omdat gij in zulke omstandigheid aan mij hebt
gedacht."
"De graaf weet dat gij van de onzen zult zijn. Hij zelf duidde u aan."
"Hoe is het mogelijk, Burchard? Kent hij mij?"
"Wie kent u niet onder de ridders van Kerlingaland?"
"In alle geval, ik zal bewijzen dat ik zijn vertrouwen waardig ben.
Vertrekken wij!"
Toen zij bij de poort waren en in de straat zouden stappen, fluisterde
Burchard:
"Zwijgt nu en volgt mij. Langs de St-Jansstraat mogen wij niet gaan.
Laat ons afdalen tot op de Spiegelrei: daar is de weg gansch eenzaam."
Na eenigen tijd door de duisternis te hebben voortgeslopen, kwamen zij
in de Grauwwerkersstraat voor eenen grooten Steen, waarvan de poort op
een enkel teeken van Burchard werd geopend.
Men leidde Robrecht over den neerhof tot in eene zaal, die in de diepte
van het gebouw was gelegen.
Burchard sloot de deur en stak bedektelijk den sleutel in zijne tassche.
Hier zaten rondom eene tafel drie ridders, die Robrecht kende als zeer
manhaftige Kerels, en wier ouderdom en goede faam hem een vol betrouwen
in hunne oprechtheid moesten inboezemen. Het waren Ingelram Van Eessen,
Isaac Van Reninghe en Willem Van Wervick.
Deze ridders betuigden eene groote blijdschap bij de intrede van
Robrecht; zij stonden van hunne zetels op, gingen hem te gemoet en
drukten hem de handen, met allerlei vleiende bewoordingen hem lovende
voor zijne bereidwilligheid.
Het was bovenal Isaac Van Reninghe, die meer dan anderen prijs aan de
tegenwoordigheid van mher Sneloghe scheen te hechten.
"Maar, heeren", vroeg Robrecht met eenige spijt in de stem "twijfeldet
gij aan mijnen moed?"
"In het geheel niet", antwoordde Willem Van Wervick, "maar het ontijdig
uur, de bijzondere, de ongewone aard onzer onderneming ..."
"Hoe het zij, heeren", morde Robrecht, "ik zal mij wreken over uw
mistrouwen, door u te toonen dat ik niet gierig ben op mijn bloed."
"Het is Burchard die ons wilde doen gelooven dat gij niet zoudt komen",
bemerkte Isaac.
"Mher Sneloghe is tot nu toe toe min of meer van het gevoelen zijner
ooms geweest", zeide Burchard, "die gelooven dat men Kerlingaland kan
redden met voor zijne dwingelanden te knielen en om genade te smeeken.
Heb ik mij aangaande mijnen vriend Robrecht misgrepen, het verheugt mij,
en ik wensch hem uiterharte geluk. Nooit heb ik aan zijne dapperheid
getwijfeld."
"Mij toch kan mher Sneloghe niet beschuldigen", riep Disdir Vos.
"Getuigt het, heeren, dat ik van den beginne af mij borg heb gesteld
voor zijnen moed en zijne bereidwilligheid."
"Ik dank u, Disdir", murmelde Robrecht, zonder eenig mistrouwen de hand
van zijnen geheimen bloedvijand drukkende.
"Nu, zitten wij neder, heeren", sprak Ingelram Van Eessen. "Deze
betwisting is overbodig: onze blijdschap over de tegenwoordigheid van
mher Sneloghe moet hem bewijzen hoe wij allen hem liefhebben en
eerbiedigen. Gaan wij over tot de zaak welke ons hier doet vergaderen."
En toen allen gezeten waren, hernam hij:
"Is mher Sneloghe bereid om met ons de handen te zamen te leggen, als
eenen eed van getrouwheid jegens elkander, en als eene belofte dat hij
verborgen zal houden wat hij hier gaat vernemen?"
"Ik ben er toe bereid", antwoordde Robrecht. "Ziedaar mijne hand,
heeren; ik beloof u te helpen als een trouw gezel, en verbind mij tot
het geheimhouden van alwat ik hier kan vernemen."
