De Kerels van Vlaanderen - 08

Total number of words is 4493
Total number of unique words is 1373
50.0 of words are in the 2000 most common words
67.3 of words are in the 5000 most common words
76.4 of words are in the 8000 most common words
Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
"Inderdaad", bevestigde Gervaas, "er moet en er zal een einde aan den
overmoed der Kerels gesteld worden; maar wie een doel beoogt aanvaarde
de middelen om het te bereiken. Ik ben van gevoelen dat men de gevangen
Kerel in vrijheid moet laten gaan. Is hij plichtig, de Keurmans van zijn
Ambacht zullen hem oordeelen."
"Maar zijt gij zinneloos, mijn goede heer Van Praet?" riep de graaf.
"Zal uwe zwakheid mij niet een voorwerp van spot maken in de oogen der
hoogmoedige Kerels zelven? is de moordenaar, volgens de wetten der
Ambachten, niet voor zijne misdaad strafbaar, hij is toch schuldig van
oneerbiedigheid jegens mijnen persoon en van openbaren opstand tegen
mijnen wil."
"Ja, heer graaf, en hij verdient den dood; maar het groote doel,
waarnaar onze plicht als ridders ons oplegt te streven, eischt dat wij
voor alsnu dit doel niet in gevaar brengen door eene afzonderlijke wraak
op eenen enkelen persoon te plegen."
De ouden Frumold, wiens woord de graaf gewoon was aan te hooren, stond
op en sprak:
"Heer vorst, ik weet een middel waardoor niet alleen uwe overheid tegen
alle schennis zal gewaarborgd blijven, maar deze droeve zaak nog ter
uwer meerdere eere zal worden geรซindigd. Laat den Kerel u verschooning
en vergiffenis vragen, omdat hij op zulken dag en in uwe
tegenwoordigheid wraak pleegde, en schenk hem dan door eigene beweging
de vrijheid. Men zal deze daad onthalen als eene hulde aan het recht,
zoolang dit recht bestaat, en men zal u roemen als een grootmoedig
vorst."
Velen, over dezen wijzen vond verwonderd en verblijd, knikten
bevestigend.
"Maar zal de hardnekkige Blauwvoet zich wel voor den graaf willen
vernederen?" vroeg Tancmar. "Ik twijfel er aan. De Kerels buigen niet;
men moet ze breken."
"De heer graaf late mij toe het te beproeven", sprak de oude Frumold.
"Met goedheid kan men veel van de Kerels bekomen."
"Nu, ga, en beproef het", beval de vorst. "Mij bedroeft en verveelt die
zaak uitermate. Later zal men weten wie ik ben!"
Frumold verliet de zaal en zocht naar den kastelein Hacket. Hij vond hem
onder de Loove, met de kommervolle oogen naar het gijselhuis gericht,
waar eene gansche schaar Kerels, hetzij staande, hetzij ten gronde
zittende, afwachtte wat men in het paleis aangaande hunnen gevangen
vriend zou beslissen.
"Heer kastelein", sprak hij, "gelief mij te volgen; ik heb u iets
belangrijks mede te deelen."
Hij leidde hem eenige stappen verre op het binnenplein, hield hem dan
staan en zeide hem dat de graaf den gevangen Kerel in vrijheid zou laten
gaan op voorwaarde dat deze hem verschooning vroege, niet aangaande het
feit van den doodslag zelven, maar nopens den tijd en de plaats waarop
de wraakneming was geschied.
Alhoewel de kastelein sterk twijfelde of Arnulf, dien hij kende als een
vastberaden man zonder vrees, wel tot zulk iets kon toestemmen, beloofde
hij al het mogelijke aan te wenden om hem er toe over te halen.
Hij riep vijf of zes wapenmannen tot zich en richtte zich naar het
Gijselhuis waar hij, om de onrustige Kerels te stillen, verplicht was
hun te zeggen dat hun vriend waarschijnlijk binnen een half uur zijne
vrijheid zou terugbekomen.
Deze aankondiging werd door een algemeen gejuich van blijdschap begroet.
Om meerdere kans tot welgelukken zijner zending te hebben, verzocht de
kastelein de weenende vrouw en twee kinderen van Arnulf hem in de
gevangenis te volgen.
De oude Frumold bleef te midden van het plein staan, afwachtende wat de
uitslag van des kasteleins poging zou zijn.
Het duurde niet zeer lang of een vreugdekreet ontsnapte hem; want hij
zag den kastelein met den Kerel uit het Gijselhuis komen. De laatste
moest dus toegestemd hebben tot het afsmeeken van des graven
vergiffenis.
Al de verzamelde Kerels vergezelden hunnen makker tot voor de Loove, en
begroetten hem en moedigden hem aan totdat hij onder de poort van het
paleis verdween. Eenigen der stoutsten volgden hem zelfs tot binnen het
hof.
De kastelein verscheen met zijnen gevangene bij den ingang der raadzaal
en wachtte daar een verder bevel.
"Treed nader!" gebood de vorst.
Met eene diepe buiging doch met helderen, onbevreesden blik stapte de
Kerel vooruit.
