De Kerels van Vlaanderen - 09

Total number of words is 4440
Total number of unique words is 1282
51.4 of words are in the 2000 most common words
69.9 of words are in the 5000 most common words
78.2 of words are in the 8000 most common words
Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
besluit, doch wil mij niet dwingen."
"En hij zal ons ten vijand worden?"
"In het geheel niet. Neem uwe beloftegift terug, heer!"
"Maar berekent gij dan niet, Placida, dat mijne maagschap, dat de
Erembalds het breken dezer verbintenis als eenen bloedigen hoon zullen
beschouwen? Wat al ongelukken kunnen daaruit ontstaan!"
"Gij bedriegt u, heer. Mijn vader zal uwen oom, den proost, gaan spreken
en hem doen begrijpen dat ik alleen de schuld ben van alles; dat ik dit
huwelijk van de hand wijs, ondanks den wensch mijner ouders. Uw oom en
uwe magen zullen, meen ik, den wil eener vrouw eerbiedigen, en mijnen
vader daarom niet haten ... Neem uwe beloftegift terug, heer!"
"Eilaas, het zij zoo!" zuchtte Robrecht, de juweeldoos van de tafel
nemende.
"Alles is dus tusschen ons verbroken?" vroeg hij droef.
"Alles", was het koele antwoord.
"Onherroepelijk en voor altijd?"
"Voor altijd!"
"Blijf dus met God, jonkver Van Woumen. Hij late u gelukkig zijn, dit is
mijn oprechte wensch", murmelde Robrecht, terwijl hij de doos in zijne
tassche stak en aarzelend nog bleef staan.
"Geene hoop meer?" zuchtte hij.
"Geene. Vaarwel!"
Robrecht groette nog diep en verliet sher Rijkaards Steen.
Toen hij in de straat kwam, helde zijn hoofd voorover en hij stapte eene
lange wijl als bewusteloos voort; maar dan verhelderde allengs zijn
blik, totdat hij eensklaps het hoofd ophief en met eenen begeesterden
lach op het gelaat in zich zelven mompelde:
"Vrij? vrij? Ik heb mijnen plicht betracht, hoon en laster verdragen, de
slachtoffering verduldig aanvaard tot het uiterst einde ... en toch ben
ik vrij! Ha, dank, o God, dat gij mij dit leven van eeuwige treurnis
hebt gespaard ... Dakerlia! Dakerlia!"
En onder den invloed dezer blijde gedachten verhaastte hij zoodanig
zijnen stap dat hij weinige oogenblikken daarna de Spiegelrei bereikte.
Hier zag hij tusschen de boomen eene vrouw wier nederige kleeding eene
dienstmeid scheen aan te kondigen. Zij trad in zijne baan, als wachtte
zij hem af, liet hem nader komen, schikte zich nevens hem en vroeg met
verdoofde stem:
"Heer, herkent gij mij niet?"
"Ja, gij zijt Brigitta, de dienstmeid van jonkver Placida", mompelde
Robrecht, haar beziende.
"Ik heb u iets te zeggen, heer. Verraad mij nimmer. Wat ik doe is uit
eerbied, uit liefde tot u, en ik waag er misschien mijn leven aan ...
Mijne jonkvrouw heeft uwe beloftegift u teruggegeven niet waar? Heeft
zij u niet beschuldigd eene andere vrouw, eene Kerlinne, uwe liefde te
hebben geschonken?"
"Hoe weet gij dit? Gij waart niet tegenwoordig!" vroeg Robrecht
verwonderd.
"Dit is wat ik u wilde verklaren, heer. Gisterenavond is mijn meester
van de reis te huis gekomen. Hij heeft zich met jonkver Van Woumen in
eene kamer opgesloten om haar over iets gewichtigs te onderhouden. Ik
heb schier alles gehoord. Mher Van Woumen zeide dat gij eene andere
jonkvrouw bemint en bijna al uwen tijd in haar gezelschap slijt. Hij
noemde daarbij vele malen eenen mher Tancmar en andere ridders, die hem
te Rijssel dringend aangeraden hebben de huwelijksbelofte zijner dochter
te breken. Men besloot het te beproeven, maar dewijl mher Van Woumen de
wraak uwer bloedverwanten niet op zich wilde laden, zou men jonkver
Placida pogen over te halen om uit eigene beweging het huwelijk af te
wijzen. Daarom moest men haar tegen u verbitteren. Men deed mijne
jonkvrouw roepen en men overtuigde haar dat gij sedert lang eene zekere
Dakerlia Wulf bemint. Mijne jonkvrouw, door deze lasterlijke aantijging
bedrogen, stemde in alles toe. Gij ziet het dus wel, heer, men heeft
eenen verraderlijken aanslag tegen u gesmeed en mijne jonkvrouw
bedrogen. Alle hoop is niet verloren. Bewijs uwe onschuld: het moet u
gemakkelijk zijn; jonkver Placida zal terugkomen op haar besluit ... Nu
keer ik spoedig weder naar onzen Steen. Bedank mij niet: ik ben nu eene
slavinne, maar mijne ouders waren vrije Kerels. God geleide u, heer!"