Allen stonden op en traden in het midden der kamer, waar zij met
Robrecht de handen te zamen legden. Dit was onder de Kerels de vorm van
den duursten eed, en daardoor verbonden zij zich te gader en elk jegens
al de anderen tot het trouw vervullen der aldus bezworene beloften.
Ieder nam weder zijne plaats bij de tafel.
"Nu gaat gij alles weten, mher Sneloghe", zeide Ingelram Van Eessen. "De
verklaring der zaak eischt niet veel woorden. Tweeduizend ridders,
gevolgd door talrijke benden wapenknechten zijn uit Atrecht vertrokken
om ons het slavenjuk te komen opdwingen. Dit leger zal te Yperen zijn
voordat de Kerels der Ambachten in het Wolvennestbosch kunnen
vergaderen. Kerlingaland is dus beslissend verloren, indien wij het niet
redden door eenen stouten slag. Met goedkeuring van onzen graaf en
veldheer Willem Van Loo, gaan wij dien slag wagen. Overmorgen, in den
namiddag, geeft Karel van Denemarken eenen grooten maaltijd ter eere der
twee gezanten, die vanwege den Keizer aan zijn hof zijn gekomen.
Natuurlijk zullen de voornaamste Isegrims, de gezworene vijanden der
Kerels, aan den disch zitten. Het feestmaal zal lang duren; de dagen
zijn kort; het wordt vroeg donker. Welnu, een vijftigtal onbevreesde
Houtkerels, meer, indien het noodig is, wachten slechts een bevel van
ons, om bedektelijk in de stad te vergaderen. Wij stellen ons aan hun
hoofd, sluipen, door de duisternis begunstigd, op den burg, stormen in
de feestzaal, vallen op de Isegrims en dooden al de dischgenooten,
behalve de afgezanten des Keizers ..."
"En de graaf?" morde Robrecht ontsteld.
"Onze eerste slag is voor Karel van Denemarken; hij vooral moet sterven,
de dwingeland!"
Mher Sneloghe sprong recht; hij was bleek en scheen te beven.
"Maar het is een sluipmoord, eene afschuwelijke misdaad!" riep hij uit.
"En gij hoopt dat ik mijne handen zal doopen in het bloed van vorst
Karel? Bij verrassing? als een struikroover die nederstort op een
weerloos slachtoffer? Nooit! nooit!"
"Uw eed; gij zijt verbonden!" kreet Burchard.
"Gij hebt mij bedrogen, door listige woorden mij verleid", wedervoer
Robrecht. "Het is eene snoodheid. Ik moodenaar? Ha, nu begrijp ik uw
mistrouwen en ik roem er op! Ja, heeren, gij waart rechtvaardig jegens
mij, toen gij vreesdet dat ik zou weigeren deel te maken van zulk
gruwelijk verbond."
"Gij hebt gezworen en zijt slaaf van uwen eed!" zeide Ingelram Van
Eessen.
"Dien eed hebt gij door vuige list mij ontrukt. Ik verbreek hem. Hoe?
Gij komt mij vragen of ik bereid ben mijn leven voor de vrijheid van
Kerlingaland te wagen ... en nu eischt gij dat ik het helpe vermoorden
door de schandelijkste euveldaad?... Ja, vermoorden! De gansche wereld
zal tegen ons opstaan; de Kerels der Ambachten zelven zullen
terugschrikken; de wapens zullen hunne handen ontvallen; uit schaamte
zullen zij het hoofd buigen en moedeloos het juk aanvaarden, als eene
rechtvaardige straf der ijselijke misdaad!..."
"Gij hebt te Veurne onzen graaf Willem eene blinde gehoorzaamheid
beloofd", zeide Burchard.
"Ha, daarin bestaat vooral uw bedrog", wedervoer Robrecht met
verontwaardiging. "Gij wilt mij doen gelooven dat graaf Willem dezen
moord goedkeurt? Welnu, het is niet waar, het kan niet waar zijn! Gij
lastert hem. Hij zou u geboden hebben Karel van Denemarken te dooden?
bij verrassing? als laffe sluipmoordenaars?"
"Het vonnis is geveld, Karel moet sterven!" gromde Willem Van Wervick.