"Men heeft ons gemeld dat gij ons vergiffenis wilt vragen en onze
grootmoedigheid afsmeeken", zeide de graaf. "Is dit waar, zoo spreek!"
"Wie schuldig is, vraagt vergiffenis", antwoordde Arnulf. "Ik heb mijnen
plicht gedaan."
"Versteende trotschaard!" gromde de vorst, van ongeduld ter tafel
slaande.
"Gelief mij te hooren, heer graaf", hernam de Kerel, even onbewogen,
"Toen ik eerst op de Markt den moordenaar mijns broeders meende te
herkennen, zeide ik tot mijne vrouw dat deze ontmoeting, op zulken dag
en in uwe tegenwoordigheid, een ongeluk zou zijn, hetwelk ik diep zou
betreuren. Het heeft mij leed gedaan, heer graaf, door het vervullen van
eenen onverbiddelijken plicht de plechtigheid uwer blijde intrede te
hebben gestoord. Het grieft mij nog en ik smeek u, aangaande deze
omstandigheid, die onafhankelijk was van mijnen wil, mij uwe
grootmoedige verschooning te gunnen."
"Het is wel", sprak de graaf, in schijn tevreden over deze ootmoedige
woorden, die hem gelegenheid gaven om uit den neteligen toestand te
geraken, "Ik schenk u vergiffenis; ga in vrijheid en in vrede!"
Onmiddellijk verhief zich een gejuich dat door gangen en zalen voortliep
en welhaast tot op het middenplein hergalmde.
Meer nog werden de Kerels met blijdschap vervuld toen Arnulf buiten kwam
en zijne vrouw en kinderen omhelsde. Een schallend triumfkreet bonsde
tegen de muren van het paleis; en de vorst kon van in de raadzaal hooren
hoe daarbuiten hem ten lof wel twintigmaal opnieuw de schreeuw: "Heil
onze vorst! Leve de graaf van Vlaanderen!" werd aangeheven.
Dit gejuich deed den proost van St-Donaas en eenigen zijner vrienden,
die met groote bekommerdheid in de proostdij den loop der zaak
afwachtten, buiten komen. Met teekens van blijdschap liep de kastelein
tot hen en vertelde hun hoe deze erge zaak gelukkig was afgeloopen.
Allen betuigden hunne tevredenheid en drukten elkaar de handen; want zij
hadden zich zelven niet ontveinsd dat de gramschap des graven de
vijanden der Kerels in de hand kon werken, ja, zij hadden zelfs gevreesd
dat zij het sein tot eene erge en noodlottige vervolging kon worden.
Hunne vrees was geheel ongegrond geweest, meenden zij; want indien de
vorst den Kerel in vrijheid liet gaan, dit was wel een bewijs dat hij
niet voornemens was de wetten van Kerlingaland te veranderen, aangezien
hij nu daartoe eene schijnbare reden had, en deze niet gebruikte.
Diensvolgens waren de kwaadvoorspellende berichten, die Isaac Van
Reninghe aangaande de vermoedelijke inzichten des graven hun had
gebracht, van allen grond ontbloot.
De kastelein noodigde hen uit om op dezen verblijdenden uitslag eener
dreigende zaak met hem eenen beker Cyperwijn te gaan ledigen.
Allen volgden hem in den Steen.

VOETNOTEN:
[Voetnoot 30: "De Kerels droegen het haar kort en den baard lang ... de
ridders droegen het haar lang en schoren hunne kin."
_Ann. du Com. fl. de Fr.,_ tome VIII, pag. 68.]
[Voetnoot 31: Zie daarover VICTOR DE RODE, pag. 147.]
[Voetnoot 32: Het woord _Ambacht_ is later te zamen getrokken tot_Ambt_
en in het Duitsch tot _Amt._ Zie J. CRIMM, _Worterbuch_ bij _Amt._
LAPPENBERG, _Geschichte von Engeland_, t. I. pag. 583, zegt: "Tot de
oudste districts-benamingen, die het Engelsche _Shire_ voorafgingen,
behoorde nog _maegthe_, een land, dat de leden van een geslacht of van
ene _maegschap_, gelijk zij in den oorlog te zamen gestreden en veroverd
hadden, ook in den vrede te zamen bezaten."
Dan zal wel het woord Ambacht niets zijn dan het oud-Saksische _maegt_,
met het samenvoegend voorzetsel _an_ of _am_, dus _Ammaegt,_ waarvan
_Ambacht_.]
[Voetnoot 33: _Harop, Harop,_ voces Belgicae quae et clamorem ob crimen
perpetram, DUCANCE, _Gloss._
"Convictus ex _dousslach et harop_ emendabit comiti III libras"
_Keure van Veurne van 1240._]
[Voetnoot 34: "Van eenen min begrijpelijken aard was de wederzijdsche
verantwoordelijkheid der leden van eene maagschap (_de mageborge,
maegburh_), dat voornamelijk de verplichting begreep tot het wreken der
moorden, de bescherming der weezen, enz."
LAPPENBERG, _Geschichte von Engeland_, vertaald door Thorpe. t. II, pag.