Robrecht zag haar eene wijl denkend achterna. Dan keerde hij zich om,
vervorderde haastig zijnen weg, en zeide in zich zelven, met eenen
helderen glimlach op het gelaat:
"Ha, ha, het is te Rijssel dat men besloten heeft dit huwelijk te
beletten! Ik heb er dus geene de minste schuld aan. Mijn geweten is
onbeladen en mijn oom kan mij niets verwijten. Tancmar, altijd die
Tancmar! Hij vervolgt ons zonder verpoozing. Die bloedvijand van ons
geslacht heeft nu toch zijn doel gemist. Hij meende mij diep te honen en
doodelijk te bedroeven ... en hij maakt mij den gelukkigste der
menschen! Nu heb ik mijne vrijheid weder. Er is niet meer op terug te
komen. Geene macht op aarde kan mij nog dwingen mij voor Placida Van
Woumen te vernederen. Dakerlia, Dakerlia zal mijne levensgezellinne
zijn!"
En nog meer zijnen stap bespoedigende, bereikte hij welhaast het einde
der Ridderstrate.
Hij klopte aan de poort van zijnen Steen, ging den schalk zonder
spreken voorbij en liep tot in de zaal waar zijne zuster, voor een
kruisbeeld geknield, in een innig gebed was verslonden.
Zijne verwarde zegekreten deden haar verbaasd opspringen, en zij wilde
hem vragen wat hem dus was overkomen; maar hij sloot haar in zijne armen
en zeide:
"Witta, de Hemel is ons barmhartig! Ik trouw niet met Placida; zij zelve
heeft onze belofte verbroken en mijne gift mij doen terugnemen. Het is
onherroepelijk. Ik ben vrij, Dakerlia zal met ons wonen, zij zal mijne
bruid en uwe zuster zijn, totdat de dood ons scheide!"
Het jonge meisje, door deze tijding gansch buiten zich zelve van
gelukkige verrassing, hief de handen in de hoogte en riep uit:
"O, dank, dank, God, Gij hebt mijn gebed verhoord!"
Maar Robrecht greep haar den arm en trok haar naar de deur, terwijl hij
haastig zeide:
"Kom, kom, zuster: Dakerlia moet het weten."
Het meisje weerstond hem eensklaps.
"Dakerlia?" morde zij, "o, neen, nog niet!"
"Zij is droef, zij lijdt, Witta."
"Ja maar, die onverwachte tijding ..."
"Welnu?"
"Die onverwachte tijding zou haar kunnen ziek maken, haar kunnen doen
sterven. Zij is zoo uiterst gevoelig."
"Gij verschrikt mij! inderdaad ..."
"Laat mij alleen tot haar gaan", zeide Witta. "Ik zal het haar
voorzichtig bekend maken. Eenige woorden zijn genoeg om haar te behoeden
voor eene plotselijke ontsteltenis. Kom gij dan straks."
"Ga, ga, zuster, uw raad is wijs en goed; maar haast u toch, ik smeek
u!"
Het meisje begaf zich naar sher Wulfs Steen.
Toen zij de achterzaal binnentrad, zag zij Dakerlia met eenen witten
doek in de hand voor het venster zitten. De hopelooze had waarschijnlijk
in hare droeve eenzaamheid alweder tranen gestort.
Robrechts zuster meende tot haar te loopen en hare treurnis door eene
onmiddellijke veropenbaring van het gelukkig nieuws te verdrijven; maar
zij weerhield zich, naderde tot Dakerlia, nam haar de hand en zeide:
"Nu, ween niet meer, vriendinne ..."
"Ach, ik kan mijne smart niet bedwingen; ik zal zeker ziek worden, ik
gevoel het wel!" riep jonkver Wulf.

[Illustratie: "Aanvaard het uit mijne hand." (Bladz. 123.)]

"Ik kom om u iets te zeggen, Dakerlia ..."
"Gij hebt nooit afgunst gevoeld, Witta; de minnenijd heeft nooit u den
boezem verteerd.
O, behoede de barmhartige God u voor zulk akelig lijden! Het is eene
slang die om ons hart gekronkeld ligt en het vezel voor vezel verbijt en
verscheurt."
"Maar laat mij spreken", morde Witta, hare klacht onderbrekende. "Ik heb
eene verrassende tijding u mede te deelen. Het schijnt dat het huwelijk
mijns broeders met Placida Van Woumen eenig beletsel ontmoet."
Dakerlia zag haar als verschrikt aan en begon te sidderen.
"O, hemel, wat zegt gij?" mompelde zij schier onverstaanbaar. "Spreek,
spreek!"
"Gij zijt zoo ontsteld, vriendinne; ik zeg immers niet dat dit huwelijk
verbroken is?"
Eenen zwaren zucht slakende, riep Dakerlia klagend uit:
"Ach, Witta, Witta, waarom pijnigt gij mij zoo wreedelijk?"