"Welnu, neen, hij zal niet sterven!" riep Robrecht met kracht. "Uw
afschuwelijk opzet wil ik beletten. Morgen vroeg reeds zal de proost van
St-Donaas weten wat hier is beraamd ... en, moest ik zelf tot graaf
Karel gaan om hem te waarschuwen, ik zou niet terugtreden voor zulke
daad!"
Isaac Van Reninghe was opgestaan en legde nu den arm over Robrechts
schouder.
"Kom, mijn vriend, bedaar toch; gij dwaalt", zeide hij. "Er is geen
ander middel meer om Kerlingaland voor eeuwige slavernij te behoeden.
Karel van Denemarken is de valschte mensch der wereld, hij verdient
honderdmaal den dood. Wees beter beraden; aanvaard de dwingende
noodzakelijkheid."
Robrecht, door eene plotselijke gemoedsomkeering ontroerd, stiet
langzaam den arm van sher Ingelram terug, aanschouwde met diepe
droefheid de andere ridders en hief de handen als eene klacht ten hemel.
"Wat? Tranen in zijne oogen!" schertste Willem Van Wervick "Hij bemint
wel vurig den dwingeland, dat de gedachte zijns aanstaanden doods hem
doet weenen[51]!"
"Ik ween, ja", antwoordde Robrecht, "van afgrijzen, van medelijden!
Mijne tranen vlieten over Kerlingaland, dat gij ten prooi gaat geven aan
de vermaledijding der gansche Christenheid; over u, die u zelven en de
Kerels gaat bevlekken met eeuwige schande ..."
Hij meende te bemerken dat Disdir Vos en Isaak Van Reninghe hem met min
onwil dan hunne gezellen aanhoorden. Dit boezemde hem eenige hoop in.
Hij trad een paar stappen vooruit en sprak biddende:
"Ach, vrienden, hoort mijnen raad aan! Gij zijt de speelbal van den
boozen geest, die u met verblindheid slaat. Karel van Denemarken eenen
koningszoon, eenen telg onzer graven, vermoorden laffelijk, bij verraad?
O, ik smeek u, doet het niet! Het is nog tijd; keert terug op uw
noodlottig besluit. Ik bezweer u, doodt toch niet zoo uitzinnig onze
vrijheid en ons vaderland!"
"IJdele woorden, wat besloten is zal uitgevoerd worden!" antwoordde
Ingelram met somberen toon. "Al haddet gij gelijk in uwe voorspelling,
Kerlingaland is toch verloren. Welnu, het verga veeleer gewroken dan
machteloos en vernederd. Noodlottige gedachte die ons deed besluiten de
hulp te vragen van iemand wien de sterkmoedigheid ontbreekt om den
reddenden slag te wagen!"
"Alles wil ik wagen, alles wil ik opofferen voor de vrijheid", sprak
Robrecht, fier het hoofd verheffende, "Met blijdschap zou ik sterven
voor Kerlingaland ... in den oorlog, tegen gewapende vijanden, als een
man, als een ridder. Maar weerlooze menschen gaan vermoorden, terwijl
zij aan tafel zijn gezeten? Het denkbeeld zulker lafheid alleen doet mij
sidderen van schaamte ... Gij blijft bij uw afschuwelijk besluit? Welnu,
worstelt dan tegen mij; ik ben uw vijand, ik zal uw verfoeilijk opzet
verijdelen! Neen, neen, gij zult ons dierbaar Kerlingaland niet met u
nederstorten in eenen afgrond van vermaledijding en schande. Hoopt niet
Karel van Denemarken te treffen: Kerels, zoo onversaagd als gij, zullen
waken rondom hem. Vaartwel, ik wil niets gemeens meer hebben met
moordenaars!"
Deze stoute taal trof al de aanhoorders met verbaasdheid. Ingelram Van
Eessen raasde als een dolzinnige, en sprak van niets min dan van
Robrecht het hoofd te klooven, om hem te beletten zijne eedgenooten te
verraden. Isaac Van Beninghe had veel moeite om hem te wederhouden van
zijn zwaard te trekken. Wat Burchard Knap betreft, wonderlijk genoeg,
die scheen te droomen en zeide niets.
Onderwijl was mher Sneloghe naar de deur der zaal gegaan en meende deze
te openen; maar hij vond ze gesloten.