332.]
[Voetnoot 35: _Keurmans, Keurlieden, Keurheers_, waren bij de Kerels de
bestierders en rechters, die door _Keure_ of kiezing werden aangesteld.]


V

Dakerlia Wulf, de schoone Kerlinne, zat in haars vaders Steen, bij een
venster, met een borduurwerk op den schoot.
Wel hing nog de gulden draad aan hare vingeren, doch de naald was haar
ontglipt. Zij arbeidde niet en scheen geheel verslonden in diepe
gepeinzen. Haar gelaat was bleek en de droefheid had nevens hare wangen
eenen lichten rimpel geplooid.
Nu en dan ontsnapte haar een zucht en murmelde zij eenige afgebrokene
woorden, waartusschen de namen van Placida en Robrecht alleen met eenige
duidelijkheid waren uitgesproken; maar die namen, als stonden zij tegen
haren wil op haren mond, deden haar telkens spijtig het hoofd schudden,
en dan slechts verroerden hare leden met eene korte doch krachtige
beweging van ongeduld.
Langen tijd was zij weder in stille mijmering bedolven gebleven toen de
deur der kamer werd geopend en eene jonge maagd met uitgestrekte armen
tot haar kwam.
Zij stond op en zeide na eene blijde omhelzing:
"Ach, Witta lief, hoevele uren wacht ik reeds op u! Allerlei angstvolle
gedachten bestormen mij. Ik vreesde dat gij ziek geworden waart.
Gisteren heb ik u van den gansenen dag niet gezien, en nu is het reeds
middag!"
"Veel bezigheid ... een onverwacht geval hield mij terug, Dakerlia",
antwoordde jonkver Sneloghe, als aarzelde zij om eene klaardere
uitlegging te geven. "Maar laat ons nederzitten en spreken wij van u,
vriendinne. Hoe gaat het heden met u?"
"Wel genoeg, gij ziet het."
"Nog zoo bleek! Gij hebt alweder geweend!" bemerkte Witta verwijtend.
"Gij bedriegt u", zeide Dakerlia met eenen pijnlijken glimlach, "ik heb
niet geweend; maar droef was ik toch onuitsprekelijk. De mensch,
vriendinne, is zoo zwak in den strijd tegen zijn eigen hart!"
"Maar, Dakerlia, gij moet verduldig u onderwerpen aan het lot. Zoudt
gij dus jaren lang gaan treuren over iets dat niet te veranderen is?"
"Neen, neen, niet jaren, niet maanden. Een ongeluk dat nog moet komen
verschrikt ons en ontrooft ons allen moed; een ongeluk dat geheel en al
onwederroepelijk is volbracht, geeft ons kracht en moed terug ..."
En zij voegde daarbij op den toon der diepste wanhoop:
"Eilaas, nog drie weken, eene eeuw van smart en angst!"
Witta greep hare hand en zeide troostend:
"Kom, vriendinne, wees redelijk. Gij weet dat ik even droef ben als gij.
Het zoet en vroolijk leven dat wij sedert onze kindsheid te zamen
genoten, is voor altijd verloren. Ik zit nu alleen, immer alleen in
mijne kamer ... maar, hoe het zij, er is niets aan te doen. Wees gij
insgelijks verduldig, Dakerlia, anders zult gij u zeker ernstig ziek
maken, en hoe ongelukkig zou dan uw arme vader niet zijn, indien hij
zijn eenig kind zag verkwijnen? Eergisteren toen ik u verlaten had,
sprak hij mij over uwe onpasselijkheid met de tranen in de oogen. Hij
wilde van mij weten wat toch de reden van uw onbegrijpelijk verdriet kon
zijn; maar ik heb ze hem niet durven openbaren ..."
"Ik zelve heb ze hem geopenbaard, Witta."
"Gij hebt de reden uwer smart hem bekend?"
"Ja, geheel en zonder de minste terughouding."
"Zoo? en wat heeft hij gezegd, Dakerlia?"
"Het heeft hem verblijd; hij heeft met mijn verdriet gelachen."
"Dit kan ik niet gelooven! Uw vader bemint u te veel om bij uw lijden
ongevoelig te blijven."
"Het is te begrijpen, Witta. Hij vreesde dat eene erge ziekte mij
bedreigde en was daarom, uit liefde tot mij, zeer bekommerd; maar nu hij
weet wat mij ontstelt, is hij geheel gerust. Liefdezaken? Men sterft
daar niet van, zegt hij."
"Hij heeft gelijk, meen ik, Dakerlia."
"Ik heb hem niet tegengesproken; het hadde hem te veel leed gedaan!"
zeide jonkver Wulf op zonderlingen toon.
Robrechts zuster aanschouwde haar verschrikt en murmelde: "O, Hemel,
Dakerlia, gij, die zoo sterk zijt, gelooft gij inderdaad, dat men van
zulk verdriet kan sterven?"
Jonkver Wulf legde zich de hand op het hart, terwijl zij eenen klagenden
blik ten hemel stuurde.