Jonkver Sneloghe verkeerde in eene lastige verlegenheid. Haar broeder
ging komen; zij moest zich haasten en de groote ontstelbaarheid van
Dakerlia maakte hare taak zoo moeilijk! Tot een besluit gedwongen,
verzamelde zij haren moed en zeide:
"Dakerlia, ik heb gewichtige dingen u te openbaren: maar gij moet
bedaard blijven of ik verlaat u oogenblikkelijk ... Het is
waarschijnlijk dat de huwelijksbelofte mijns broeders zal verbroken
worden."
"Waarschijnlijk?" herhaalde Dakerlia, met eenen hoopvollen lach van
haren zetel opstaande.
"Bijna zeker."
"Ach, mocht dit geschieden, hoe zou ik God zegenen!"
"Het is geschied, Dakerlia: het huwelijk is verbroken."
Jonkver Wulf vloog hare vriendin aan den hals en lachte en stortte
tranen, als hadde deze tijding haar van blijdschap zinneloos gemaakt.
De deur werd geopend, en Robrecht trad binnen.
Een kreet ontsnapte Dakerlia; zij rukte zich los uit de armen harer
vriendin en meende met uitgestrekte handen Robrecht te gemoet te loopen;
maar een hevig schaamrood klom op haar voorhoofd en zij bleef, met
neergeslagen blik, te midden der kamer staan.
Dezelfde ontsteltenis had den jongeling getroffen; maar hij, het eerst
de bewegingen van zijn hart bedwingende, ging tot haar, nam haar de hand
en sprak op schier plechtigen toon:
"Dakerlia, mijne zuster heeft u gezegd, niet waar, dat ik verlost ben
van den dwang die mij ongelukkig maakte. De wreede beproeving, welke wij
moesten onderstaan, heeft ons toegelaten in elkanders hart te lezen. Na
zulke bekentenis hoef ik u niet te vragen, Dakerlia, of uwe ziel
dezelfde wenschen voedt als de mijne. Ik kan niet meer leven zonder u
te zien, zonder uwe stem te hooren, zonder mijn heil uit uwen zoeten
blik te putten. Vrienden als te voren kunnen wij niet meer zijn. Wij
moeten iets anders voor elkander worden. Stemt gij toe?"
Dakerlia wilde antwoorden; maar de spraak verstikte in hare keel en zij
begon overvloedig te weenen. Deze onverwachte vraag had haar zoodanig
ontsteld, dat zij wankelend tot haren zetel liep en met de handen voor
de oogen er zich op liet nedervallen. Maar de stilte die haar omringde
riep haar tot bewustzijn terug.
"Ach, Robrecht, Witta, vergeeft het mij!" kreet zij. "Er is een geluk
zoo eindeloos groot dat het ons verplettert. Komt, komt hier bij mij,
geeft mij de hand ... Laat mij ademhalen. Waarom stort de genadige God
... dus in eens over mij ... al de zaligheden van een gansch leven
uit?... Zoo, zit zoo nevens mij!"
"Bedaar toch, lieve Dakerlia", murmelde mher Sneloghe.
"Ach, hoe duister mijne hersens! Alles draait in mijn hoofd. Gij hebt
mij iets gevraagd, Robrecht. Zou ik wel begrepen hebben? Is het eene
begoocheling mijner zinnen?"
"Wilt gij mijne bruid worden?" vroeg de jonge ridder.
"Ik uwe bruid? Onmogelijk! Het is een droom!"
"Ja, ja, Dakerlia, het is de zoete droom onzer harten die zich
verwezenlijken gaat."
"Het zou waar zijn? Ik, Dakerlia, ik zou uwe echtgenoote worden? Ik zou
met u leven, u nimmer verlaten, uwe vreugde, uwe smarten deelen, nevens
uwe zijde staan tot aan het graf? Ach, ik kan aan zooveel geluk niet
gelooven!"
Robrecht nam de juweeldoos uit zijne tasch, opende ze en reikte de
jonkvrouw het kostbare halssnoer.
"Dakerlia", zeide hij, "gij weet tot welk einde mijne moeder op haar
sterfbed mij dit juweel heeft geschonken. Aanvaard het uit mijne hand."
De dwalende maagd greep het glinsterende snoer en drukte het aan hare
lippen en op haar hart, terwijl zij hijgend uitriep:
"Het is waar, het is waar, ik kan niet meer twijfelen! Hoe looft mijne
ziel, o, God! Aan mij dit pand, aan mij voor altijd!"
En Witta opnieuw in hare armen sluitende, begon zij te juichen van het
geluk dat hen allen wachtte, van de eeuwige vriendschap, van de
onverstoorbare liefde waarin zij te zamen zouden leven als in eenen
immer wolkenloozen hemel. Robrechts zuster en hij zelf voegden nu en dan
een woord bij hare verblindend schoone schildering der toekomst, maar
zij liet hun niet veel zeggen en kon geen oogenblik zwijgen, zoo zeer
gevoelde zij den dringenden nood tot uitstorting haars harten.