Daar stond hij nu, de andere ridders met vlammende oogen en met eenen
grijns van misprijzen te bezien.
"Beloof ons ten minste dat gij ons geheim zult bewaren", zeide Isaac Van
Reninghe.
"Neen, neen", kreet Robrecht zeer aangejaagd, "integendeel, ik zal het
openbaren! Uwe namen zal ik verzwijgen; maar vorst Karel doen
verwittigen, daarvan weerhoudt mij niemand!"
"Zijt gij dan een verrader? een verborgen vijand der Kerels?" vroeg
Willem Van Wervick.
"De vijanden der Kerels zijn degenen die ons arm vaderland het brandmerk
van den sluipmoord op het voorhoofd willen drukken!"
"Maar, vermetele", bulderde Ingelram, "weet gij niet waartoe uw eed ons
recht geeft? Gij zijt in onze macht. Zoo het ons lustte in uw bloed het
geheim te versmachten dat wij u hebben toevertrouwd?"
"Wat doet mij zulke bedreiging?" wedervoer Robrecht met eenen zuren
spotlach. "Al spookte de dood voor mijne oogen, hij deed mij niet
terugwijken voor het vervullen van mijnen plicht."
"Heeren", zeide Disdir Vos, als hadde hij iets uitgevonden dat alle
moeilijkheid uit den weg kon ruimen, "ik bid u, blijft eene korte wijl
nog bedaard en laat mij toe eenige woorden alleen met mher Sneloghe te
wisselen."
Na een oogenblik wederstand te hebben geboden, gaf Robrecht toe aan zijn
dringend verzoek en volgde hem tot in eenen hoek der zaal, waar beiden
begonnen te kouten, Disdir ernstig en vleiend, Robrecht met onwil en
spijtige gebaren.
Ondertusschen staken de anderen bij de tafel, op eenen wenk van
You have read 1 text from Dutch literature.
Next - De Kerels van Vlaanderen - 19
  • Parts
  • De Kerels van Vlaanderen - 01
    Total number of words is 4450
    Total number of unique words is 1528
    47.6 of words are in the 2000 most common words
    66.4 of words are in the 5000 most common words
    73.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 02
    Total number of words is 4457
    Total number of unique words is 1527
    48.9 of words are in the 2000 most common words
    65.2 of words are in the 5000 most common words
    72.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 03
    Total number of words is 4447
    Total number of unique words is 1387
    47.4 of words are in the 2000 most common words
    65.8 of words are in the 5000 most common words
    73.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 04
    Total number of words is 4433
    Total number of unique words is 1461
    48.8 of words are in the 2000 most common words
    66.8 of words are in the 5000 most common words
    75.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 05
    Total number of words is 4438
    Total number of unique words is 1311
    50.6 of words are in the 2000 most common words
    69.9 of words are in the 5000 most common words
    78.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 06
    Total number of words is 4426
    Total number of unique words is 1435
    49.0 of words are in the 2000 most common words
    66.8 of words are in the 5000 most common words
    74.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 07
    Total number of words is 4475
    Total number of unique words is 1394
    46.9 of words are in the 2000 most common words
    65.8 of words are in the 5000 most common words
    74.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 08
    Total number of words is 4493
    Total number of unique words is 1373
    50.0 of words are in the 2000 most common words
    67.3 of words are in the 5000 most common words
    76.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 09
    Total number of words is 4440
    Total number of unique words is 1282
    51.4 of words are in the 2000 most common words
    69.9 of words are in the 5000 most common words
    78.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 10
    Total number of words is 4452
    Total number of unique words is 1554
    44.1 of words are in the 2000 most common words
    62.3 of words are in the 5000 most common words
    70.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 11
    Total number of words is 4464
    Total number of unique words is 1476
    47.1 of words are in the 2000 most common words
    65.4 of words are in the 5000 most common words
    72.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 12
    Total number of words is 4485
    Total number of unique words is 1390
    48.1 of words are in the 2000 most common words
    64.4 of words are in the 5000 most common words
    73.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 13
    Total number of words is 4442
    Total number of unique words is 1396
    48.3 of words are in the 2000 most common words
    66.2 of words are in the 5000 most common words
    74.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 14
    Total number of words is 4494
    Total number of unique words is 1399
    48.2 of words are in the 2000 most common words
    66.0 of words are in the 5000 most common words
    74.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 15
    Total number of words is 4418
    Total number of unique words is 1334
    50.2 of words are in the 2000 most common words
    68.9 of words are in the 5000 most common words
    78.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 16
    Total number of words is 4402
    Total number of unique words is 1493
    42.6 of words are in the 2000 most common words
    60.4 of words are in the 5000 most common words