"De sterkste zielen", zeide zij, "lijden het wreedelijkst, omdat zij
dieper gevoelen en niet zoo spoedig onder het gewicht der smart
ontspannen. Maar wees om mij niet bekommerd, Witta. Nog drie weken!
Wanneer dan alles onherroepelijk is volbracht, zal ik de kracht vinden
om mij in de uitspraak van het lot te getroosten."
Er heerschte eene wijl stilte. Dakerlia zag hare vriendin in de oogen en
scheen iets te vragen, doch daar zij geen antwoord bekwam, zuchtte zij:
"Kom, Witta, spreek mij toch van hem. Hoe gaat het met hem?"
"Tamelijk wel. Hij aanvaardt verduldig het lot."
"Ja, hij is man, Witta; de mannen zijn niet, als wij, slaven van het
hart. Hij heeft het gezegd: Placida is schoon; hij zal hopen haar te
beminnen en hij zal er in gelukken. De arme Dakerlia zal vergeten
worden, zooals het behoort ... en ze zal verkwijnen misschien in den
harden, nutteloozen strijd om te kunnen vergeten!"
Zij sloeg zich de handen voor het aangezicht en verborg dus de tranen
die haar in de oogen schoten.
"Gij zijt onrechtvardig, Dakerlia", morde Robrechts zuster verwijtend.
"Mijn arme broeder is treuriger nog dan gij."
"Ja, troost mij", antwoordde Dakerlia met droeve scherts. "Het is soms
edelmoedig bedrukte lieden te bedriegen. Gisteren heb ik den ganschen
dag nutteloos op u gewacht, gehoopt, gebeefd geleden; maar gij hadt
niets mij te zeggen ... en zoo zal het in de toekomst gaan. Tusschen u
en mij en uwen broeder zal het lot eenen afgrond delven; en zij die aan
de eene zijde van de kolk staan, zullen voor immer vergeten wie er aan
de andere zijde treurt en verkwijnt."
"Mijn broeder heeft mij gebeden hier van hem nooit te spreken", zeide
Witta, "en ik gevoel wel dat de plicht mij het insgelijks gebiedt: maar
uw bitter lijden, Dakerlia, uwe sombere wanhoop, die ik wel doorgrond,
dwingen mij tot zondige onbescheidenheid."
"O, spreek, spreek uit medelijden!" smeekte jonkver Wulf.
"Welnu, hoor dus wat ik u meende te verzwijgen. Mijn broeder heeft, met
vele andere ridders, onzen heer graaf uitgeleide gedaan tot Yperen, en
is daar zelfs gebleven tot des vorsten vertrek naar het leger.
Gisterenmorgen, bij zijne terugkomst, moest mijn broeder onmiddellijk
naar Placida Van Woumen gaan. Het was zijn plicht, en ik raadde hem aan
dien te vervullen. Hij was zoo ontmoedigd en zoo treurig, dat hij op
zijne kamer is gegaan en langen tijd daar in eenzaamheid bleef zitten.
Dan heeft hij eenen bode naar sher Rijkaards Steen gezonden om jonkver
Placida te melden dat hij onpasselijk was en niet kon uitgaan.
Inderdaad, hij is den ganschen dag te bed gebleven. Ik was zeer angstig
bij de gedachte dat eene erge ziekte hem bedreigde ..."
"Ziek? hij ziek? O hemel!" kreet Dakerlia met den glimlach der
blijdschap op de lippen en tevens den strakken blik der verschriktheid
in de oogen.
"Ik geloofde dat eene zware ziekte hem had overvallen", hernam Witta.
"Verre in den avond, toen hij hoorbaar sliep ging ik vol kommer nevens
zijn bed zitten, om te waken en bidden. Hij heeft gedroomd, luidop
gedroomd. Wat hij zeide verstond ik niet; maar van tijd tot tijd zweefde
uw naam Dakerlia op zijne lippen, en dan lachte hij zoo zoet in zijnen
slaap, dat mij het hart van ontroering klopte. Ook morde hij wel eens
den naam van jonkver Placida, en dan trok zijn mond tot eenen grijns van
smart te zamen en zwoegde zijne borst en stak hij de handen vooruit als
om iets te verwijderen dat hem verschrikte ..."
Dakerlia slaakte eenen blijden kreet.
"Ach, dank! dank!" zuchtte zij. "Zulke woorden alleen kunnen mijne smart
verlichten."
"Blijf bedaard, vriendinne", zeide Witta.
"Neen, laat mij dien troost genieten. Ik meende alleen, gansch alleen te
lijden, en hij, hij tevens bezwijkt onder het gewicht der treurnis!"
"Maar, Dakerlia, gij verbaast mij! Hebt gij dan nog de hoop behouden dat
Placida Van Woumen zijne echtgenoote niet zal worden?"
"Of ik nog eenige hoop heb behouden?" herhaalde jonkver Wulf met
plotselijke ontmoediging. "Eilaas, neen, vriendinne, niet de minste
hoop. Verschoon mij: mijne hersens zijn ontsteld, ik ben
zinneloos,--zinneloos genoeg om mij in de ziekte van Robrecht te
verblijden ... ik, die al mijn bloed zou geven om hem gelukkig te weten!