Robrecht stond op en zeide:
"Dakerlia, de zorg voor ons geluk dwingt mij u te verlaten. De dag zal
niet lang meer duren. Mijn oom moet weten wat er is geschied; uit mijnen
mond slechts mag hij vernemen aan wie ik nu mijne beloftegift heb
aangeboden. Vrees niet meer. Uw vader zal mijn besluit toejuichen. Ik
zal komen om mijnen plicht jegens hem te vervullen. Geene menschelijke
macht kan ons nog van elkander scheiden. Blijf met mijne goede
zuster.--Later zullen wij met meer bedaardheid doch met evenveel
blijdschap ons toekomend leven overwegen."
Hij drukte Dakerlia teederlijk de handen en terwijl de verrukte maagd
met tranende oogen zijnen naam liefdevol herhaalde, ging hij ter zaal
uit.
Hij stapte met haast door de Hoogstraat en richtte zich naar den Burg.
Hier vond hij zijne ooms Bertulf, den proost van St-Donaas, en Hacket,
den kastelein van Brugge, te zamen in eene kamer der proostdij. Zij
schenen tevreden en welgemoed.
"Ah, goeden dag, mijne lieve neef", riep Bertulf. "U zijn wij
dankbaarheid verschuldigd. Uwe opoffering heeft hare vruchten reeds
gedragen. Ik heb tijdingen van Yperen. Mher Van Woumen heeft ons bij den
graaf verdedigd en velen onzer vijanden tot zwijgen gebracht. Uw
huwelijk met de dochter van dien machtigen ridder is een onschatbaar
geluk voor ons en voor geheel Kerlingaland!"
"Mijn huwelijk? Mijn huwelijk is verbroken, heer proost", stamelde
Robrecht, die wel voorzag welken pijnlijken indruk deze tijding zou
doen.
"Verbroken? Uw huwelijk met jonkver Placida verbroken?" kreten zijne
beide ooms.
"Ja, onherroepelijk verbroken; jonkver Van Woumen zelve dwong mij tot
het terugnemen mijner beloftegift."
"Dan heeft het u aan moed of aan goeden wil gefaald", viel Bertulf
beschuldigend uit. "Ik heb het gevreesd!"
"Uwe vrees was onrechtvaardig en ongegrond, oom", wedervoer Robrecht met
stille fierheid. "Ik heb mij laten vernederen en honen met een geduld
dat aan lafheid grensde, alleenlijk om in mijn geweten de overtuiging te
hebben dat ik tot het einde mijnen plicht heb betracht, ten minste tot
zooverre de menschelijke krachten reiken. Deze overtuiging heb ik."
"Maar welke reden gaf dan mher Van Woumen tot zulk onverwacht besluit?"
vroeg de kastelein.
"Mher Rijkaard was niet tegenwoordig", antwoordde Robrecht. "Men had het
zoo geschikt dat ik mij alleen met jonkver Placida bevond. Zij brak onze
huwelijksbelofte, mij beschuldigende haar niet te beminnen en mijn hart
eene andere vrouw te hebben geschonken."
"Valsche uitvindingen onzer vijanden!" morde de oude Bertulf. "Hoe komt
het dat gij dien laster niet oogenblikkelijk hebt vernietigd?"
"Het was geen laster; ik kan niet liegen", antwoordde Robrecht. "Gij
vergeet, heer oom, dat ik u aangaande jonkver Dakerlia Wulf heb gezegd
..."
"Maar hadt gij mij niet beloofd aan deze neiging uws harten te
verzaken?"
"Inderdaad, en ik heb met oprechtheid en vasten wil deze belofte pogen
te vervullen. Sedert mijn eerste bezoek bij jonkver Placida heb ik
Dakerlia niet meer gezien; en ik wilde zelfs haren naam niet meer hooren
uitspreken. Ik had besloten mij op te offeren voor het heil van
Kerlingaland en, wat het mij ook moest kosten, ik zou de opoffering
trouw volvoerd hebben. Nu dank ik den barmhartiger God, die mij verlost
heeft van een pijnlijk leven; want, oom, men overwint zijn hart niet in
รฉรฉnen dag. Integendeel, de dwang doet het sluimerend gevoel tot eene
beheerschende drift ontvlammen, evenals de wind de smeulende kolen tot
een verterenden gloed aanblaast. Ik bemin Dakerlia Wulf uit al de
krachten mijner ziel ..."
"Zwijg, zwijg", onderbrak hem de oude Bertulf met spijt, "Wilt gij dan
de vijanden van Kerlingaland de zegepraal verzekeren? Ach, ik heb dit
ongeluk gevreesd van het oogenblik af dat de arglistige Tancmar in de
stad was verschenen!"
"Nu begrijp ik", zeide de kastelein, "waarom Rambold, Tancmars neef, zoo
vol vertrouwen overal verzekerde dat Robrechts huwelijk met jonkver Van
Woumen niet zou voltrokken worden. Hij wist het dus op voorhand!"
"Daarin misgrijpt zich mijn oom, de kastelein", zeide de jonge ridder.
"Het is te Rijssel dat het verbreken van onze huwelijksbelofte werd
besloten, en het is de hofraadsheer Tancmar met de Isegrims van 's
graven gevolg, die Placida's vader er toe hebben overgehaald. Hoe het
zij, ooms, nu het lot mij de vrijheid heeft teruggeschonken, moet ik het
u verklaren: ik bemin Dakerlia Wulf, en geene andere vrouw op aarde
wordt ooit mijne bruid!"