    68.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 17
    Total number of words is 4459
    Total number of unique words is 1395
    50.3 of words are in the 2000 most common words
    68.3 of words are in the 5000 most common words
    75.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 18
    Total number of words is 4502
    Total number of unique words is 1311
    52.0 of words are in the 2000 most common words
    68.5 of words are in the 5000 most common words
    77.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 19
    Total number of words is 4524
    Total number of unique words is 1444
    47.3 of words are in the 2000 most common words
    67.1 of words are in the 5000 most common words
    73.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 20
    Total number of words is 4439
    Total number of unique words is 1378
    48.5 of words are in the 2000 most common words
    65.3 of words are in the 5000 most common words
    74.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 21
    Total number of words is 4520
    Total number of unique words is 1387
    48.3 of words are in the 2000 most common words
    65.6 of words are in the 5000 most common words
    74.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 22
    Total number of words is 4491
    Total number of unique words is 1349
    49.3 of words are in the 2000 most common words
    66.7 of words are in the 5000 most common words
    75.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 23
    Total number of words is 4485
    Total number of unique words is 1427
    46.8 of words are in the 2000 most common words
    63.4 of words are in the 5000 most common words
    70.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 24
    Total number of words is 4477
    Total number of unique words is 1329
    49.7 of words are in the 2000 most common words
    67.7 of words are in the 5000 most common words
    75.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 25
    Total number of words is 4492
    Total number of unique words is 1372
    48.8 of words are in the 2000 most common words
    67.6 of words are in the 5000 most common words
    75.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 26
    Total number of words is 4463
    Total number of unique words is 1429
    48.6 of words are in the 2000 most common words
    66.3 of words are in the 5000 most common words
    75.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 27
    Total number of words is 4466
    Total number of unique words is 1448
    46.0 of words are in the 2000 most common words
    62.7 of words are in the 5000 most common words
    71.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 28
    Total number of words is 4445
    Total number of unique words is 1379
    47.4 of words are in the 2000 most common words
    66.1 of words are in the 5000 most common words
    74.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 29
    Total number of words is 4563
    Total number of unique words is 1320
    49.3 of words are in the 2000 most common words
    66.8 of words are in the 5000 most common words
    75.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 30
    Total number of words is 4490
    Total number of unique words is 1375
    49.6 of words are in the 2000 most common words
    68.3 of words are in the 5000 most common words
    76.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 31
    Total number of words is 4481
    Total number of unique words is 1440
    47.2 of words are in the 2000 most common words
    65.7 of words are in the 5000 most common words
    73.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 32
    Total number of words is 4492
    Total number of unique words is 1476
    46.2 of words are in the 2000 most common words
    64.1 of words are in the 5000 most common words
    72.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 33
    Total number of words is 4441
    Total number of unique words is 1413
    45.5 of words are in the 2000 most common words
    64.5 of words are in the 5000 most common words
    72.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 34
    Total number of words is 4476
    Total number of unique words is 1394
    47.5 of words are in the 2000 most common words
    67.8 of words are in the 5000 most common words
    75.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 35
    Total number of words is 4549
    Total number of unique words is 1370
    46.1 of words are in the 2000 most common words
    62.7 of words are in the 5000 most common words
    71.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 36
    Total number of words is 4452
    Total number of unique words is 1428
    48.0 of words are in the 2000 most common words
    67.6 of words are in the 5000 most common words
    75.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 37
    Total number of words is 4444
    Total number of unique words is 1319
    49.8 of words are in the 2000 most common words
    68.5 of words are in the 5000 most common words
    77.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 38
    Total number of words is 3206
    Total number of unique words is 1273
    43.6 of words are in the 2000 most common words
    58.5 of words are in the 5000 most common words
    65.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.