Moge de barmhartige God mijne schuldige ontsteltenis mij vergeven en hem
spoedig laten genezen!"
"Maar hij is niet ernstig ziek, Dakerlia."
"Ha, ik begrijp: het hart alleen doet hem wee, niet waar? Schromelijk is
die ziekte der ziel!"
"Heden is hij opgestaan en heeft mij gezegd dat hij na den middag
jonkver Placida een bezoek zal brengen. Ik hoor wel aan den treurigen
toon zijner stem dat dit bezoek hem onaangenaam is; maar hij kan het
niet uitstellen. Mher Rijkaard Van Woumen, die onzen heer graaf tot
Rijssel heeft vergezeld, moet dezen morgen teruggekeerd zijn; en gij
begrijpt wel, Dakerlia, dat Robrecht niet mag nalaten hem te gaan
begroeten. Nu zou ik moeten huiswaarts keeren; ik ben slechts gekomen om
te vernemen hoe het met u gaat."
"Gij verlaat mij reeds? Ach, Witta, dan ben ik weder zoo gansch alleen!
Blijf, ik smeek u!"
"Onmogelijk, mijn broeder staat gansch gereed om zijn bezoek bij mher
Rijkaard te brengen."
"Wat doet het? Hij zal daarom niet laten uit te gaan. Heb medelijden met
mij!"
"Ik kan niet blijven, Dakerlia. Mijn broeder wacht mij."
"O, God!" riep jonkver Wulf eensklaps met blijdschap, "het is dus
Robrecht die u tot mij gezonden heeft? Gij zeidet dat hij nooit meer van
mij spreekt ... en hij wacht om te weten hoe het met mij gaat! O,
bevestig mij in die hoop!"
"Welaan, ja, hij is bekommerd over uwe gezondheid. Laat mij nu
vertrekken: ik zal in den morgen hier wederkeeren."
"Ga, ga, spoedig!" murmelde Dakerlia, hare vriendin bij de hand tot de
deur lijdende. "Stel hem gerust; verzeker hem dat mijne gezondheid niet
in het minste is bedreigd. Dat ik droef ben en onder eene diepe smart
gebukt lig, zeg hem dit niet; hij zal het wel voelen aan zijn eigen
hart. Tot straks, tot straks!"
Jonkver Sneloghe haastte zich naar hare woning.
Toen zij binnentrad, vond zij haren broeder in de zaal zitten, met den
blik nederwaarts en zoo diep in zijne overweging bedolven dat hij het
hoofd slechts ophief toen zij voor hem stond.
"Welnu, zuster?" vroeg hij.
"Zij is veel beter, broeder; zij zal niet ziek worden."
"De goede God zij er om geloofd!" murmelde Robrecht.
Na een oogenblik stilte zeide hij, als sprake hij tot zich zelven:
"Wel gebiedt de plicht mij nimmermeer aan haar nog te denken; maar ik
ben toch mensch en heb geen steenen hart. Vreezen dat de trouwe vriendin
onzer kindsheid van treurnis kan verkwijnen, en alle medelijden in onzen
boezem moeten versmachten, het is iets dat mijne krachten te boven gaat.
Is deze zwakheid een zondig vergeten van den plicht, de hemel zal mij
vergiffenis schenken in aanzien mijner onderwerping aan zijn besluit."
Robrecht had deze woorden op zulken lijdzamen, smartelijken toon
gesproken, dat Witta de handen voor de oogen had geslagen en luidop
snikte.
"Ween niet, zuster lief", zeide hij, "er is niets aan te doen. Het lot
is wreed jegens mij; maar in het gevoel van den plicht vindt een man
eindelijk de kracht om het leven te dragen, hoe bitter het zij."
Met eenen zucht voegde hij er bij:
"Eilaas, ik waande mij zelven sterker: ik hoopte dat ik allengs mijne
vroegere gedachten geheel zou hebben overwonnen; maar mijne ziel dwaalt
immer weg in treurige droomen ... in de pijnlijke beschouwing van het
verloren geluk ..."
Hij blikte in stilte ten gronde en scheen diep neerslachtig; doch bijna
onmiddellijk hief hij het hoofd weder op en morde met treurig ongeduld:
"Ach, wat geschiedt mij? Is alle gemoedskracht mij ontvallen? Vergeet ik
dat Kerlingaland, dat de vrijheid van mijn geslacht dit offer van mij
vergt? Weg, weg, die aarzeling! De plicht is de opperste wet. Zal ik tot
eenen lafaard ontaarden? Neen, neen, gehoorzamen wij, en weze dit de
laatste klacht die mijnen boezem ontsnapt!"
Hij omhelsde zijne weenende zuster, zeide nog eenige geruststellende
woorden om haar te troosten, verliet in allerhaast zijnen Steen en
keerde om den hoek der Ridderstraat.
Onder den invloed der gepeinzen vertraagde allengs zijn stap; hij bleef
zelfs, onder de boomen der Spiegelrei, een oogenblik staan en schudde
zuchtend het hoofd, waarna hij even mijmerend weder zijnen weg
vervorderde.