"Maar, maar het afbreken met jonkver Placida, met het machtige huis der
Van Woumen kan niet beslissend zijn", morde de proost, spijtig het hoofd
schuddende.
"Het is beslissend en onherroepelijk", bevestigde Robrecht.
"Wij zullen mher Van Woumen gaan spreken", zeide de kastelein. "Hij zal
erkennen dat hij de speelbal is van arglistige vijanden der Kerels en
dat men hem heeft bedrogen."
"Nutteloos, nutteloos", wedervoer Robrecht. "Wat men te Rijssel heeft
besloten zal men hier niet veranderen. Daarenboven, ik weiger volstrekt
alle nieuwe poging. Er is voor den man die zich zelven eerbiedigt een
grenspaal aan het geduld en aan de vrijwillige vernedering. Men verwijt
mij in sher Rijkaards Steen dat ik een Kerel ben. Welnu, deze Kerel
buigt het hoofd niet voor trotschaards die zijn geslacht misprijzen!"
"Het wordt duister in onze toekomst!" zuchtte de proost met mismoed. "Ik
had op onze verbintenis met het machtige geslacht der Van Woumens mijne
schoonste hoop gebouwd. Tancmar zegeviert alweder over al mijne
berekeningen, over al mijne moeite! Nu zal Rijkaard Van Woumen ons zeker
een onverzoenbare vijand worden?"
"Toch niet, heer oom", antwoordde Robrecht. "Men heeft jonkver Placida
doen veinzen dat zij dit huwelijk door eigene beweging verbreekt, om ons
geene redenen tot vijandschap tegen mher Van Woumen te geven. Placida
heeft mij zelfs verzekerd dat haar vader u zal komen spreken om zich bij
u te verschoonen."
"Maar is het zoo, mijn neef, laat mij nog eene poging bij hem
beproeven."
"Neen, neen, oom, ik heb u gehoorzaamd en mijnen plicht gedaan. Nu wil
ik van dit huwelijk niet meer hooren en ik bevestig het u nog eens:
Dakerlia Wulf wordt mijne bruid!"
"Eilaas, kan het anders niet!... Wij zullen zien nochtans."
"Ik heb haar reeds mijne beloftegift aangeboden."
"Hoe? wat zegt gij? En zij heeft ze aanvaard?"
Mher Sneloghe knikte bevestigend.
"Alles, alles mislukt ons!" klaagde de oude Bertulf. "Er drijft een
onweder boven onze hoofden te zamen. Wanneer zal het losbarsten? Ik weet
het niet. Misschien is het nog af te keeren, ondanks wederwaardigheid en
tegenspoed. Voorzichtig moeten wij zijn en waakzaam als de zeeman die
zijn schip door golven en klippen in de haven hoopt te brengen. Daarom,
Robrecht, beloof mij dat gij uw voornemen om Dakerlia Wulf tot bruid te
nemen niet openbaar zult maken voordat ik mher Van Woumen heb
gesproken."
"Uwe hoop is ijdel, heer oom: ik blijf onplooibaar in mijn besluit."
"Beloof mij dat gij het evenwel nog eenige dagen zult geheimhouden."
"Daarin ben ik bereid mij volgens uwen wensch te gedragen."
De kletterende stappen van een dravend paard hergalmden tot in de zaal.
"Daar is nu onze neef Burchard!" zuchtte de proost ontevreden. "Wat zal
dien onbedwingbare woestaard ons te melden hebben?"
Hij had deze woorden niet geheel geรซindigd, toen Burchard binnentrad en
zijne ooms en Robrecht met eenen glimlach groette.
De reusachtige Kerel liet zich op eenen stoel vallen en zeide vroolijk:
"Ha, ik breng goede tijding."
"Zoo! het is een wonder", mompelde de kastelein.
"Ja; ik ben te Oudenburg, te Ghistel, te Moere en in de omstreken
geweest. Gij hadt moeten zien en hooren hoe de Kerels daar om wraak
riepen en naar eenen onmiddellijken oorlog wenschten, zoohaast ik hun
had gezegd dat de Isegrims zich bereiden om hun den balfaart op te
dringen. Zij zijn moedig, onze Kerels der Ambachten; zij snakken naar
het oogenblik dat het hun toegelaten worde de burchten der Isegrims af
te branden en te verdelgen tot in den grond. Laat onze vijanden maar
komen! Al stond de graaf zelf aan hun hoofd, geen enkele zal levend
terugkeeren uit Kerlingaland!"
"En gij noemt dit eene goede tijding?" schertste de kastelein. "Beter en
wijzer ware het dat gij u stilhieldet. Wij hebben moeite genoeg om den
landsvrede in de Ambachten te doen eerbiedigen. Door uwe roekeloosheid
zult gij den graaf aandrijven om den raad onzer vijanden te volgen."
"Zoo, zoo! Meer zou het u behagen misschien dat ik u kwame zeggen: de
Kerels hebben den moed verloren en zullen als lafaards met het hoofd in
den schoot de slavernij aanvaarden? Gij gelooft dat alles met
lijdzaamheid en geduld te winnen is? Gij zult het zien. Laat den boog
maar plooien, altijd plooien, en als het oogenblik komt dat gij hem moet
gebruiken zal hij zijne laatste veerkracht verloren hebben. Wat mij
betreft, liever breken: anderen breken of zelf breken; maar niet
laffelijk buigen, als waren wij vreesachtige vrouwen! Ha, was ik
meester!"
"Gij zoudt onfeilbaar ons de ongelukken op den hals halen die wij reeds
zoolang door voorzichtigheid hebben afgeweerd", bemerkte de kastelein.
"Met wijsheid kunnen wij misschien Kerlingaland beslissend tegen de
aanslagen onzer vijanden behoeden."
"Ja, ja, mijne ooms, gij zijt de verduldigheid zelve", lachte Burchard.
"Blijft maar op den edelmoed der Isegrims hopen, en den eenen of anderen
dag zullen de Kerels ontwaken met de keten der slavernij aan de beenen.
Gij zult verwonderd staan, woedend worden misschien; maar dan zal uw
beschuldigend geweten u toeroepen: te laat! te laat!"
"Burchard heeft gelijk!" riep Robrecht Sneloghe met eene uitdrukking van
verontwaardiging. "Wij zijn te lijdzaam; men zal haast gaan denken dat
de Kerels niets dan melk in de aderen hebben!..."
"Gij ook, mijn neef!" viel de proost half spottend hem in de rede. "Hoe
laat gij u toch zoo spoedig verleiden door de grootspraak van Burchard?
Het zijn al dwaasheden die hij uitkraamt. Wij zullen wachten en
voorzichtig toezien totdat de graaf van het leger zij teruggekeerd.
Zoolang de vorst afwezig blijft, hebben wij niets te vreezen. Wij kunnen
zijne eindelijke beslissing niet vooruitzien. Zouden wij door
gewelddadigheid hem redenen geven tot wettige verbittering tegen ons?"
"Welnu, ooms, blijf bij uw gevoelen", zeide Burchard. "De toekomst zal
bewijzen wie er gelijk had."
De hand tot Robrecht reikende, sprak hij:
"Ha, mher Sneloghe, laat mij toe u geluk te wenschen over uw schitterend
huwelijk met jonkver Van Woumen."
"Mijn huwelijk is verbroken", antwoordde de jonge ridder. "Gij schudt
het hoofd en gelooft mij niet, Burchard? Placida heeft mij mijne
beloftegift teruggegeven."
"Doemenis, ik heb gedacht dat het zoo zou eindigen!" kreet Burchard met
plotselijke woede. "Waar een Tancmar omtrent kan mag een Erembald zich
aan hoon of onheil verwachten. Gij zijt het slachtoffer eener snoode
kuiperij, Robrecht. Misschien wist gij het niet; maar Ghyselbrecht
Tancmar heeft insgelijks naar de hand van jonkver Placida gestaan. Van
daar komt u deze vernedering."
"Inderdaad, het is op den raad van mher Tancmar dat de huwelijksbelofte
werd verbroken."
"Dien hatelijken Ghyselbrecht zal ik wel vinden", gromde Burchard. "Wees
zeker, hij zal sterven door mijne handen!"
"Bah, bah, het is altijd hetzelfde met u", schertste de kastelein.
"Ik zal hem vermoorden zeg ik u!" bulderde Burchard. "De tijd der wraak
zal wel eens verschijnen. Rust zal ik toch in mijn leven niet meer
vinden voordat ik den laatste dezer booze Tancmars het hoofd gekloofd
hebbe!"
"Gij spreekt als een redelooze woestaard", bemerkte de proost. "Al wat
men uit uwen mond hoort is vermoorden, verdelgen, verpletteren. Wat
recht hebben wij om over onze vijanden te klagen indien wij wreeder,
boozer en gewelddadiger zijn dan zij?
Indien gij zoo blijft voortgaan, zult gij ons groote onheilen op den
hals halen en, wat het ergste is, wij zullen ze verdiend hebben."
"Gij hoeft over het verbreken mijner huwelijksbelofte geene wraak te
zoeken", zeide Robrecht. "Is Ghyselbrecht Tancmar er de oorzaak van, ik
ben hem zeer dankbaar; want hij heeft mij eenen onschatbaren dienst
bewezen en mij gelukkig gemaakt."
Burchard zweeg eene wijl en zeide dan eensklaps, zich met de hand op het
voorhoofd slaande:
"Ik ging het vergeten; maar de nieuwe snoodheid der Tancmars doet er mij
aan denken. Het is eene zaak die mij geheel persoonlijk is en dus
niemand anders aangaat; maar ik wilde er u van spreken om u niet te
laten denken dat ik ze met inzicht u heb verzwegen."
"Wat zal het nu weder zijn?" mompelde de proost met kommer.