Hij kon niet begrijpen hoe, ondanks zijnen vasten wil en zijne heldere
rede, eene geheimzinnige macht hem beheerschte. Wist hij niet dat dit
huwelijk hem was opgelegd als eene opoffering die de vrijheid van
Kerlingaland kon redden? Was hij niet overtuigd dat het voltrokken moest
worden en niets op aarde het nog kon beletten? Hij had die verbintenis
aanvaard en zich met goeden wil aan het onverbiddelijk lot onderworpen;
ja, hij had gehoopt dat allengs in zijn hart eenige genegenheid voor de
schoone Placida Van Woumen zou zijn ontstaan. En nu? Nu boezemde Placida
hem afschrik in, nu deed het gepeins dat hij in hare tegenwoordigheid
ging verschijnen hem sidderen! Nu liep er koude door zijne aderen,
wanneer hij in de verbeelding haar helder oog op zich gevestigd zag! En
hij gevoelde geenen haat voor haar; niets dan een onuitlegbaar gevoel
van vrees, eenen ziekelijken schrik ... Maar het mocht daarbinnen in
zijn hart gaan zooals het kon, hij moest toch uit dezen strijd opstaan
met de noodige gemoedskracht om zijnen plicht te volbrengen ...
Zoo vervuld met onverwinnelijke droefheid, doch welberaden om niets te
zeggen of te doen dat Placida of hare ouders kon kwetsen, bereikte hij
sher Rijkaards Steen.
Op zijne vraag zeide hem de schalk, die de poort opende, dat mher Van
Woumen sedert gisterenavond was teruggekeerd, maar nu daareven den Steen
had verlaten. Jonkver Placida was te huis en wachtte zelfs op mher
Robrecht, meende de schalk.
Hij leidde den jongen ridder over den neerhof en opende voor hem de deur
eener kamer, waar Placida bij het venster was gezeten met hare oude
dienstmeid Martha.
Op de tafel bemerkte hij met verwondering de dooze die zijne beloftegift
bevatte. Placida had het juweel nog onlangs in de hand genomen,
misschien had zij zich er mede versierd?
Hij keerde zijn oog van de dooze om zijne verloofde te groeten; maar de
jonkvrouw richtte op hem eenen bijzonderen strengen blik verwijtend en
zoo zonderling diep, dat Robrecht er gansch van ontstelde.
Hij boog zich voor de maagd en murmelde:
"Jonkver Van Woumen, ik bid u om verschooning. Zeker, mijn eerste plicht
en mijn eerste wensch na mijnen terugkeer van Yperen, moesten zijn u een
bezoek te brengen; maar zooals mijn bode u gemeld heeft, ik was gisteren
onpasselijk, zeer ziek zelfs."
De jonkvrouw deed hare dienstmeid een teeken dat zij de kamer zou
verlaten. Dan wendde zij zich tot haren verloofde.
"En mher Sneloghe is heden gansch genezen?" vroeg zij op eenen toon van
half verborgen spot en met eene spijtigheid die Robrecht verbaasde. Hij
aanschouwde haar zwijgend.
"Waarom mij bedriegen?" zeide zij. "Gij waart niet ziek, heer. Iemand
anders moest gij bezoeken, niet waar?"
"Ik begrijp u niet, Placida", mompelde Robrecht. "Geloof mij, ik was
gisteren zoo onpasselijk dat ik van den ganschen dag mijn bed niet kon
verlaten."
"En niemand hebt gij gezien of gesproken?"
"Niemand dan mijne zuster."
Jonkver Van Woumen schudde ongeloovig het hoofd, terwijl een vinnige
glimlach op hare lippen sidderde.
"Uw strenge blik beschuldigt mij", stamelde Robrecht. "Heb ik iets
gedaan dat u op mij kon verbitteren, het was dan onwetend; want
waarlijk, Placida, ik wensch niets meer dan al wat in mijne macht is aan
te wenden om u te behagen."
"Ah, daarin juist bestaat uwe valschheid", zeide de jonkvrouw met eene
gramschap die zij niet poogde te bedwingen.
"Mijne valschheid!" herhaalde Robrecht, wiens oog plotselijk eene
genster van verontwaardiging uitschoot.
Maar hij bedaarde even spoedig en sprak:
"Placida, een man zou mij die beschuldiging niet ongestraft toesturen;
in u evenwel eerbiedig ik niet alleen mijne verloofde, maar tevens de
vrouw. Men heeft u bedrogen, ongetwijfeld; men heeft kwaad van mij
gesproken en gij, gij hebt het geloofd! Ik had recht op meer vertrouwen
van uwentwege. Mijne valschheid! Gij acht mij valsch?"
Jonkver Van Woumen bleef eene korte wijl stilzwijgend, als raapte zij
hare stoutheid of hare gemoedskracht te zamen tot het uitvoeren van een
gewichtig besluit.