"Gij weet het niet", ging Burchard voort. "Sedert het laatste bezoek van
den graaf te Brugge, is Rambold Tancmar met zijnen vader den burcht te
Straten komen bewonen. Daar stak iets achter dat zich welhaast zou
openbaren. Men moest mij honen en mij tergen. Terwijl ik naar Rodenburg
was gegaan, om mijnen vader te bezoeken, is Rambold Tancmar met vele
werklieden te Bethferkerke verschenen en heeft begonnen den grond die
mij ten onrechte wordt betwist, met paalwerk te omsluiten. Mijne
gezellen wilden zich tegen die aanmatiging verzetten, maar zij werden
mishandeld en moesten onderdoen voor de overmacht, bovenal omdat ik hun
wel strengelijk had verboden zich tot geweldige twisten met Tancmars
lieden te laten verlokken. Gij weet dat ik een zoontje van mijn zuster
zaliger met mij te Bethferkerke heb. Een onnoozel kind van veertien
jaar, met Kerlenbloed in de aderen toch; want hij weerstond het langste
aan Tancmars lieden. Men heeft den kleinen Eric zoo onmenschelijk
geslagen, dat hij er van te bedde ligt."
"Laffe wreedheid!" riep Robrecht. "Ha, gij hebt het arme kind gewroken,
niet waar?"
"Hemel! en wat hebt gij gedaan?" zuchtten terzelfder tijd de proost en
de kastelein.
"Gij gelooft", antwoordde Burchard, "dat ik ginder te Straten al
degenen verpletterd heb die zich met de zaak hadden bemoeid. Ik beken
dat het gedurende een geheel uur mijn voornemen was, maar ik heb het
gelaten uit ontzag voor u, mijne ooms."
"Ah, God dank!" riep de proost. "Gij deedt mij beven van schrik."
"En gij hebt van alle wraak afgezien?" vroeg Robrecht Sneloghe
verwonderd.
"Ik heb eenvoudig Tancmars lieden verjaagd, het paalwerk omvergeworpen,
opnieuw bezit van mijn land genomen, er een twintigtal gewapende
gezellen op gesteld en Rambold Tancmar eenen bode gestuurd om hem te
zeggen dat ik voortaan mijn eigendom met geweld zal verdedigen."
"Gij hebt wel gedaan", zeide Robrecht.
"Maar dit is eene oorlogsverklaring!" riep de kastelein.
"Welnu, Rambold mag het nemen zooals hij wil: ik ben bereid."
Er heerschte eene wijl stilte. Wat Burchard had gezegd, vervulde
zichtbaar zijne beide ooms met vrees.
"Eilaas! En wat heeft Rambold Tancmar geantwoord?" vroeg Bertulf.
"Niets; ik heb van hem niets meer gehoord. Gij ziet wel, heer proost,
dat er met lankmoedigheid niets is te winnen. Eene enkele stoute daad
brengt deze in schijn zoo trotsche Isegrims tot zwijgen."
"Het is onnatuurlijk; daar moet eene list onder verborgen liggen",
bemerkte de kastelein.
"Die Tancmars zijn voor ons ongeluk geboren", morde de proost. "Zij
zoeken met eene helsche spitsvondigheid alle gelegenheden op om ons tot
ongeduld en geweld te drijven. Die gelegenheid hebben zij nu gevonden.
Gij meent dat zij ze zullen verzuimen of laten ontsnappen? Gij verlaat
uw landgoed te Bethferkerke alsof gij den terugkeer van Rambold
onmogelijk geloofdet!"
"Mijn eigendom is goed bewaard", zeide Burchard met fieren glimlach. "Ik
vrees Rambold Tancmar niet meer."
"Maar indien hij met overmacht komt? Wat is twintig man? De ondadigheid
You have read 1 text from Dutch literature.
Next - De Kerels van Vlaanderen - 10
  • Parts
  • De Kerels van Vlaanderen - 01
    Total number of words is 4450
    Total number of unique words is 1528
    47.6 of words are in the 2000 most common words
    66.4 of words are in the 5000 most common words
    73.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 02
    Total number of words is 4457
    Total number of unique words is 1527
    48.9 of words are in the 2000 most common words
    65.2 of words are in the 5000 most common words
    72.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 03
    Total number of words is 4447
    Total number of unique words is 1387
    47.4 of words are in the 2000 most common words
    65.8 of words are in the 5000 most common words
    73.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 04
    Total number of words is 4433
    Total number of unique words is 1461
    48.8 of words are in the 2000 most common words
    66.8 of words are in the 5000 most common words
    75.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 05
    Total number of words is 4438
    Total number of unique words is 1311
    50.6 of words are in the 2000 most common words
    69.9 of words are in the 5000 most common words
    78.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 06
    Total number of words is 4426
    Total number of unique words is 1435
    49.0 of words are in the 2000 most common words
    66.8 of words are in the 5000 most common words
    74.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 07
    Total number of words is 4475
    Total number of unique words is 1394
    46.9 of words are in the 2000 most common words
    65.8 of words are in the 5000 most common words
    74.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 08
    Total number of words is 4493
    Total number of unique words is 1373
    50.0 of words are in the 2000 most common words
    67.3 of words are in the 5000 most common words
    76.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 09
    Total number of words is 4440
    Total number of unique words is 1282
    51.4 of words are in the 2000 most common words
    69.9 of words are in the 5000 most common words
    78.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 10
    Total number of words is 4452
    Total number of unique words is 1554
    44.1 of words are in the 2000 most common words
    62.3 of words are in the 5000 most common words
    70.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 11
    Total number of words is 4464
    Total number of unique words is 1476
    47.1 of words are in the 2000 most common words
    65.4 of words are in the 5000 most common words
    72.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 12
    Total number of words is 4485
    Total number of unique words is 1390
    48.1 of words are in the 2000 most common words
    64.4 of words are in the 5000 most common words
    73.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 13
    Total number of words is 4442
    Total number of unique words is 1396
    48.3 of words are in the 2000 most common words
    66.2 of words are in the 5000 most common words
    74.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 14
    Total number of words is 4494
    Total number of unique words is 1399
    48.2 of words are in the 2000 most common words
    66.0 of words are in the 5000 most common words
    74.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 15
    Total number of words is 4418
    Total number of unique words is 1334
    50.2 of words are in the 2000 most common words
    68.9 of words are in the 5000 most common words
    78.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 16
    Total number of words is 4402
    Total number of unique words is 1493
    42.6 of words are in the 2000 most common words
    60.4 of words are in the 5000 most common words
    68.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 17
    Total number of words is 4459
    Total number of unique words is 1395
    50.3 of words are in the 2000 most common words
    68.3 of words are in the 5000 most common words
    75.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 18
    Total number of words is 4502
    Total number of unique words is 1311
    52.0 of words are in the 2000 most common words
    68.5 of words are in the 5000 most common words
    77.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 19
    Total number of words is 4524
    Total number of unique words is 1444
    47.3 of words are in the 2000 most common words
    67.1 of words are in the 5000 most common words
    73.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 20
    Total number of words is 4439
    Total number of unique words is 1378
    48.5 of words are in the 2000 most common words
    65.3 of words are in the 5000 most common words
    74.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 21
    Total number of words is 4520
    Total number of unique words is 1387
    48.3 of words are in the 2000 most common words
    65.6 of words are in the 5000 most common words
    74.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 22
    Total number of words is 4491
    Total number of unique words is 1349
    49.3 of words are in the 2000 most common words
    66.7 of words are in the 5000 most common words
    75.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 23
    Total number of words is 4485
    Total number of unique words is 1427
    46.8 of words are in the 2000 most common words
    63.4 of words are in the 5000 most common words
    70.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 24
    Total number of words is 4477
    Total number of unique words is 1329
    49.7 of words are in the 2000 most common words
    67.7 of words are in the 5000 most common words
    75.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 25
    Total number of words is 4492
    Total number of unique words is 1372
    48.8 of words are in the 2000 most common words
    67.6 of words are in the 5000 most common words
    75.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 26
    Total number of words is 4463
    Total number of unique words is 1429
    48.6 of words are in the 2000 most common words
    66.3 of words are in the 5000 most common words
    75.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 27
    Total number of words is 4466
    Total number of unique words is 1448
    46.0 of words are in the 2000 most common words
    62.7 of words are in the 5000 most common words
    71.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 28
    Total number of words is 4445
    Total number of unique words is 1379
    47.4 of words are in the 2000 most common words
    66.1 of words are in the 5000 most common words
    74.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 29
    Total number of words is 4563
    Total number of unique words is 1320
    49.3 of words are in the 2000 most common words
    66.8 of words are in the 5000 most common words
    75.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 30
    Total number of words is 4490
    Total number of unique words is 1375
    49.6 of words are in the 2000 most common words
    68.3 of words are in the 5000 most common words
    76.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 31
    Total number of words is 4481
    Total number of unique words is 1440
    47.2 of words are in the 2000 most common words
    65.7 of words are in the 5000 most common words
    73.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 32
    Total number of words is 4492
    Total number of unique words is 1476
    46.2 of words are in the 2000 most common words
    64.1 of words are in the 5000 most common words
    72.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 33
    Total number of words is 4441
    Total number of unique words is 1413
    45.5 of words are in the 2000 most common words
    64.5 of words are in the 5000 most common words
    72.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 34
    Total number of words is 4476
    Total number of unique words is 1394
    47.5 of words are in the 2000 most common words
    67.8 of words are in the 5000 most common words
    75.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 35
    Total number of words is 4549
    Total number of unique words is 1370
    46.1 of words are in the 2000 most common words
    62.7 of words are in the 5000 most common words
    71.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 36
    Total number of words is 4452
    Total number of unique words is 1428
    48.0 of words are in the 2000 most common words
    67.6 of words are in the 5000 most common words
    75.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 37
    Total number of words is 4444
    Total number of unique words is 1319
    49.8 of words are in the 2000 most common words
    68.5 of words are in the 5000 most common words
    77.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 38
    Total number of words is 3206
    Total number of unique words is 1273
    43.6 of words are in the 2000 most common words
    58.5 of words are in the 5000 most common words
    65.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.