"Neen, beweer niet, heer, dat gij u oprecht jegens mij gedraagt", zeide
zij. "Hoe? gij laat mij gelooven dat ik uwe genegenheid geheel zal
bezitten? Ik aanvaard uwe hand.--Ah, dit zou men geene valschheid moge
noemen?--Wetens en willens veroordeelt gij mij om mijn treurig leven te
slijten met eenen echtgenoot wiens gedachten verre van mij zijn en die
het mij nimmer vergeven zou aan zijne zijde de plaats eener andere vrouw
te hebben ingenomen. Het is zulk lot dat gij mij wilt bereiden?"
Robrecht werd door deze onverwachte aantijging diep getroffen. Hij zag
de jonkvrouw zwijgend en met verbaasden blik aan.
"Het is dus waar! Gij bekent het!" kreet zij met eenen spotlach.
Eenen geweldigen strijd doorstond de jonge ridder. Hij voelde zich
bloedig gekwetst en worstelde tegen zijne mannelijke waardigheid die hem
aandreef om den hoon af te weren; maar dan overwoog hij hoe zijn oom en
al de zijnen hem zouden beschuldigen van lafheid of van zelfzucht,
indien hij eenige redenen gaf tot het verbreken der huwelijksbelofte.
Dan zouden de Erembalds in Rijkaard Van Woumen niet eenen machtigen
vriend, maar eenen onverzoenbaren vijand vinden, en hij, Robrecht, zou
misschien de schuld van der Keerlen verderf zijn. Deze gepeinzen sloegen
hem met droefheid en spoorden hem aan tot eindeloos geduld.
"Jonkver Placida", zeide hij zonder driftigheid, "onze ouders hebben
geoordeeld dat een huwelijk tusschen ons wenschelijk was voor het
welzijn van beide geslachten. Zij hebben onze harten niet geraadpleegd;
zij konden het niet doen, wij kenden elkander nauwelijks. Wat mij
betreft, ik heb uit plichtgevoel die verbintenis aanvaard met de hoop,
bijna met de zekerheid dat ik u zou beminnen. God heeft u begaafd met
schoonheid ..."
"Hoe kondet gij dit hopen, heer?" onderbrak Placida, "dewijl uw hart
geheel is ingenomen door hetzelfde gevoel voor eene andere vrouw?"
Robrecht, gemarteld door eene pijnlijke verlegenheid, murmelde eene
onverstaanbare terechtwijzing.
"Wie toch kon weten", schertste Placida met misprijzen op de lippen,
"dat gij u vereerd zoudt achten met de hand eener edelgeborene
jonkvrouw? Gij zijt een Kerel; een Kerlinne alleen is uwer liefde
waardig! Dakerlia wone dus op Ravenschoot! Wees zeker, heer, ik benijd
de dochter van Segher Wulf dit geluk niet!"
"O, ik smeek u", riep Robrecht met sombere ontstelde stem, "hoon jonkver
Dakerlia Wulf niet in mijne tegenwoordigheid! Laat mij bedaard blijven.
Ik zal alles verdragen, alles lijden, maar eerbiedig Dakerlia!"
"Genoeg, ik weet genoeg", wedervoer Placida. "Nu ben ik overtuigd dat
men mij de waarheid heeft gezegd. Gij zelf, heer, ontkent het niet.
Alles zij dus gedaan tusschen ons. Neem uwe beloftegift terug ..."
"Eilaas, jonkver Placida, wat doet gij?"
"Neem uwe gift terug; ik ontsla u van uwe belofte: gij zijt vrij."
"Maar wat zal uw heer vader zeggen?"
"Mijn vader weet wat ik voornemens was heden te doen. Hij betreurt mijn
You have read 1 text from Dutch literature.
Next - De Kerels van Vlaanderen - 09
  • Parts
  • De Kerels van Vlaanderen - 01
    Total number of words is 4450
    Total number of unique words is 1528
    47.6 of words are in the 2000 most common words
    66.4 of words are in the 5000 most common words
    73.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 02
    Total number of words is 4457
    Total number of unique words is 1527
    48.9 of words are in the 2000 most common words
    65.2 of words are in the 5000 most common words
    72.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 03
    Total number of words is 4447
    Total number of unique words is 1387
    47.4 of words are in the 2000 most common words
    65.8 of words are in the 5000 most common words
    73.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 04
    Total number of words is 4433
    Total number of unique words is 1461
    48.8 of words are in the 2000 most common words
    66.8 of words are in the 5000 most common words
    75.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 05
    Total number of words is 4438
    Total number of unique words is 1311
    50.6 of words are in the 2000 most common words
    69.9 of words are in the 5000 most common words
    78.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 06
    Total number of words is 4426
    Total number of unique words is 1435
    49.0 of words are in the 2000 most common words
    66.8 of words are in the 5000 most common words
    74.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 07
    Total number of words is 4475
    Total number of unique words is 1394
    46.9 of words are in the 2000 most common words
    65.8 of words are in the 5000 most common words
    74.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 08
    Total number of words is 4493
    Total number of unique words is 1373
    50.0 of words are in the 2000 most common words
    67.3 of words are in the 5000 most common words
    76.4 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 09
    Total number of words is 4440
    Total number of unique words is 1282
    51.4 of words are in the 2000 most common words
    69.9 of words are in the 5000 most common words
    78.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 10
    Total number of words is 4452
    Total number of unique words is 1554
    44.1 of words are in the 2000 most common words
    62.3 of words are in the 5000 most common words
    70.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 11
    Total number of words is 4464
    Total number of unique words is 1476
    47.1 of words are in the 2000 most common words
    65.4 of words are in the 5000 most common words
    72.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 12
    Total number of words is 4485
    Total number of unique words is 1390
    48.1 of words are in the 2000 most common words
    64.4 of words are in the 5000 most common words
    73.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 13
    Total number of words is 4442
    Total number of unique words is 1396
    48.3 of words are in the 2000 most common words
    66.2 of words are in the 5000 most common words
    74.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 14
    Total number of words is 4494
    Total number of unique words is 1399
    48.2 of words are in the 2000 most common words
    66.0 of words are in the 5000 most common words
    74.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 15
    Total number of words is 4418
    Total number of unique words is 1334
    50.2 of words are in the 2000 most common words
    68.9 of words are in the 5000 most common words
    78.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 16
    Total number of words is 4402
    Total number of unique words is 1493
    42.6 of words are in the 2000 most common words
    60.4 of words are in the 5000 most common words
    68.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 17
    Total number of words is 4459
    Total number of unique words is 1395
    50.3 of words are in the 2000 most common words
    68.3 of words are in the 5000 most common words
    75.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 18
    Total number of words is 4502
    Total number of unique words is 1311
    52.0 of words are in the 2000 most common words
    68.5 of words are in the 5000 most common words
    77.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 19
    Total number of words is 4524
    Total number of unique words is 1444
    47.3 of words are in the 2000 most common words
    67.1 of words are in the 5000 most common words
    73.0 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 20
    Total number of words is 4439
    Total number of unique words is 1378
    48.5 of words are in the 2000 most common words
    65.3 of words are in the 5000 most common words
    74.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 21
    Total number of words is 4520
    Total number of unique words is 1387
    48.3 of words are in the 2000 most common words
    65.6 of words are in the 5000 most common words
    74.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 22
    Total number of words is 4491
    Total number of unique words is 1349
    49.3 of words are in the 2000 most common words
    66.7 of words are in the 5000 most common words
    75.7 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 23
    Total number of words is 4485
    Total number of unique words is 1427
    46.8 of words are in the 2000 most common words
    63.4 of words are in the 5000 most common words
    70.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 24
    Total number of words is 4477
    Total number of unique words is 1329
    49.7 of words are in the 2000 most common words
    67.7 of words are in the 5000 most common words
    75.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 25
    Total number of words is 4492
    Total number of unique words is 1372
    48.8 of words are in the 2000 most common words
    67.6 of words are in the 5000 most common words
    75.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 26
    Total number of words is 4463
    Total number of unique words is 1429
    48.6 of words are in the 2000 most common words
    66.3 of words are in the 5000 most common words
    75.1 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 27
    Total number of words is 4466
    Total number of unique words is 1448
    46.0 of words are in the 2000 most common words
    62.7 of words are in the 5000 most common words
    71.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 28
    Total number of words is 4445
    Total number of unique words is 1379
    47.4 of words are in the 2000 most common words
    66.1 of words are in the 5000 most common words
    74.2 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 29
    Total number of words is 4563
    Total number of unique words is 1320
    49.3 of words are in the 2000 most common words
    66.8 of words are in the 5000 most common words
    75.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 30
    Total number of words is 4490
    Total number of unique words is 1375
    49.6 of words are in the 2000 most common words
    68.3 of words are in the 5000 most common words
    76.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 31
    Total number of words is 4481
    Total number of unique words is 1440
    47.2 of words are in the 2000 most common words
    65.7 of words are in the 5000 most common words
    73.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 32
    Total number of words is 4492
    Total number of unique words is 1476
    46.2 of words are in the 2000 most common words
    64.1 of words are in the 5000 most common words
    72.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 33
    Total number of words is 4441
    Total number of unique words is 1413
    45.5 of words are in the 2000 most common words
    64.5 of words are in the 5000 most common words
    72.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 34
    Total number of words is 4476
    Total number of unique words is 1394
    47.5 of words are in the 2000 most common words
    67.8 of words are in the 5000 most common words
    75.6 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 35
    Total number of words is 4549
    Total number of unique words is 1370
    46.1 of words are in the 2000 most common words
    62.7 of words are in the 5000 most common words
    71.8 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 36
    Total number of words is 4452
    Total number of unique words is 1428
    48.0 of words are in the 2000 most common words
    67.6 of words are in the 5000 most common words
    75.3 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 37
    Total number of words is 4444
    Total number of unique words is 1319
    49.8 of words are in the 2000 most common words
    68.5 of words are in the 5000 most common words
    77.5 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.
  • De Kerels van Vlaanderen - 38
    Total number of words is 3206
    Total number of unique words is 1273
    43.6 of words are in the 2000 most common words
    58.5 of words are in the 5000 most common words
    65.9 of words are in the 8000 most common words
    Each bar represents the percentage of words per 1000 most common words.